Je zou niet verwachten dat Iran, een streng islamitische staat waar op homoseksualiteit de doodstraf staat, het tweede land ter wereld is wat betreft het aantal genderoperaties. Toch is dat het geval. Alleen in Thailand worden er meer uitgevoerd. Maar voor de dokter zijn die hoge cijfers juist logisch. "Met een aangepast lichaam schep je duidelijkheid. In dit land met sekse-segregatie ben je immers man of vrouw. Iets ertussenin bestaat niet."
Subsidie operatie
Het was in het midden van de jaren tachtig dat de grondlegger van de islamitische republiek, ayatollah Khomeini, een fata uitvaardigde die het veranderen van iemands sekse toestond. Tegenwoordig subsidieert de regering de helft van de operatiekosten en geeft deze ook vergunningen af om in de periode voor de operatie alvast de kleding van de andere sekse te mogen dragen.
Taboe
Toch rust er op transseksualiteit nog steeds een maatschappelijk taboe. Dokter Mir-Jalali doet al vele jaren zijn best om dit te doorbreken. “De situatie is al wel verbeterd, maar ik houd nog steeds in het hele land lezingen om het bewustzijn over transseksualiteit te verhogen. Daar spreekt dan ook mullah Kariminia uit Qom. Die zegt dat nergens in de Koran staat dat geslachtsverandering verboden is. Mensen willen toch graag van een gerespecteerd geestelijke horen dat God transseksualiteit in tegenstelling tot homoseksualiteit geen zonde vindt. Toch is het geen pretje om aan een vader en moeder te moeten vertellen dat hun zoon in wezen een meisje is en een passend lichaam wil. Of dat hun dochter eigenlijk een man is. Dat is in hun ogen een enorme schande, vooral voor streng-religieuze families. Ze zijn bang wat de buren ervan zullen zeggen. Het komt dan ook nog regelmatig voor dat iemand verstoten wordt door de familie.”
Kritiek
Amerikaanse homo-organisaties hebben kritiek geuit op het extreem hoge aantal genderoperaties in Iran. Volgens hen is het een direct gevolg van het verbod op homoseksualiteit en zou minstens 40 procent van de patiënten homoseksueel zijn. Door een genderoperatie zouden zij zich aanpassen aan een maatschappij die hen als homoseksueel niet accepteert.
Mir-Jalali onderschrijft deze visie niet. “We doen minstens een jaar psychologisch voorwerk om er zeker van te zijn dat iemand echt transseksueel is en geen homoseksueel. Ik kom dan ook nauwelijks patiënten tegen die na hun operatie spijt krijgen. De enkeling met spijt was dan waarschijnlijk toch een homoseksueel, maar dat gebeurt slechts bij hoge uitzondering.”