“Ik wil graag dieren helpen. Niet alleen honden en katten: ook de dieren die in de zakken honden- en kattenvoer belanden”, zegt Christine Burgemeester. Ze vangt asieldieren uit binnen- en buitenland op voor stichting Rody Resq en heeft daarnaast vijf eigen honden en vier eigen katten. Allemaal krijgen ze al zeven jaar veganistisch voer. “Dierenartsen moeten altijd even aan het idee wennen, maar ze zien dat het goed gaat met mijn dieren.”
CO2-uitstoot
Het beste voor dierenwelzijn en milieu is om helemaal géén hond of kat te nemen, blijkt onder andere uit studies van de Wageningse wetenschapper Ferry Leenstra. Om met het milieu te beginnen: er is 1.000 m² land nodig om een kat een jaar te voeden. Voor een hond is dat zelfs 2.000 m². Ter vergelijking: voor een mens in rijke landen is 12.500 m² nodig. De CO₂-uitstoot om één kat of hond te voeden is eveneens 10 tot 20 procent van die van hun eigenaar. Dat is een bescheiden maar niet te verwaarlozen één à twee procent van de totale CO₂-uitstoot.
“Alle honden en katten in Nederland samen eten zo’n tien procent van ál het vlees dat in Nederland wordt geproduceerd
Per saldo worden er dus méér dieren geslacht om huisdieren te kunnen voeden. Daar bovenop komt dat al die koeien, kippen en kangoeroes worden gevoed met voedsel dat ook mensen hadden kunnen eten. Al met al is voor alle honden en katten wereldwijd meer voedselenergie nodig dan voor 80 miljoen mensen.
Is het gezond?
Als huisdieren minder vlees aten, zouden dus zowel dieren in de bio-industrie als het klimaat daarbij gebaat zijn. Maar is dat ook gezond voor je hond of kat? Daarover verschillen de meningen. Honden zijn omnivoren en kunnen alles eten, maar het metabolisme van katten is ingericht op vlees. Als ze belangrijke stoffen – taurine, methionine, vitamine A en B – onvoldoende binnenkrijgen, kunnen katten bijvoorbeeld blind worden of hartproblemen ontwikkelen.
Elisa Werthenbach, lid van de Facebook-groep ‘Vegan huisdieren’, heeft zich daarom goed verdiept in die risico’s voor ze haar asielkat vorig jaar – net als haar twee schildpadden – veganistisch ging voeren. “Ik ben zelfs bij iemand thuis geweest die haar katten al langer zo voerde, om te kijken of die wel gezond waren en hun vacht er goed uit zag. Voor de zekerheid en de variatie gebruik ik ook meerdere merken vegavoer door elkaar. En ik heb me helemaal ingelezen op internet, onder andere in het werk van Andrew Knight.”
“Er is niets natuurlijks aan vleesvoer: in de natuur vangen katten ook geen koeien
Knight, professor aan de University of Winchester, geniet enige populariteit in veganistische kringen. Hij stelt dat zowel honden als katten het uitstekend doen op moderne vegetarische diervoeding. Begin maart lichtte hij op VeggieWorld, een grote vegetarische lifestylebeurs in Utrecht, zijn onderzoek toe voor een overvolle zaal: “Er is niets natuurlijks aan vleesvoer: in de natuur vangen katten ook geen koeien. Dieren hebben geenspecifieke ingrediënten nodig, maar specifieke voedingsstoffen. Er is geen reden waarom plantaardige voeding met bepaalde supplementen niet in die behoefte zou kunnen voorzien.” Zowel commercieel vleesvoer als plantaardig voer bevat synthetische supplementen voor stoffen als taurine.
Lange termijn
“De kwaliteitscontrole in de gehele diervoedingsindustrie moet beter
In een reactie bestrijdt Andrew Knight dat hij zorgelijke signalen uit onderzoek naar veganistisch katten- en hondenvoer negeert. “Als het voer onvolledig zou zijn, dan zouden er inmiddels tienduizenden katten en honden met gezondheidsproblemen bekend zijn. In een aantal studies die ik heb bekeken was wel sprake van formuleringsfouten en van verschillen tussen batches van hetzelfde product. Dit blijkt bij op vleesgebaseerde voeding net zo vaak voor te komen: de kwaliteitscontrole in de gehele diervoedingsindustrie moet beter.”
Hagen-Plantinga wijst verder de suggestie van Knight van de hand dat niet-vegetarisch voer slecht is voor huisdieren, en zaken als maaginhoud van geslachte dieren, vlees van zieke of dode dieren, hormonen en andere schadelijke stoffen zou bevatten. “In Europa mag je dergelijk materiaal écht niet verwerken in diervoer. Dat wordt allemaal vernietigd. Wat er wél in zit: bijvoorbeeld versnijsels, separatorvlees, en varkenspoten en kippenstrotten die zijn vermalen tot diermeel.” Desgevraagd geeft Knight toe dat zijn voorbeelden van schadelijke stoffen in huisdiervoeding afkomstig zijn uit de VS, en dat hij dit niet heeft onderzocht voor Europa.
De prijs
“Veganistisch voer is niet duurder dan goed vleesvoer
Enige onzekerheid over de mogelijke gevolgen van vegan katten- en hondenvoer op de lange termijn, weerhoudt Christine Burgemeester er niet van om het haar opvangdieren voor te schotelen. “Ik leg bij mogelijke plaatsingen van dieren ook uit dat ik het liefst wil dat ze het dier veganistisch blijven voeren. Vaak wordt daar positief op gereageerd. De voornaamste vraag die ik krijg, is of het niet duurder is. En dat is niet zo: niet duurder dan goed vleesvoer.”
Burgemeester laat geen jaarlijks bloed- en urineonderzoek bij haar katten en honden doen: “Dat geeft veel stress – en van alle dieren die ik gehad heb, is er nog nooit één overleden aan iets dat te maken zou kunnen hebben met voeding.”
Voor huisdierbezitters die overwegen te experimenteren met veganistisch voer wordt dergelijk onderzoek wel aangeraden. Plantaardige eiwitten maken de urine namelijk minder zuur dan dierlijke eiwitten, waardoor vooral katers een vergrote kans op blaasstenen hebben. Kattenbezitters zouden daarom periodiek de zuurgraad van de urine moeten meten. Ook verstandig: jaarlijks bloed laten prikken bij de dierenarts om te controleren of je vega-kat of -hond écht gezond is. Want voor de meeste huisdiereigenaren blijft dat toch het belangrijkste.
Dit artikel verscheen eerder op OneWorld.nl op 16 april 2019.
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand