Met de aanslagen in Europa van de afgelopen maanden is volgens Mirjam van Reisen een nieuwe orde ontstaan. Het werd voor haar heel concreet toen haar eigen dochter op Schiphol te horen kreeg dat ze een strafbaar feit zou hebben gepleegd.
Wanneer ik deze zomer op vakantie vertrek, gaat de computer dicht, is er tijd om lekker te koken, te spelen, te praten, te flaneren en te wandelen. En trouwens ook om op het strand te genieten van de zon en warmte. In Reims zoek ik een vriendin op. De afschuwelijke aanslag in Nice heeft haar diep geraakt. Ik spreek over Brussel, waar de angst op aanslagen veel veranderd heeft. Deze zomer, waarin iedereen even probeerde te ontkomen aan de dagelijkse werkelijkheid, is er een nieuwe orde ontstaan.
mijn dochter en ik keken ineens met heel andere ogen naar haar geliefde speelgoed, een katapult uit Afrika
Deze nieuwe orde was heel voelbaar toen we op vakantie vertrokken. Mijn dochter van dertien kreeg op Schiphol te horen dat ze een strafbaar feit zou hebben gepleegd toen de dienstige veiligheidsbeambte haar speelgoed als verboden wapen aanmerkte. Terwijl we wachtten op de afhandeling keken mijn dochter en ik ineens met heel andere ogen naar haar geliefde speelgoed, een katapult uit Afrika, die ze als een ketting om haar nek had gehangen. Het voorwerp – een aandenken en symbool van vrijheid, werd een last die onze eigen veiligheid in gevaar bracht. Niet alleen het voorwerp veranderde in onze ogen, we veranderden via deze gebeurtenis ook zelf een beetje. Op de terugweg pakten we onze koffers nog zorgvuldiger om netjes langs de veiligheidscontroles te kunnen komen.
Potentiële terrorist
Het katapult-incident leerde ons nog iets anders. Niet alleen werd het speelgoed een verboden wapen. Het spelende kind werd een potentiële terrorist. Hierover had mijn dochter nog nooit nagedacht, en ik had ook nog nooit met deze ogen naar mijn kind gekeken. Maar terwijl we samen wachtten op de marechaussee voor de afhandeling van de zaak, keken we bedrukt naar beneden, probeerden we ons zo klein mogelijk te maken en onopvallend te houden. Hopend dat niemand ons zou opmerken. We konden niet meer aan de situatie ontsnappen dus wachtten we angstig op dat wat komen zou. De vriendelijke jonge politiemensen ondervroegen ons heel correct, keken ons recht in de ogen en legden ons de wapenwet uit. Daarna mochten we gelukkig onze reis vervolgen – zonder katapult wel te verstaan. Dat was ook niet erg want de katapult was niet langer een geliefd voorwerp – en al helemaal geen voorwerp van vrijheid meer.
De Bengaalse schrijfster Gayatri Chakravorti Spivak beschreef in 1988 in een prachtig artikel Can the Subaltern Speak (PDF) hoe de heersende orde ons doet kijken naar de dingen om ons heen. We gaan de voorwerpen zien door de bril die is aangereikt. We worden deze bril zo gewoon dat we ons niet meer bewust zijn dat we hem dragen. Het punt dat Spivak maakte is dat in dat proces we niet meer kunnen weten en niet meer kunnen zien welke andere betekenissen voorwerpen kunnen hebben.
Machtsongelijkheid
Spivak past deze gedachte toe in een situatie van machtsongelijkheid. Zij toont in dit artikel dat de interpretatie van een gebeurtenis gebeurt via het begrippenkader van de macht. Zij laat daarmee ook zien dat de werkelijke intentie van de ondergeschikten hiermee niet zichtbaar wordt en vaak zelfs niet meer “kenbaar”. De intentie en betekenis blijft verborgen door de noodzakelijke aanpassing van de ondergeschikte aan het overheersende machtige begrippenkader. Vooral vrouwen moeten vaak heel omzichtig zijn, omdat zij dubbelop onderwerp kunnen worden van overheersing.
De Afrikaans-Caribische Franse psychiater Frantz Omar Fanon had hierover al in 1952 een prachtig boek geschreven, vertaald in het Engels als: Black Skins, White Masks (PDF). Zijn werk is geschreven in het licht van de zeer gruwelijke gewelddadige koloniale oorlog van Frankrijk in Algerije. Fanon werd daarheen gestuurd als psychiater, maar gaf uiteindelijk deze baan op, omdat hij vond dat de psychiatrie niet geschikt was om de structurele gewelddadige onderdrukking een halt toe te roepen.
De onderdrukte bevolking kent niet meer haar eigen bedoelingen en neemt de overheersende verwachtingen over
Fanon beschrijft in zijn prachtige boek hoe de koloniale onderdrukking leidt tot vervreemding. De onderdrukte bevolking kent niet meer haar eigen bedoelingen en neemt de overheersende verwachtingen over. Fanon toont aan dat het racisme (“black skins”) waarmee de onderdrukking gepaard gaat, leidt tot een overheersing van de ziel (“white masks”) waarin de onderdrukten het gedachte en waarde-patroon van de overheerser overnemen. Daarmee sterft de ondergeschikte niet alleen letterlijk, maar ook in figuurlijke zin, omdat hij zichzelf is kwijtgeraakt en overblijft als een onderwerp van onderdrukking. In de literatuur wordt dit ook wel aangeduid als “translation”. Het witte masker van Fanon staat voor een vertaling van de ondergeschikte naar de heersende waarden en normen waaraan hij zich moet aanpassen.
Als ondergeschikten in een samenleving zichzelf ‘vertalen’ naar de overheersende samenleving wat doen zij dan met hun intrinsieke oorspronkelijke waarde- en gedachtegoed? Dat wordt opgeborgen achter een masker, een sluier. Volgens de Nederlandse antropologe Ineke Buskens kan de kleding van moslimmannen en -vrouwen niet gereduceerd worden tot louter godsdienstig gebruik: “Sommige kledingstukken, zoals de Djelleba in Marokko, zijn geïntroduceerd in een reactie op de koloniale Franse overheersing.” Met de sluier konden vrouwen zich beschermen tegen de ogen van de koloniale machthebbers. Zo kan de sluier gezien worden als het masker dat medieert tussen de aanpassing aan de heersende orde. Het innerlijke biedt zo weerstand en geeft zich zo dus niet volledig op. Dit toont een diep-menselijke drijfveer tot eigenbehoud.
Mijn dochter werd door haar broer en zussen overladen met ‘geinige’ kadootjes: roze katapulten. Daarmee kon ze haar stoere zwarte katapult vervangen, die op Schiphol was achtergebleven. Inderdaad kwamen de roze-gekleurde katapulten zonder probleem door de beveiliging. Ze heeft die “stomme kinderachtige” dingen boos aan de kant gelegd. Ik heb ondertussen op het internet opgezocht waar je zo’n elegante boerkini kan kopen. In Australië. Ik heb er één bestelt. Met vele andere dames, zo bleek. Voor de zomer.