Taal doet ertoe, zeker oorlogstaal. Zo schrijft de NOS dat Palestijnen in Gaza ontsnappen aan ‘het geweld in de oorlog tussen Israël en Hamas’ en niet aan bommen die door Israël op ze worden gegooid. En raketten ‘vallen in Gaza’, alsof ze zomaar uit de lucht komen vallen en niet actief door Israël op burgerdoelen worden afgeschoten. Deze woordkeuze heeft invloed op de publieke opinie, op politieke spelers en uiteindelijk ook op de gebeurtenissen zelf.
Sinds Hamas Israëlische burgers met dodelijk geweld aanviel, heeft de Israëlische regering niet alleen stroom, water en toevoer van voedsel en hulpgoederen naar Gaza afgesloten. Ze heeft ook met luchtaanvallen de telecommunicatie-infrastructuur van Gaza zodanig beschadigd, dat voor miljoenen mensen een internet–blackout dreigt. Mede daardoor heeft Israël ook de overhand in de informatie-oorlog.
Juist nu de stemmen van de mensen in Gaza onhoorbaar gemaakt worden en Israël oorlogsmisdaden probeert te rechtvaardigen, zou de pers in binnen- en buitenland ‘truth to power’ moeten spreken, maar dat gebeurt niet. Laat ik duidelijk zijn: Hamas maakte zich schuldig aan oorlogsmisdaden toen het op gruwelijke wijze burgers vermoordde in Israël. Niettemin pleegt ook Israël oorlogsmisdaden zoals het land al jaren doet. Straffeloos en met schijnbaar onvoorwaardelijke steun door landen als Nederland. En inmiddels onderwerpt het de hele bevolking van Gaza aan een collectieve bestraffing.
Hoewel ze de afgelopen dagen iets scherper durven te zijn, heeft de pers toch vooral gefaald in het juist overbrengen van de situatie in Israël en Gaza. Met mistige taal en kritiekloze herhaling van Israelische propaganda rationaliseren veel media het Israëlische geweld op de burgers van Gaza. Zo schrijft Pieter Klok, hoofdredacteur van de Volkskrant: ‘Toen Israël afgelopen zaterdag zijn eigen 9/11 meemaakte, liet de vergelding slechts een paar uur op zich wachten.’ Verderop schrijft hij: ‘Hamas wilde hiermee een oorlog uitlokken.’ Het frame: Hamas valt aan, Israël reageert, Hamas roept de collectieve bestraffing over de eigen bevolking af. Oftewel: Hamas voert een actie uit, Israël een re-actie. Maar is dat wel zo?
Victim blaming
In Blaming the Victims: Spurious Scholarship and the Palestinian Question uit 2001, beschrijven Edward Said en Noam Chomsky de vooringenomenheid van nieuwsberichten over Israël en Palestina. Chomsky bespreekt het ‘opschonen’ van nieuws over Israëlisch geweld. Volgens hem bedrijven Palestijnen in nieuwsberichten vaak ‘terrorisme’, waarop Israëli’s ‘wraak nemen en misschien soms iets te ver gaan’. ‘In de echte wereld is de waarheid vaak anders’, schrijft hij. Hij legt uit dat je sommige aanvallen van Israel op burgers ook als terrorisme kunt zien, maar dat reguliere media het woord ‘terrorisme’ niet snel bij Israël zullen gebruiken. Hij noemt daarbij onder meer het voorbeeld van een bombardement dat Israël in de jaren 80 uitvoerde op een gebouw waarin de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie zat, 4800 kilometer van Israël verwijderd. De Volkskrant kopte destijds ‘Zeker 50 doden; VS acht aanval in Tunesië legitiem’ en schreef dat de daad volgens Israël ‘een vergelding was voor een Palestijnse actie’.
Die zuivering van het nieuws ten voordele van Israël is sinds Said en Chomsky dat boek schreven in veel gevallen niet veranderd. Niet alleen in de reflectie van hoofdredacteur Klok in de Volkskrant – die notabene over taal ging – maar ook bij de NOS ‘slaat Israël terug’, ‘beantwoordt Israël het vuur’ en zijn de bombardementen ‘vergeldingsaanvallen’. Blijkbaar zijn de dagelijkse moorden door Israëlische raketten op honderden Palestijnen, waaronder talloze kinderen, zonder enige twijfel een ‘vergelding’.
Een ander voorbeeld van partijdigheid: volgens Nieuwsuur lanceerde Hamas een grootschalige verrassingsaanval op Israëlisch grondgebied. Sindsdien ‘slaat Israël hard terug met bombardementen op Gaza’, aldus Nieuwsuur. Door Hamas en Gaza samen te voegen, normaliseert Nieuwsuur de bommen op een burgerbevolking die niet verantwoordelijk is voor de acties van Hamas.
