John migreerde achttien jaar geleden naar Nederland op zoek naar werk. Zijn drie kinderen bleven in Nigeria bij hun moeder. Zodra hij de juiste papieren had, zou hij zijn kinderen over laten komen naar Nederland. Dat is achttien jaar geleden. John is één van de vele ouders die gescheiden van zijn kinderen leeft als gevolg van migratie. Het gescheiden leven van kinderen heeft grote gevolgen voor het welbevinden van ouders, stelt Karlijn Haagsman, die onlangs op het onderwerp promoveerde aan de Universiteit Maastricht.
Save the Children stelt dat het aantal kinderen in Sri Lanka waarvan de moeder in het buitenland woont rond de 1 miljoen ligt en UNICEF schat dat in Moldavië van ongeveer 117.000 kinderen ten minste één ouder in het buitenland woont.
Toen John eindelijk de juiste papieren had waren de kinderen te oud om in aanmerking te komen voor familiehereniging.
Gewilde en ongewilde ouder-kind-scheiding
Soms is de scheiding tussen ouder en kind ongewild en zoals bij John het gevolg van rigide migratiebeleid. Toen John eindelijk de juiste papieren had waren de kinderen namelijk te oud om in aanmerking te komen voor familiehereniging. John heeft het moeilijk met de scheiding van zijn kinderen. Zo gaat het bijvoorbeeld niet goed met zijn jongste zoon. Hij heeft zijn school niet afgemaakt, ondanks dat John meermalen aangaf dat scholing zeer belangrijk is en hij beter zijn best moet doen. John kan ook geen vat op hem krijgen door de afstand. Zijn zoon luistert niet naar hem en gooit soms zelfs de hoorn op de haak wanneer het hem niet bevalt wat John zegt. John maakt zich daarom veel zorgen. Zoveel zelfs dat hij voor een depressie behandeld moest worden in Nederland.
Naast een ongewilde scheiding zijn er ook ouders die er bewust voor kiezen hun kind niet mee te nemen. Zij vinden het bijvoorbeeld belangrijk dat het onderwijs van hun kinderen niet wordt verstoord. Of zij hechten grote waarde aan de thuiscultuur en vinden het belangrijk dat de kinderen opgroeien bij de grootouders.
In mijn onderzoek heb ik gekeken naar Angolese en Nigeriaanse ouders in Nederland en onderzocht ik of het welzijn van ouders die een kind in het land van herkomst hebben wonen (transnationale ouders) verschilt van ouders die samenwonen met hun kinderen in het herkomstland (niet-transnationale ouders). Ook heb ik gekeken naar de factoren die belangrijk zijn voor het welzijn van deze ouders.
In het onderzoek is gekeken naar de effecten die de scheiding heeft op de ouders, waarbij gebruik is gemaakt van survey-data waarin ook ouders zijn opgenomen die met hun kinderen wonen in het vestigingsland. De studie maakt deel uit van een groter project (TCRAf-Eu) dat de effecten op zowel ouders, verzorgers en kinderen onderzocht.
Ongedocumenteerd, werkloos en weinig budget
Op het eerste gezicht toont mijn studie aan dat transnationale ouders ongelukkiger zijn, hun mentale gezondheid minder is en ze minder tevreden zijn met hun leven. Ook blijkt dat hoewel de meeste transnationale ouders een goede relatie met hun kinderen hebben, deze vergeleken met niet-transnationale ouders minder goed is. Hier ligt niet per se de ouder-kind-scheiding aan ten grondslag. Een deel van deze transnationale is ongedocumenteerd en werkloos. Ook heeft een deel van hen weinig te besteden.
Het is dus niet per se de scheiding die tot verminderd welzijn leidt maar het feit dat ze ongedocumenteerd zijn en een lage sociaaleconomische positie hebben. Zo'n positie maakt het voor migranten moeilijk tot onmogelijk om hun kinderen naar Nederland te halen of op bezoek te gaan bij hun kinderen. Dit kan leiden tot lange ongewilde scheidingen, zoals bij John het geval was.
Angolese en Nigeriaanse transnationale ouders zijn minder gelukkig dan niet-transnationale ouders
Transnationale ouder minder gelukkig
Maar ook wanneer bovenstaande factoren in het onderzoek meegenomen worden blijven sommige verschillen zichtbaar. Zowel Angolese als Nigeriaanse transnationale ouders zijn bijvoorbeeld minder gelukkig dan niet-transnationale ouders en Angolese transnationale ouders vertonen verminderd mentaal welzijn.
Daarnaast blijkt dat hoe de zorg voor het kind in het land van herkomst geregeld is van groot belang is voor het welzijn van de ouder in Nederland. Wie zorgt er voor het kind? Hoe is de relatie tussen de verzorger en de migrantenouder? En hoe vaak wisselt het kind van verzorger? Regelmatig contact met het kind bleek bijvoorbeeld cruciaal voor de relatie tussen ouder en kind en een goede ouder-kind-relatie bevordert weer het welzijn van de ouder in Nederland.
Welzijn Angolezen lager dan Nigerianen
Er zijn ook verschillen tussen Angolezen en Nigerianen. Het welzijn van de Angolezen is een stuk lager dan dat van de Nigerianen en het effect van de scheiding lijkt voor Angolezen groter te zijn dan Nigerianen. Dat heeft er vooral mee te maken dat Angolezen als asielzoekers naar Nederland zijn gekomen en de meeste Nigerianen niet.
Tegelijkertijd zijn Nigerianen in verhouding veel vaker ongedocumenteerd en werkloos, wat voor hen belangrijke factoren zijn die een negatieve impact hebben op hun welzijn.
Oplossing: speciale verblijfsvergunning voor kinderen
Toch hoeft een ouder-kind-scheiding niet problematisch te zijn wanneer er goede regelingen worden getroffen in het transnationale gezinsleven. Beleid in zowel het land van herkomst als vestiging zou hierbij kunnen helpen. Huidig migratiebeleid leidt bijvoorbeeld tot verlengde scheidingen en de hoge visakosten maken het moeilijk voor ouders en kinderen om bij elkaar op bezoek te gaan. Dit is niet bevorderlijk voor het welzijn van ouder en kind.
Circulaire migratie waarbij de migrant af en toe terugkeert naar het land van herkomst, tijdelijke werkvergunningen en speciale verblijfsvergunningen voor kinderen kunnen hier een oplossing bieden. Bovendien moet bij beleidsontwikkeling worden stilgestaan bij het feit dat het migratiebeleid in het vestigingsland niet alleen effect heeft op migranten in het land van vestiging, maar ook op hun families in het land van herkomst.