Eén van die producten is palmolie uit Guatemala. Ruim 41% van de palmolie die wordt geproduceerd in Guatemala gaat naar Nederland. Het land staat op de top 10 van gevaarlijkste landen ter wereld voor vakbondsleiders. Recent is de staat van beleg afgekondigd vanwege drugsgeweld in verschillende provincies waardoor vakbonden hun werk niet meer kunnen doen. “Meer handel is goed, maar de situatie in Guatemala onderstreept de urgentie van verantwoord ondernemen,” aldus Marit Maij.
In Peru worden veel metalen gedolven, zoals koper, zink, zilver en tin, die bijvoorbeeld worden gebruikt voor onze mobiele telefoons. Ruim 70% van de mijnwerkers in Peru heeft een flexibel contract en werkt via onderaannemers. Zij hebben daardoor geen toegang tot sociale en medische verzekeringen. Dit terwijl het zwaar werk is met grote gezondheids- en veiligheidsrisico’s. Vakbonden krijgen nauwelijks voet aan de grond. “Als CNV Internationaal werken we samen met de enige vakbond in Peru die mijnwerkers met flexibele contracten organiseert. Maar het is moeilijk werk dat we niet alleen kunnen doen.”
Meer met elkaar te maken dan we denken
Ook op andere vlakken hebben we meer met elkaar te maken dan we denken. Landen als Colombia en Venezuela liggen dichtbij de Nederlandse Antillen die deel uitmaken van het Koninkrijk. Dat geldt ook voor Midden-Amerika. De crisis in Venezuela is voor Nederland dichtbij gekomen, vanwege het grote aantal vluchtelingen dat de oversteek naar Curaçao maakt.
Ondertussen vangt buurland Colombia ruim 1.4 miljoen vluchtelingen uit Venezuela op. Een enorme opgave voor een land dat moet investeren in vredesopbouw in het kader van het vredesakkoord tussen de overheid en de guerrilla organisatie FARC. Veel Venezolanen verdwijnen in de informaliteit. Zij zijn kwetsbaar en lopen het risico slachtoffer te worden van mensenhandel, prostitutie en uitbuiting waarbij vooral vrouwen en meisjes grote risico’s lopen.
Venezolaanse vluchtelingen
CNV internationaal heeft daarom samen met de vakcentrales in Colombia de eerste vakbond voor Venezolaanse vluchtelingen opgericht. “Het is de verwachting dat veel vluchtelingen voorlopig niet terugkeren naar hun land. Het is daarom van belang hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten zodat zij in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Dat geldt met name voor jongeren. Gewapende groepen en drugsmaffia’s grijpen anders de kans om kansloze jongeren te rekruteren” onderstreept Marit Maij.
“De Nederlandse politiek realiseert zich onvoldoende dat belangrijke problemen die in Latijns-Amerika spelen, directe gevolgen voor Nederland hebben. De drugshandel heeft niet alleen ontwrichtende gevolgen voor de rechtstaat in landen als Mexico, Guatemala en Colombia. Ook in Nederland zorgt die voor een toename van de criminaliteit.
Binnen deze context zien we in Latijns-Amerika een trend waarin steeds meer autoritaire leiders gekozen worden. Zij ondermijnen de rechtstaat ondermijnen en houden corruptie en straffeloosheid in stand. De positieve trend van democratisering van de voorbije tientallen jaren lijkt een halt toegeroepen te zijn.
Een goede rechtsstaat nodig
Om de uitwassen van drugshandel en de opmars van autoritaire leiders tegen te gaan, zijn een goed functionerende rechtsstaat, een vrije pers, een sterk maatschappelijk middenveld en vakbonden onmisbaar.
Voor het Nederlands bedrijfsleven en de groeiende handel tussen Latijns-Amerika en Nederland is een stabiele regio van groot belang. De huidige trends in Latijns-Amerika vereisen een versterkte inzet op internationaal verantwoord ondernemen.
“We zien in ons vakbondswerk in Latijns-Amerika dat de risico’s toenemen. Een falende rechtsstaat heeft directe invloed op de handelsketens waar Nederlandse bedrijven en investeerders bij betrokken zijn. Vakbondsrechten staan dan vaak als het eerste onder druk met een verslechterende mensenrechtensituatie als gevolg. Als we de handelsrelatie met Latijns Amerika op een verantwoorde wijze verder willen uitbouwen, is investeren in verantwoord ondernemen keihard nodig” aldus Marit Maij.
Kom ook op 14 oktober naar Den Haag voor “Het Koninkrijk en zijn buren”