Partnerbericht

Nobelprijs: alle Nederlanders een beetje winnaar

GCE-Nederland

Onderwijsactivisten
Op 10 december wordt in Stockholm een gedeelde Nobelprijs voor de Vrede 2014 uitgereikt aan onderwijsactivisten Malala Yousafzai en Kailash Satyarthi. De 17-jarige Pakistaanse Malala werd in 2012 neergeschoten door de Taliban omdat ze opkwam voor het recht op onderwijs voor meisjes. Ze overleefde de aanslag, die wereldnieuws werd en haar een ongekend podium gaf om haar boodschap uit te dragen. Malala zet haar strijd voor meisjesonderwijs onverminderd voort, zij het vanuit Engeland, omdat ze in eigen land nog steeds voor haar leven moet vrezen.  Ze tekende haar verhaal op in het boek ‘Ik ben Malala’ dat in december ook in een versie voor kinderen verschijnt. Na een optreden in het TV-programma College Tour eind vorig jaar werd de welbespraakte tiener ook in Nederland een bekendheid.

Kinderslavernij
De 60-jarige Indiase Kailash Satyarthi voert al zijn hele leven strijd voor kinderrechten, met name tegen kinderslavernij en voor het recht op onderwijs voor iedereen. Met zijn in 1980 opgerichte organisatie Bachpan Bachao Andolan wist hij al zo’n 80.000 kinderen te redden uit ongezonde of gevaarlijke mijnen, fabrieken, sweatshops en bordelen. Bij de invallen op deze werkplaatsen liep Satyarthi zelf ook regelmatig klappen op.

Betere wetgeving
In 1998 leidde Kailash Satyarthi de Global March against Child Labour; ontwikkelingsorganisaties, vakbonden, leerkrachten, ouders en kinderen die de krachten bundelden om de uitkomst van een ILO-conferentie te beïnvloeden. Vanuit verschillende delen van de wereld trokken protestmarsen naar Geneve, waar de Internationale Arbeids Organisatie (ILO) vergaderde over nieuwe maatregelen tegen kinderarbeid.  Met zijn jarenlange strijd tegen kinderarbeid heeft Kailash Saytarthi grote invloed gehad op internationale wetgeving om kinderen te beschermen tegen de ergste vormen van uitbuiting.

Kinderen horen op school
‘Red de kindertijd’ is de letterlijke vertaling van Satyarthi’s organisatie Bachpan Bachao Andolan. Kinderen horen op school, vindt hij, en daarom richtte hij in 1999 samen met Action Aid, Oxfam en Education International de Global Campaign for Education op, waarvan hij ook tot 2011 voorzitter was. Deze wereldwijde beweging van ontwikkelingsorganisaties, vakbonden, wetenschappers en onderwijsactivisten, met afdelingen in zo’n 100 landen, zet door lobby en campagne druk achter het realiseren van de Education for All doelen.

Bondgenoot
Tot voor kort vonden Malala Yousafzai en Kailash Satyarthi in hun stijd voor onderwijs in de Nederlandse regering een belangrijke bondgenoot. Van 1999 tot en met 2009 was onderwijs een prioriteit in het Nederlandse beleid voor ontwikkelingssamenwerking.  Tien jaar lang leverde Nederland een belangrijke inhoudelijke en financiële bijdrage aan het realiseren van het recht op onderwijs van kinderen in ontwikkelingslanden. In totaal werd ruim € 3,5 miljard besteed aan met name beter basisonderwijs: geld van de Nederlandse belastingbetaler.  Nederland was in die tijd een van de belangrijkst onderwijsdonoren en werd internationaal gezien en gewaardeerd als een deskundige, innovatieve en invloedrijke partner.

Het karwei is niet af
Mede dankzij die Nederlandse hulp gingen in 2009 aanzienlijk meer kinderen, ook meisjes en kinderen uit kansarme groepen, naar school dan in 1999. Volgens UNESCO volgde in 1999 nog maar 64 procent van de kinderen van basisschoolleeftijd onderwijs; in 2009 was dat al 82 procent.  In een evaluatie van de Inspectie Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie (IOB) in 2011 werd de Nederlandse onderwijshulp buitengewoon positief beoordeeld. Het rapport stelt echter ook dat ‘het karwei nog niet af is’.  Vooral de kwaliteit van het onderwijs laat in een groot aantal landen nog veel te wensen over.

Forse bezuinigingen
De nieuw aangetreden regering Rutte-I wachtte de  uitkomst van deze omvangrijke evaluatie echter niet af en besloot juist fors te bezuinigingen op onderwijs. Sinds 2010 is onderwijs geen prioriteit meer in het Nederlandse ontwikkelingsbeleid. Onder het kabinet Rutte-II is of wordt alle steun aan basisonderwijs geschrapt, ook waar dat contraproductief is voor de eigen doelstellingen. Zo is verbetering van de positie van meisjes en vrouwen een speerpunt in het huidige ontwikkelingsbeleid.  Goed onderwijs is daarvoor het bewezen meest effectieve instrument. Desondanks zijn ook succesvolle programma’s voor meisjes beëindigd in landen als Pakistan, Afghanistan en Jemen, waar hun onderwijsachterstand juist het grootst is.

Onderwijscrisis
De Nobelprijs voor onderwijsactivisten Malala Yousafzai en Kailash Satyarthi komt op een cruciaal moment. Het recht op onderwijs is nog voor lang niet iedereen gerealiseerd. Wereldwijd blijven 250 miljoen kinderen (dat is 40 % van alle kinderen van basisschoolleeftijd!) analfabeet omdat ze geen, te kort of te slecht onderwijs krijgen. Ondanks deze onderwijscrisis loopt sinds een paar jaar de internationale steun voor onderwijs terug. Vooral kinderen in de armste landen dreigen daardoor hun kans op een betere toekomst mis te lopen.

Aanmoediging
“Ik zie deze Nobelprijs als een blijk van erkenning en waardering  voor iedereen die opkomt voor het recht op onderwijs”, zei Kailash Satyarthi onlangs op een bijeenkomst van de Global Campaign for Education in Berlijn. Malala Yousafzai zei eerder in een interview dat ze de Nobelprijs vooral ziet als een aanmoediging voor jonge mensen die opkomen voor kinderrechten. “Dat biedt hoop aan veel kinderen en jonge mensen dat hun werk wordt gewaardeerd en dat hun inzet voor onderwijs ertoe doet”.

Ook zonder je leven te riskeren kun je ervoor helpen zorgen dat kinderen niet hoeven te werken en de kans krijgen onderwijs te volgen. In Nederland hebben alle belastingbetalers – al dan niet van harte – een bijdrage geleverd aan die strijd. Voor een belangrijk deel van de bevolking zal dat echter met grote instemming zijn gebeurd, want onderwijs staat al jaren in de top 3 van favoriete bestedingsdoelen voor ontwikkelingsgeld. Daarnaast zetten in Nederland honderden grote en kleine particuliere organisaties,  bedrijven, instellingen en personen zich actief in voor onderwijs in ontwikkelingslanden.  Ook zij mogen zich op 10 december best een beetje Nobelprijswinnaar voelen.

Lees meer over Kailash Satyarthi en Malala Yousafzai