‘How to handrub? How to handwash?’ Bij de ingang van Afrika Works! krijgen deelnemers een A-4’tje met instructies. Een WHO-folder met instructies hoe je je handen moet wassen lijkt niet de meest logische informatie op een conferentie over ondernemerskansen in Afrika. Het is natuurlijk een verwijzing naar ebola. De angst voor ebola, meer nog dan de ziekte zelf, begint een belemmering te vormen voor de economische groei in Afrika. Dat merkte onder meer de Liberiaanse minister van gender en development Julia Duncan-Cassell op in haar toespraak. “Ebola is een topic”. Ze vroeg de aanwezigen om hulp bij het gevecht tegen ebola en benadrukte: “Stigmatiseer ons niet. We moeten het vertrouwen terugkrijgen, en dit moeten we samen doen. In partnerships.”
[[{“fid”:”31006″,”view_mode”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”fields”:{“format”:”file_styles_artikel_halve_breedte”,”field_file_image_alt_text[und][0][value]”:””,”field_file_image_title_text[und][0][value]”:”bezoekers conferentie Africa Works”},”type”:”media”,”link_text”:null,”attributes”:{“class”:”styles file-styles artikel_halve_breedte media-element file-file-styles-artikel-halve-breedte”,”id”:”styles-4-0″}}]]
Nieuwe verbintenissen
‘Partnerships’ was een woord dat het publiek – honderden ondernemers uit Afrika, beleidsmakers, onderzoekers, Kamerleden en hulporganisaties – nog vaak zouden terughoren op Afrika Works!, zowel tijdens de toespraken als de workshops in de ochtend en middag.
Hans Ouwendijk en Monique Gieskes van het Helmondse textielbedrijf Vlisco deden bijvoorbeeld in een flitsende presentatie uit de doeken hoe zij succesvol nieuwe verbintenissen aangaan in Afrika. Gieskes vertelde hoe ze succesvol zakelijke verbintenissen is aangegaan om de importbelastingen te verlagen zoals in DRC.
Essentieel in win-winpartnerschappen is een goede relatie met de regering van het land
Tegelijk heeft Vlisco geïnvesteerd in opleidingen van onder meer textielontwerpers met een academie in Nigeria, maar – misschien nog wel belangrijker: in de lokale katoenproductie – die in Afrika de laatste decennia vrijwel was verdwenen. “Essentieel in win-winpartnerschappen is een goede relatie met de regering van het land, anders maak je geen kans”, stelde Ouwendijk. Daarnaast is het goed voor ogen te houden dat de groei in Afrika “niet liniair” zal gaan.
President
Hoe belangrijk een zwakke dan wel sterke overheid is, bleek onder meer bij één van de workshops ‘Afrika werkt, maar voor wie?’, dat werd geleid door Oxfam Novib. De Ugandese regering wil graag buitenlandse investeerders aantrekken, met name voor de landbouwproductie. China, India, Zweden – overal vandaan komen investeerders naar het vruchtbare land. Uit de presentatie van de politicoloog Josh Maiyo bleek evenwel dat lokale bevolking weinig profijt heeft van booming Uganda.
Maiyo, een Keniaan, doet onderzoek in centraal-Uganda naar landacquisitie en is bezig met zijn promotie-onderzoek aan de VU. Hij vertelde gisteren over de kwalijke effecten het al te gehaast binnenhalen van buitenlandse investeerders. Milieueffectrapportages worden overgeslagen, controle is er nauwelijks. De grootschalige, gemechaniseerde landbouw met zijn monocultuur is niet duurzaam, in vergelijking met de traditionele ‘inter-cropping’. Ook leveren de buitenlandse bedrijven nauwelijks werkgelegenheid op voor de Ugandezen, zei Maiyo – die en passant zei dat de distributie van de stukken land vaak een kwestie is van vriendjespolitiek. “De president zelf is betrokken bij het weggeven van land.”
Binnen een week kun je je stuk land hebben
Google het maar
De uitspraken van politicoloog Maiyo wekte de woede op van een aantal vrouwelijke Ugandese boeren in de zaal. “We hebben land, binnen een week kun je je stuk land hebben. Wie wil investeren moet gewoon naar de Uganda Investment Authority komen. Google het maar!” Hajjat Aisha Nakasujja, een Ugandese onderneemster in gezondheidsproducten zei: “Hoe kan een Keniaan nou iets over Uganda zeggen. Hij vertelt een slecht verhaal. Ik ben hier in de Ugandese handelsmissie, omdat ik investeringen nodig heb om groter te worden. Zo’n verhaal hebben we niet nodig.”
Leasen van land
Zelfs de Ugandese ambassadeur in Brussel Mirjam Blaak-Sow, verwarrend genoeg een witte dame, stond op om haar beklag te doen: “Natuurlijk geeft de president geen land weg. Dat mag hij niet eens. Buitenlanders mogen geen land bezitten in Uganda, ze mogen het alleen leasen voor een periode van 49 jaar.” Natuurlijk, er gaat wel eens wat mis, zei Blaak-Sow, en Uganda heeft een achterstand als gevolg van slecht bestuur en dictatorschap. “Maar we zullen leren en lessen trekken. Als een ambassadeur moet ik zeggen: Investeerders, u moet naar Uganda komen en in landbouw investeren.”
Dit levendige debat toonde aan wat de Nederlandse topambtenaar Christiaan Rebergen eerder die dag zei: “Het opbouwen van partnerships klinkt leuk, maar het is hard werken.” Hij doelde met die opmerking vermoedelijk op samenwerking tussen westerse bedrijven en Afrika, maar het gaat ook op voor andere partnerschappen.