Dat neemt niet weg dat ze zich zorgen maakt over het politieke en sociale klimaat in Nederland. “De taal van uitsluiting, uitschelden, openlijk discrimineren en superioriteitsdenken in de politiek en media is ontzettend zorgelijk”, zegt Ghidei ernstig vanaf een hip terras in Amsterdam-West, gevuld met enkel witte gezinnen en stelletjes. “De openheid waarmee het gebeurt, geeft de indruk dat het mag én dat het de waarheid is. We zaaien zaden die tot verschrikkelijke dingen kunnen leiden. Je wilt niet de Tweede Wereldoorlog overal bij halen, maar ik vraag me wel af wanneer we de waarschuwingssignalen, zoals toenemend antisemitisme, gaan herkennen.”
Ghidei strijdt achter de schermen tegen de normalisering van onverdraagzaamheid. Namens Nederland is zij lid van de European Commission against Racism and Intolerance (ECRI). Deze onafhankelijke Europese toezichthouder sloeg begin vorige maand alarm over de sterke invloed van ‘xenofoob taalgebruik’ en ‘bangmakerij’ in het politieke debat in Den Haag en in de Nederlandse media.
De Eritrees-Nederlandse Domenica Ghidei (Keren, 1962) is moeder van drie kinderen, mensenrechtenjurist en strategisch adviseur diversiteit en inclusiviteit. Naast haar juridische werk en meerdere bestuurlijke functies zit ze in de raad van advies van Atria en is ze lid van de raad van toezicht van Nidos (een onafhankelijke (gezins-) voogdij-instelling voor Alleenstaande Minderjarige Vreemdelingen. Zelf kwam ze ook als alleenstaande minderjarige in 1979 naar Nederland vanwege de oorlog in Eritrea.
Haatzaaien
Ook wil ECRI dat er meer voorlichting komt over haatzaaien online, dat internetbedrijven hun gedragscodes naleven. Subsidie voor proactief toezicht op haatzaaien op internet zou ook kunnen helpen. Ghidei: “We hebben ook het Nederlandse parlement aanbevolen een gedragscode in te stellen voor hoe er in de Tweede Kamer wordt gedebatteerd. Wij zijn er om de 47 lidstaten te adviseren in het bestrijden van racisme in alle nuances; van etnisch profileren en colourism (kleurhiërarchie, red.) tot aan de discriminatie van Roma en Sinti. En intolerantie: van antisemitisme en islamofobie tot homofobie.
“De verschijningsvormen van racisme zijn heel diffuus, daarom moet je alles benoemen
Ghidei was succesvol omdat ze kansen pakte, maar ook omdat ze veel kansen kreeg. In het Nederland van toen was volgens haar meer solidariteit dan nu. “De wereld was eind jaren ’70 overzichtelijk: kapitalisme of communisme. Oost of West. En dat je als vluchteling voor het Westen koos, werd bijna als een blijk van waardering voor de vrijheid gezien. Elke groep kon in die tijd les krijgen in de eigen taal omdat dat als een meerwaarde werd gezien, niet als een bedreiging.”
Quick fix
De saamhorigheid die zij in de jaren ’80 voelde bij allerlei vrouwen van kleur, wenst ze de huidige generatie ook toe. “Destijds was onze strijd niet genuanceerd of verbonden aan specifi eke identiteiten zoals nu. We streden tegen grote en toch zeer tastbare systemen: dictaturen, het patriarchaat. Natuurlijk hadden we onze eigen situaties, maar Afrikaanse vrouwen uit Eritrea, Ethiopië en Somalië stonden zij aan zij met Koerdische Peshmerga-vrouwen, met Molukse vrouwen, Turkse arbeidersvrouwen. Gezamenlijk kregen we ook dingen voor elkaar, zoals dat er bij de vrouwenstudies niet alleen aandacht was voor witte vrouwen. We waren ook bezig om beleid te beïnvloeden. We bereidden bijvoorbeeld de VNvrouwenconferentie in Nairobi en Beijing voor. Dat is een ouderwets en saai beeld, maar dat is wel het werk dat je moet doen om onderdrukking en onrecht systematisch aan te pakken. Nu wil iedereen een quick fix.”
“VN-verdragen, instituten en organen om racisme te bestrijden worden niet genoeg benut
Maar mensen komen niet meer bij elkaar om het saaie werk te doen. De ngo’s zijn ook zo ontmanteld dat ze minder voor elkaar krijgen dan vroeger. Zo is seksegerichte onderdrukking een grond geworden waarop vrouwen als vluchteling erkend kunnen worden. Voor verandering moet je geduld hebben. Machtsstructuren laten zich niet zomaar omverwerpen. Het rapport over Nederland van ECRI heeft een jaar gekost, dat werk doen mijn collega’s en ik onbezoldigd.”
Ophef
Soms moet Ghidei ook lachen om ophef. “Vorig jaar ging het om de Hema die roti met rijst verkocht. Iedereen was in rep en roer. Nou, als Italianen wisten dat wij ‘macaroni’ zeggen in plaats van maccheroni en dat we er maïs en ham aan toevoegen, zouden ze een hartstilstand krijgen! Maar dat is nou eenmaal Nederland: als het maar verkoopt. Kijk, ik kan boos zijn dat ik de enige zwarte vrouw op dit terras ben. Maar wat hebben we daaraan? Ik vraag me soms wel af waar de energie naartoe gaat.”
“Racisme staat op de agenda. Nu is het tijd voor de next steps: ken je rechten en informeer elkaar daarover
Racisme staat op de agenda. En nu is het tijd voor de next steps: ken je rechten en informeer elkaar daar ook weer over. Veel mensen weten bijvoorbeeld niet dat een discriminatievrije werkomgeving een plicht is van een werkgever. Laten we alsjeblieft strategisch te werk gaan en vooral: werken aan onze gezamenlijke toekomst.”
Dit artikel verscheen eerst in OneWorld-magazine in augustus 2019.
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand