Achtergrond

Afrika als fantoomverschijnsel

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

De voortgaande discussie #Afrikabestaatniet inspireert ook lezers tot een bijdrage. Het vergrijzende Europa heeft niks aan een mythe over Afrika als puur land, schrijft Thijs B. Bouwknegt. Let op de creatieve jonge generatie in Afrika die het sikkeneurige Europa voorbijstreeft.

Parijs 1984. In de metro. Tegenover mij zat een lange vrouw: gelig krullend haar, spierwit gezicht, volle lippen. Op haar flinke neus ruste een bril met jampotglazen. Ze keek terug. Haar felblauwe ogen waren vriendelijk, haast liefelijk. Ik hoorde haar praten. Maar ik was pas vijf, bijna zes, en verstond nog geen woord Frans. Ze wendde zich opzij, tot mijn moeder – die evenzoveel krullen had maar een heel andere vorm gezicht. “Ik intrigeer uw zoon, is het niet?” vroeg ze. “Het komt vast omdat ik albino ben en ik uit Senegal kom.”

Dat ligt in Afrika, wist mijn moeder.

In die vijf minuten had ik veel geleerd: in Parijs, dat in Frankrijk ligt, wonen aardige mensen uit Senegal. Dat is in Afrika. Daar heten mensen albino’s. Die spreken Frans, dragen grote brillen en ze zijn zo wit als mijn T-shirt. De wereld van een kind is klein. Ik had geen flauw idee waar Senegal was, laat staan Afrika. Het moest in ieder geval ver weg zijn. Want de Franse hoofdstad, zo had mijn opa verteld, was al zo groot als de provincie Utrecht. Mijn god. De stad Utrecht was al zeker anderhalf uur met de trein vanuit Nunspeet, waar ik toen woonde. Het werd me teveel. Ik viel in slaap.

Na de vakantie, terug op de Montessorischool, kregen we topografie. De wereldkaart was een grote houten puzzel. Ik zag het eindelijk voor me: daar ligt Afrika! Van de zo’n vijftig rechtlijnige stukjes had Senegal een bijzondere afwijking. Er zat nog een land in: Gambia. Nog iets opvallends was dat de continenten Afrika en Zuid-Amerika in elkaar pasten. Heel vroeger lag Senegal dus ergens in de buurt van het caribisch gebied. De wereld is uniek en voortdurend in beweging, net als haar bevolking. Ons wereldbeeld is net zo mutabel. Maar niet iedereen wil mee. De cultivering van het exotische uit zich in melancholie: de romantisering van het vergankelijke.

Maar liefde maakt blind. Een roze bril vertroebelt de werkelijkheid, het oog voor detail wordt verblind. Het overkomt iedereen wel eens. Ook journalisten als Chris Kijne, Marcia Luyten en Marlies Pilon. Zij houden van Afrika. Ik ook. Al weet ik niet altijd wat de aantrekkingskracht dan precies is. Het warme klimaat? De mooie natuur? Het reizen? Ik liefkoos Afrika als fantoom, als een plek waar het schijnbaar anders is dan in Nederland. De realiteit is echter weerbarstiger, soms teleurstellend. Het is afhankelijk van waar je bent, op welk moment.

Ik weet dondersgoed dat ‘Afrika’ als zodanig niet bestaat en continu van betekenis verandert. In de hoofden van mensen, daar en hier. Bovendien, de liefde is niet in alle gevallen wederzijds.

Trouw-journalist Seada Nourhussen hield recentelijk die realiteitsspiegel weer eens voor. Ze merkt op dat het continent zo groot en diffuus is dat Afrika onzichtbaar en vervreemd wordt. Alle verschillende mensen die er – in minstens 54 internationaal erkende landen – wonen zijn niet te vangen onder één noemer. ‘Afrika’ is niet echt en ‘Afrikanen’ bestaan niet. Het zijn stijlfiguren om generalisaties in te vangen over een ambigu gebied. Egypte, Libië en andere noordelijke landen op datzelfde continent worden zonder pardon buitengesloten. Die liggen voor het gemak in het Midden-Oosten en zijn ‘niet-Afrikaans’.

De Afrikaanse Unie discussieert over ‘The Hague’ – niet over Nederland

Natuurlijk. De realiteit is altijd in the eye of the beholder. Zo heeft mijn collega – die respectievelijk Abidjaan, Ivoriaan en dan pas Afrikaan is – het over Frankrijk, Engeland en Duitsland wanneer hij praat over Europa, niet over Zwitserland of Oekraïne . In de Afrikaanse Unie wordt gediscussieerd over ‘The Hague’ – juridische hoofdstad van de wereld – maar niet over Nederland. Net als in Amsterdam voelen de jonge ZZP’ers in Kigali of kunstenaars in Kinshasa zich kosmopoliet. Ze dragen exclusieve sneakers, werken op MacBooks en regelen hun geldzaken via hun smartphones. De 'pakweg twintig keer' dat Kijne in Afrika was droeg hij niet de verkeerde bril, hij vergat deze alleen te vervangen voor een eigentijds model.

Kijne’s suggestie – in zijn reactie op wat hij later later 'Seada’s j’accuse; noemt – dat zij een “gekleurde antiracisme bril” draagt, legt eerder zijn gekwetste ziel bloot dan dat het recht doet aan de realiteitszin van de boodschap van Nourhussen: verander de kijk op Afrika en zoom in. Waarover en over wie gaat het echt? Het object versus het subject. De lezer is niet gebaat bij ethische, clichématige en romantische reflecties van journalisten, laat staan hun persoonlijke opvattingen. De markt van de compassie en opinie ligt elders, bijvoorbeeld bij ontwikkelingsidealisten, mensenrechtenactivisten of politici. Ja, verantwoordelijke journalistiek moet kritisch zijn, maar vooral ook objectief en betrouwbaar. Dat vereist een scherpe bril. Die van Nourhussen is glashelder.

Christina Aguilera ging
leeuwen bekijken in het door oorlog geteisterde Rwanda

Algemeenheden geven ons geen inzicht in het wie, wat, waar, wanneer en waarom er iemand wordt doodgeschopt in de Centraal Afrikaanse Republiek. Die moord heeft geen ‘Afrikaans motief’. Details en context, dat willen we weten. Omdat we niet willen worden als Christina Aguilera of Mel B. die afreisden naar het “door oorlog geteisterde Rwanda” om “leeuwen, tijgers en beren” te kijken. Concrete, juiste en gedetailleerde informatie over landen van groeiend algemeen belang heeft niets te maken met de onbruikbare begrippen als politieke correctheid, kolonialisme of racisme waarmee Luyten Nourhussen mee probeert te beleren. Die tijden zijn vervlogen. Net als de schuldgevoelens die Pilon beschrijft. Weerhoudt een pijnlijk verleden de journalist van kwalitatieve reportage in het heden? Ik hoop het niet.

Luyten – wiens wereld naar eigen schrijven ligt “tussen Amsterdam en Afrika, tussen Waterland en Limburg” zoekt vaak “iets groots in iets kleins.” Dat is mooi. Als historicus onderschrijf ik dat “naarmate je verder uitzoomt […] family resemblances en gelijkende patronen in cultuur, samenleven en politiek beter zichtbaar” worden. Maar deze generalisaties moeten dan wel nuttig zijn. Herwaardering van clichés is noodzakelijk. Het centrum van de mondiale samenleving – getuige Kijne’s 'schuivende wereldpanelen' – is namelijk niet statisch.

Let dus op de jonge generaties in Afrikaanse landen die met creativiteit, viriliteit en een futuristische blik het sikkeneurige melodramatische Noordwest-Europa voorbij stomen. Met de mythe dat Afrika een ‘puur land’ is zonder geschiedenis, heden en toekomst is niemand geholpen – zeker het vergrijzende Europa niet. Afrika is alles behalve een fantoom.

Thijs B. Bouwknegt is historicus ‘niet-westerse geschiedenis’, voormalig Wereldomroep journalist en thans onderzoeker bij het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust en Genocide Studies.

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons