Van alle kanten word ik getipt over de EenVandaag uitzending van journalist Arnold Karskens over Eritrea. Meestal door Nederlanders die de situatie goed kennen en die van hun hart geen moordkuil maken: “Ik heb zitten stuiteren op de bank van boosheid. Ik kon niet geloven dat EenVandaag zoiets uitzendt. Journalisten horen neutraal te zijn en zij laten hun kijkers denken. Nou deze was zeker niet neutraal.”
Karskens reist naïef door het Eritrese landschap nadat hij een visum heeft gekregen – verstrekt door het regime, dat kosten noch moeite bespaart om journalisten uit te nodigen. Een regime dat wanhopig op zoek is naar positieve pr, gesteund door westerse exploitatiebedrijven in de mijnindustrie. Naïef is deze uitzending, alsof niet alle oorlogen en conflicten gepaard gaan met een elite die zich het leven welgevoeglijk laat bekoren en mensen die proberen het vege lijf te redden. Alsof het feit dat mensen op camera niet zeggen wat er aan de hand is, ook maar enig bewijs zou zijn voor wat er wel aan de hand is. Het past in een nieuwe trend van artikelen over Eritrea: “Bad, but not that Bad”.
Laten we de feiten nog eens op een rijtje zetten:
In Juni bracht een speciale VN-commissie van onderzoek over Eritrea een rapport uit dat er niet om liegt. In Eritrea werden én worden misdaden tegen de menselijkheid gepleegd. De Commissie concludeerde dat de misdadigers moeten worden berecht.
Het rapport richt zich vooral op hedendaagse slavernij. De bevolking van Eritrea leeft in gehele onderschikking en honderdduizenden leven in slavernij. Een algehele nationale dienstplicht bepaalt voor de hele burgerbevolking wat zij doen, waar en wanneer. Bevelen van superieuren moeten worden opgevolgd, maar worden bepaald door grote willekeur.
Vele mannen zitten al twee decennia lang in uitzichtloze militaire dienstplicht, een vorm van gedwongen slavenarbeid. Zij werken aan infrastructuur, fungeren als arbeiders op de plantages van de militaire leiders en leven in grote armoede in de verzengende kazernes in de droge gebieden van het land.
Zonder enige vorm van rechtspraak gaat het land gebukt onder een extreem grote angst
Vrouwen ontsnappen niet aan de dienstplicht en kunnen zich ook niet onttrekken aan het vervullen van allerhande diensten aan de hogere militairen en worden slachtoffer van sexueel geweld. Zonder enige vorm van onafhankelijke rechtspraak gaat het land gebukt onder een extreem grote angst. Journalisten en politici zitten al vijftien jaar vast zonder enige vorm van proces. Tienduizenden onschuldigen zitten gevangen, in ondergrondse holen en honderden gesloten geheime detentiecentra. Voor velen geldt dat ze, mochten zij ooit naar buiten komen, blind zullen zijn omdat ze te lang geen daglicht hebben gezien.
Honderdduizenden vluchtelingen ontsnappen, ondank een shoot-to-kill beleid. Velen komen om. Ook deze week moesten meer dan tienduizend vluchtelingen worden gered, waaronder weer zeer veel Eritreeërs, toen een boot zonk op de Middelandse Zee. Drie baby's werden op de opblaasboot geboren. Op Facebook wemelt het van de ‘RIP’s’ van Eritrese vluchtelingen die opgekomen waren. Veel kinderen hebben het contact met familieleden verloren en zwerven reddeloos in Sudan en Libië. Vrouwen verdwijnen in Libië in de handen van IS en worden als bruiden verkocht. De vluchtelingen van Eritrea kunnen niet terug. Voorwaarts gaan zij, de meesten stateloos en onbeschermd.
Mijn dochter stelt de vraag, hoe ik weet wat er aan de hand is als je zelf niet naar Eritrea kunt reizen. Terwijl ik haar antwoord, tik ik op de telefoon met één van de vele vluchtelingen die mij regelmatig contacteert, Tedros, die naar Sudan is gevlucht en als de dood is om daar door de Eritrese en militaire militia terug gedeporteerd te worden: “I am very careful, then suddenly the militia stopped me, they picked us in on the truck. I was begging them on my knees, fearing not te be deported to Eritrea, but thank God, I paid 3000 pounds and they let me go.”
Hij vervolgt: “Last week I was going to the offie of IOM, again they caught me while I am on my was and I paid 4000. The money was not mine but when I am arrested I call friends here to come with the money.” Ik vraag hem hoe hij zicht voelt: “I can’t explain how it feels when it is happening. Immediately what comes in mind is the danger to be deported to my country. I feel in shock.” Tedros heeft zijn vrouw en twee dochters moeten achterlaten in Eritrea.
Ik spreek ze dagelijks, de jonge kinderen, die – alleen en zonder ouders, aan het regime ontsnapten, die hun vader nooit hebben gekend omdat ze verdwenen zijn in de gevangenis, in de militaire kampen of zijn omgekomen. Die dappere baasjes – hoe jong als ze zijn, op zoek zijn naar werk om hun achtergebleven moeder te kunnen helpen.
Veel Eritreeërs blijven zelfs in Nederland het slachtoffer van de lange arm van het regime
Ik spreek ze dagelijks, de vrouwen, op wie bij de grens geschoten werd toen ze het risico namen van een levensgevaarlijke vlucht, ik heb geluisterd naar de monotone verhalen over de martelingen, afpersingen, mensenhandel – de uitzichtloosheid, omdat velen zelfs in Nederland slachtoffer blijven van de lange arm van het regime.
Ik spreek ze dagelijks, de vele vele mannen, die wisten te vluchten nadat ze jaren vastzaten. Mager, met leren huiden, gemarteld, met doffe ogen. Mannen, die niet meer eten. Mannen die niet meer kunnen spreken over datgene wat ze hebben gezien. Vorige week kwamen we bijeen in Brussel en we eindigden de bijeenkomst in een verpletterende stilte, met een zwaar hart over zoveel uitzichtloosheid.
De indruk die de EenVandaag-uitzending nalaat is dat het VN-rapport overdreven is. Vanuit mijn kennis heb ik een heel ander beeld. Mijn beeld is dat er juist veel méér aan de hand is dan wat het VN-rapport heeft kunnen beschrijven. De situatie is niet minder erger, maar nog veel ernstiger. Het criminele regime in Eritrea heeft nog veel meer te verbergen en doet er nu alles aan om het beeld over Eritrea te nuanceren.
Hierbij worden de machthebbers geholpen door mijnbouwbedrijven zoals Nevsum. Voor hen is er veel aan gelegen om het beeld van Eritrea op te poetsen. de bedrijven hopen hun exploitatie van goud te kunnen uitbreiden. In Canada is ondertussen door drie Eritrese vluchtelingen een zaak aangespannen tegen mijnbedrijf Nevsum, een zaak die het bedrijf in verband brengt met slavernij in Eritrea. Het gerecht bepaalde vorige week dat de zaak gehoord mag worden, omdat de rechtsspraak in Eritrea niet toelaat een dergelijke proces te voeren.
Ook de Europese Unie hoopt op positieve verhalen, om zo de vluchtelingenstroom in te kunnen dammen. Karskens speelt hierop in, en laat op tendentieuze wijze de indruk achter dat de Europese subsidies goed besteed zijn en het merendeel van de vluchtelingen om economische redenen is gevlucht en dus wel terug kan. Wat hij niet vertelt is dat het regime niet eens een begroting heeft en voor werk volledig afhankelijk is van de gedwongen slavenarbeid. Ieder discussie over een “betere betaling” van slaven is niet alleen in de grond van de aard absurd, maar ontbreekt iedere logica omdat er geen enkele economisch basis is voor de Eritrese munt, de nakfa, noch voor de goederen die het land binnen komen. De economie wordt volledig beheerst door de machthebbers en de legertop.
Het hallucinante beeld dat Karskens wil scheppen is dat de vluchtelingen best terug zouden kunnen. Wat Karskens niet weet is dat het merendeel van de vluchtelingen die worden terug gestuurd, onmiddellijk proberen het land weer te verlaten, omdat het in Eritrea veel te gevaarlijk is voor hen. Eritreeërs zijn vogelvrij, families zijn bewust uit elkaar geslagen en er wordt nu grof geld verdiend aan de mobiele mensenhandel die kan ontstaan door de wijze waarop de vluchtelingen worden vervolgd.
Het Eritrese regime speelt ondertussen handig in op de belangen van bedrijven zoals Nevsum en de EU. Diplomaten en journalisten verheugen zich op de nieuwe toegang nadat het land eerder jarenlang gesloten bleef. Het mooie Asmara met zijn Art Deco – ook wel klein Rome genoemd, ontvouwt zich als een verassing aan hun voeten, en zij genieten van de cappucino en de internetcafés die zij tot hun grote verassing aantreffen. Het landschap is vertederend, de prachtige kamelen en kleine ezeltjes creëren een romantisch orientaals beeld. Na een reis waarbij informanten door andere informanten in de gaten werden gehouden keren de reizigers blijmoedig terug, en rapporteren aan het publiek. Sommige journalisten slagen er overigens wèl in om zo een hele mooie inkijk zien over hoe de verborgen realiteit in Eritrea waar te nemen is, zoals bijvoorbeeld in de geslaagde rapportage: “A Visa for Eritrea, the African “North Korea”.
Verschillende denktanks, waaronder de Atlantic Council, ontvingen volgens bronnen geld om een positief beeld van Eritrea neer te zetten. Hierover is veel ophef, en onlangs moest de Atlantic Council een geplande bijeenkomst aflasten onder de druk van protesten.
Later deze maand komt het rapport van de Commissie van Onderzoek op de agenda van de Verenigde Naties. De VN concludeerde dat President Esayas moet worden uitgeleverd aan het Internationale Strafhof.
Vervolgens zal de veiligheidsraad zich ook buigen over de kwestie. Onlangs kwam een rapport uit van IGAD waarin opnieuw bleek hoe explosief de veiligheidssituatie is in de Hoorn en Oost Afrika, waar Al Shabaab aan terrein wint en IS, via Al Shabaab, vaste grond krijgt in Afrika. De destabilisering van Ethiopië in de regio wekt bijzonder veel zorg. IGAD definieert Al Shabaab nu als een transnationale veiligheidsbedreiding. De Monitoring Group van de veiligheidsraad rapporteert al jarenlang over de banden van Eritrea met Al Shabaab en deze banden zijn de basis voor sancties die de VN Veiligheidsraad instelde en die nog steeds van kracht zijn.