“Ik werk nog liever voor een minder groot maandelijks bedrag, dan dat ik slapend geld ontvang.”
Verder hoop ik daar ook meer kans te hebben op werk, want jullie systeem in Nederland begrijp ik niet. Ik mag hier geen werkvisum krijgen, maar zal wel maandelijks betaald krijgen door jullie overheid. Dat vind ik vrij absurd. Ik werk nog liever voor een minder groot maandelijks bedrag, dan dat ik slapend geld ontvang. Ik heb economie gestudeerd en heb altijd een goeie baan gehad, dus ik wil zo graag weer aan het werk. Als ik veiligheid en rust heb gevonden, laat ik mijn gezin overvliegen. Die wilde ik deze verschrikkelijke reis over land en zee niet laten doormaken… Het was nog maar de vraag of ik het zelf wel zou overleven. Ik hoop hier ergens opnieuw te kunnen beginnen, op een veilige plek, en te kunnen groeien en meer te betekenen als mens.”
“Ik had het gevoel dat hij me aanzag voor een terrorist, als iemand die empathie voelt voor terroristen.”
Toch merk ik dat er bij sommige Nederlanders nog veel onduidelijkheid is wat betreft ons vluchtelingen. Er zijn een paar situaties geweest waarin ik me erg ongemakkelijk en verdrietig voelde. Zo vroeg een werknemer van een van de kampen mij wat “Allahoe Akbar” betekende en waarom wij dit zeggen. Hij had duidelijk slechte associaties bij deze uitspraak, terwijl het juist eigenlijk iets heel moois betekent. Ik was er stil van en zijn vraag kwetste me. Ik had het gevoel dat hij me aanzag voor een terrorist, als iemand die empathie voelt voor terroristen. Terwijl zij juist de reden zijn dat ik hier naartoe ben gekomen. Deze mensen hebben onze huizen en onze families stuk gemaakt. Daar heb ik absoluut geen empathie voor. Daar hoor ik absoluut niet bij.”
“Ik ben hier ook echt niet naartoe gekomen om anderen in de weg te staan, en daarmee bedoel ik ook de Nederlanders.”
Ik ben hier gekomen in de hoop op veiligheid en stabiliteit. Ik ben hier gekomen in de hoop op een betere toekomst. Dat Nederland voor veel vluchtelingen dit perspectief biedt, wordt ook in de kampen duidelijk. In de vijftien dagen dat ik hier geweest ben, heb ik al zes scheidingen meegemaakt in de opvangcentra. Het gaat hier voornamelijk om vrouwen die het gevoel hebben dat ze hun man niet meer nodig hebben om ze te beschermen, om voor ze te zorgen. Ze willen zich niet meer afhankelijk voelen en willen ook gewoon de beste toekomst mogelijk voor zichzelf en hun kinderen. Misschien is het wel erg naïef om zo te hopen op een betere toekomst hier. Niet alleen bij deze vrouwen, maar misschien wel bij alle vluchtelingen.”
“Ik kan moeilijk mijn mond houden als iemand zo’n onrecht wordt aangedaan.”
Helaas heb ik dat niet gevonden. Ik heb een aanvraag ingediend om weer terug te kunnen naar Turkije, waarvandaan we in eerste instantie de boot hierheen hadden gepakt. De beveiliging van het kamp waar ik nu zit is erg agressief en ik voel me hier niet op mijn gemak. We worden behandeld als gevangenen. Zo was er een zwangere vrouw die na een hele tijd in de rij te hebben gestaan even weg was gegaan om haar medicijnen te halen om daarna weer bij haar vriendin te komen staan. Ze werd zo hard geduwd door een beveiliger dat ze op de grond belandde. Ze had al wat complicaties met haar zwangerschap en ligt nu dan ook in het ziekenhuis. De beveiliger werkt hier nog en is er door niemand op aangesproken. Ik kan moeilijk mijn mond houden als iemand zo’n onrecht wordt aangedaan. Ik dacht dat er hier meer respect was voor elkaar dan in Syrië, maar nu blijkt dat dat in deze situatie ook ver te zoeken is.”
“Nederland is voor mij een plek om mijn dromen te realiseren.”
Dat was de moeilijkste nacht. We sliepen in de open lucht met ongeveer vierduizend anderen. Het was ijskoud. Er werden gelukkig slaapzakken uitgedeeld, anders had ik het misschien niet overleefd. Ik ben blij dat ik hier in Nederland ben aangekomen. Nederland is voor mij een plek om mijn dromen te realiseren. Ik ben 22 en ik wil eerst een gezin opbouwen, de stabiliteit weer voelen na al deze jaren, en ik wil daarna een eigen restaurant openen. Niet weer een zoveelste kebab of falafel-tent, maar echt een gastronomisch restaurant. Een plek waar ik al mijn creativiteit in kwijt kan.”
“Mijn auto is een keer door een scherpschutter geraakt en heeft mij met een haar gemist.”
Soms laten ze je doorgaan, maar vaak vragen ze je om uit te stappen. Je geeft je papieren aan ze en legt een verklaring af waarom je naar de hoofdstad wil. Soms mag je gaan, en soms moet je drie uur lang in de regen of de hete zon wachten. Om deze weg iets makkelijker voor mij te maken, heb ik een soort ID-kaart gekocht die zegt dat ik bij Assad hoor. Hier heb ik 3000 dollar voor moeten betalen, en zelfs hiermee werd ik een aantal maanden later opgepakt. Ik werd beschuldigd van het verkopen van eten aan het Vrije Syrische leger. Ik zat in een cel, of beter gezegd stond, met twintig andere mannen. De cel was zo’n drie bij drie meter. Om de drie uur mocht een iemand zitten of half liggen om te slapen en te rusten.”
“Ik heb gehoord dat ze ons hier zo slecht behandelen omdat ze ons hier weg willen, omdat de Nederlandse overheid ons niet wil. “
Ik ben bang dat er een grote kans is dat als er nog langer gewacht wordt met behandelen, mijn kinderen straks niet meer kunnen horen. De medische zorg hier in het opvangcentrum is heel slecht. Een vriend van me hier heeft suikerziekte, en heeft een operatie moeten ondergaan toen hij in Duitsland was. Ten eerste heeft hij hier geen toegang tot het eten dat hij nodig heeft, want daar wordt geen rekening mee gehouden. Ten tweede heeft hij ook nog geen dokter gezien sinds hij hier is, terwijl ze er in Duitsland op gehamerd hebben dat hij een dokter moest zien zodra hij bij zijn eindbestemming was. Ik heb gehoord dat ze ons hier zo slecht behandelen omdat ze ons hier weg willen, omdat de Nederlandse overheid ons niet wil.”
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand