In mijn time line klik ik op een Tweet met foto: de Westgate mall in Nairobi, met daarvoor een groot billboard waarop verzekeringsbedrijf Jubilee met koeienletters verkondigt dat “claims zonder drama worden afgehandeld”. Rechts naast de advertentie schiet een enorme zwarte rookpluim de lucht in. Vermoedelijk veroorzaakt door het verbranden van matrassen door de terroristen die dan al meer dan twee dagen het populaire winkelcentrum in handen hebben.
Zo ironisch als het beeld op de foto, zo onduidelijk was en is de informatie rondom het gijzelingsdrama dat op zaterdagmiddag 21 september begon en door de Somalische terreur organisatie Al Shabaab werd opgeëist. President Uhuru Kenyatta sprak de natie drie dagen later toe en deelde hen mee dat de terroristen overwonnen waren. De bovenste twee verdiepingen van het winkelcentrum waren toen inmiddels al ingestort. Hoeveel slachtoffers zich onder het puin bevinden, wat er met de terroristen is gebeurd, of met de gegijzelden: niemand weet het en de regering zwijgt angstvallig. In het grote mortuarium van Nairobi zijn nog steeds geen nieuwe lijken binnen gebracht.
Keniaanse columnist en schrijver Sunny Bindra vat in een Tweet samen wat publiekelijk niet gezegd mag worden, uit angst als anti-patriot te worden bestempeld: “Yes, I know, we will tackle touch issues after we are healed. As if we’ve EVER done that…” Bindra doelt op de afgelopen dagen van het gijzelingsdrama, waar een nog onbekend aantal mensen is omgekomen. Op Twitter leek de Keniaanse media een paringsdans met de accounts van de Keniaanse regering aan te zijn gegaan. De tegenstrijdige en onvolledige informatie van de regering over de voortgang van de gijzeling werden nauwelijks kritisch bekeken. “De media heeft een belangrijke rol gespeeld in het verenigen van de natie”, zei de hoogste baas van de raad van de media. Het is veelzeggend: eenheid creëren stond overduidelijk boven het stellen van harde vragen.
Terwijl menig inwoner van Kenia zich toch veel afvraagt: waar zijn de daders? Hoe heeft deze aanval kunnen plaatsvinden? Wat doen de veiligheidsdiensten eigenlijk? Zijn ze misschien te druk geweest met het terughalen van twee toppolitici uit het Internationale Strafhof in Den Haag, zoals kritische stemmen suggereren? Vlak voor de aanslag besloot het parlement tot terugtrekking uit het Verdrag van Rome, waarop het Internationaal Strafhof is gebaseerd. Toen de aanval op de Westgate mall plaatsvond, bevond verdachte van misdaden tegen de mensheid – tevens Keniaanse vice-president – William Rutu zich in Den Haag. Zijn verzoek om tijdelijke terugkeer naar Kenia om zijn land ‘bij te staan’ werd ingewilligd.
Maar nu lijkt het Strafhof zelf weer aan zet. In een verklaring zei de hoofdaanklaagster Fatou Bensouda nog voordat de gijzeling ten einde was dat ze Kenia wil helpen met de berechting van degenen die achter de aanslag in de Westgate mall zitten. De gepleegde misdaden tegen onschuldige burgers vallen immers onder het Verdrag van Rome. Hoe de discussie hierover in Kenia gaat verlopen is nog de vraag. Eerst is het zaak om de feiten boven tafel te krijgen, blijkt uit de reacties op het Twitter account van de woordvoerder van de Keniaanse overheid: die beweert nu dat zich in de Westgate mall geen lichamen van gegijzelden meer bevinden. Geheel in tegenspraak met de officiële berichtgeving van de regering van een dag ervoor: “Er zitten niet meer dan 10 gijzelaars in Westgate en we zijn bezig ze vrij te krijgen.” Kenia blijft voorlopig in het duister tasten.
Foto: PJ Media