Media herhalen ook regelmatig de rechtvaardigingen van Israël voor hun luchtaanvallen, zonder de motieven genoeg in twijfel te trekken of de woordkeuze van het leger uit te zoeken of uit te leggen. Zo meldt de NOS: ‘Het leger van Israël voert sinds zaterdag, in antwoord op de aanslagen van Hamas, een reeks bombardementen uit op Hamas-doelen in Gaza.’ Maar wat is een ‘Hamas-doel’? Ook bij de NOS de kop: ‘Israëlisch leger: 3600 doelen geraakt in Gaza’. Maar wat zijn die doelen? Zijn dat die ‘ruim 1400 Palestijnen’ die om het leven zijn gekomen, onder wie ongeveer de helft kinderen?
Geen natuurverschijnselen
Het is een soort morele mist, die journalisten creëren. Mensen sterven door geweld en worden massaal gedwongen ontheemd, maar niemand lijkt daar verantwoordelijk voor. Bij de NOS valt: ‘een regen aan bommen op Gaza’. In de Volkskrant: ‘het lot dat de inwoners van Gaza wachtte’ en ‘de oneindige regen van bommen die op hen zou neerdalen en veel onschuldige slachtoffers zou eisen’. In NRC ‘loopt het dodental verder op’. Alsof het gaat om bovennatuurlijke krachten of natuurverschijnselen. Verdrijft de Israëlische regering meer dan een miljoen mensen uit hun huizen, met alle verwoestende gevolgen van dien, dan noemen we dat een ‘maatregel’, ‘militaire operatie’, of ‘waarschuwing’. Woorden die doen denken aan bureaucratische procedures.
Door die propagandataal veel te makkelijk over te nemen, kiezen journalisten niet alleen partij, ze nemen ook pertinent misleidende en onvoldoende bewezen beweringen over. Zo zou Hamas veelvuldig Palestijnse burgers als ‘menselijk schild’ gebruiken. In de Volkskrant echoot Klok dit verhaal ook: ‘Hamas heeft zich verscholen in het dichtbevolkte Gaza, waar het de bevolking als schild gebruikt’. In 2014 deden verslaggevers van de BBC en de Belfast Telegraph ter plaatse onderzoek, zij vonden geen bewijs voor het gebruik van menselijke schilden. Een rapport van Amnesty International uit hetzelfde jaar stelt ook vast dat er in die periode geen bewijzen waren. Eerder waren die bewijzen wel, dus je kunt het ook nu niet uitsluiten, maar je kunt de beweringen ook niet ongecheckt overnemen.
Bovendien dehumaniseren de ‘menselijk schild’-beschuldigingen niet alleen – want wie gebruikt er nou vrouwen en kinderen als menselijk schild? – maar het is ook een soort victim blaming, waarbij de verantwoordelijkheid voor dodelijke bombardementen wordt afgeschoven. Terwijl volgens Amnesty International het internationaal humanitair recht bepaalt dat Israël ook in dat geval burgers moet beschermen. De mensenrechtenorganisatie benadrukt dat deze aanvallen vaak met precisie-geleide munitie worden uitgevoerd, waardoor Israël veel controle heeft over wat er geraakt wordt. Daarbij: Israël heeft zelf regelmatig mensenlijke schilden gebruikt.
Palestijnen die uit hun huizen worden verdreven: dat doet denken aan de Nakba, toen 750 duizend Palestijnen eind jaren 40 van hun land werd verdreven om de staat Israël te stichten. Die parallel wordt weinig getrokken, en als het wel gebeurt, wordt het ‘witgewassen’. In de Volkskrant: ‘Het Israëlische leger beloofde ze toen dat ze na een paar weken konden terugkeren in hun huizen, maar dat is er nooit meer van gekomen’. Oh joh, niet meer van gekomen? Foutje zeker. In een video van NOS op 3: “De Arabische inwoners eindigen met een stuk minder land dan de Verenigde Naties eerder hadden voorgesteld.” Jawel, ze ‘eindigen’ met minder land. Want, tsja, zo is het gewoon gegaan. Wie kon er wat aan doen eigenlijk?
Duidelijk benoemen
De woorden die we kiezen zijn belangrijk. Ze kunnen een conflict depolitiseren en degenen die verantwoordelijk zijn vrijpleiten. De beslissingen van Netanyahu en de Israëlische overheid zijn keuzes, gedreven door politieke motieven, geen natuurkrachten die niet te beteugelen zijn. Dat deze keuzes niks te maken hebben met zelfverdediging en duizenden Palestijnse burgers hebben gedood moeten we zo duidelijk mogelijk benoemen. Zonder al die mistige taal.
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand