Dit artikel maakt deel uit van de serie ‘2015: The future we want’ die OneWorld in 2013 initieerde.
Hoe krijg je seks, of liever gezegd seksuele en reproductieve gezondheid en rechten, op de internationale politieke agenda? En waarom is dat zo belangrijk? Monique Kamphuis van het ministerie van Buitenlandse Zaken legt uit.
‘Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten’ (SRGR), wat moet ik me daarbij voorstellen?
“Met wie heb je seks, met wie krijg je kinderen en op welk moment? Het gaat over alles wat met seksualiteit en het krijgen van kinderen te maken heeft. Zowel de ziektes en gezondheid die daarbij een rol spelen, als het recht om te kiezen voor seksualiteit. Ook het recht van mensen om bijvoorbeeld homoseksueel te zijn is belangrijk binnen dit thema.”
In 2012 gaf Nederland 350 miljoen euro uit aan SRGR. Minister Ploumen verhoogt dit bedrag in 2013, terwijl op andere posten wordt bezuinigd. Waarom is het zo’n belangrijk thema voor Nederland?
“Het is een belangrijk thema omdat mensen overal ter wereld het recht hebben om gezond te zijn. Als je als kind niet kunt kiezen en jouw omgeving bepaalt dat je in het huwelijk moet treden met iemand die je niet kent, dan wordt je het recht ontnomen om kind te blijven. Je kunt dan niet meer naar school gaan en ook niet wachten met seksueel contact totdat je daar zelf behoefte aan hebt. Je wordt gedwongen om te gaan leven op een manier die niet altijd gezond is. Als een kind van 14 een kind krijgt dan hebben zowel moeder als kind een veel grotere kans om te overlijden dan een vrouw van 20 jaar.”
In de Millenniumdoelen was veel aandacht voor gezondheid, maar de meeste doelen op gebied van SRGR zijn niet gehaald. Hoe kan dat?
“De oplossing van hoge moedersterfte en Hiv/Aids is niet alleen een kwestie van het beschikbaar stellen van gezondheidszorg, aidsremmers en voorbehoedsmiddelen, zoals de indicatoren van de Millenniumdoelen soms suggereren. De problemen zijn complex en hebben ook te maken met de financiële mogelijkheden van mensen, de wetgeving en culturele gebruiken in een land. Armoede is een onderliggende oorzaak van deze problemen. Hoe ouder een meisje is, hoe hoger de bruidsschat kan worden, dus geven arme families vaak de voorkeur aan een vroeg huwelijk. Als de wetgeving geen minimum huwbare leeftijd voorschrijft of meisjesbesnijdenis strafbaar stelt dan wordt het moeilijker om je uit deze situaties te worstelen. Soms zijn die wetten er wel, maar zijn ze nauwelijks bekend bij de bevolking. Gedragsveranderingen hebben tijd nodig. Zelfs handen wassen, iets dat zo vanzelfsprekend lijkt en erg belangrijk is om ziektes te voorkomen, is weinig veranderd. Maar één rolmodel kan hierbij al helpen, of informatie via muziek of dorpsbijeenkomsten."
Wat kunnen we leren van de Millenniumdoelen bij het opstellen van een nieuwe ontwikkelingsagenda?
“Door problemen en ziektes duidelijk te benoemen zijn er veel initiatieven ontstaan en is er veel geld beschikbaar gesteld, voor bijvoorbeeld aidsremmers, bednetten en vaccinaties. Ziektes als malaria, tuberculose en hiv zijn met bijna een kwart terug gedrongen en moeder- en kindersterfte met bijna de helft. Dat is geweldig. Maar er zijn te weinig dwarsverbanden gelegd. Ziektes worden ook beïnvloed door te weinig schoon drinkwater en slechte hygiënische omstandigheden. Die samenhang was losgelaten. Sommige middelen zijn controversiëler, zoals voorbehoedmiddelen. 222 miljoen vrouwen willen ze wel gebruiken maar krijgen niet de kans daartoe. Omdat de voorbehoedsmiddelen er niet zijn, vrouwen er niet vanaf weten, ze niet kunnen betalen of ze niet mogen gebruiken van hun partner. Ook religieuze redenen kunnen een rol spelen. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken werkt samen met internationale en lokale ngo’s. Bijvoorbeeld met Rutgers WPF in Bangladesh. Zij lichten jonge mensen voor over seksualiteit en over voorbehoedsmiddelen. Ook de bestrijding van Hiv/Aids kan nog worden verbeterd. In de wereld als geheel daalt het aantal infecties, maar in Oost-Europa stijgt het juist. Deze stijging wordt vooral gedreven door drugsgebruikers. In Nederland en andere landen hebben we goede interventie strategieën en speciale programma’s om deze groep te bereiken. Maar daar willen de overheden van deze landen niet altijd aan mee werken. Dat is dus een groot probleem in Oost-Europa.”
Er worden as we speak nieuwe ontwikkelingsdoelen geformuleerd. Wat moet er gebeuren om seks, of liever gezegd SRGR, op deze internationale agenda te krijgen?
“Het vergt nog veel energie om anderen te overtuigen dat het naleven van internationaal overeengekomen mensenrechten noodzakelijk is voor ontwikkeling. Zelfs binnen Europa verschillen de lidstaten van mening. Zo is Malta terughoudend als het gaat om abortus. In Oost-Europa zijn er landen die grote moeite hebben met homoseksualiteit. Daarom moet Nederland zich samen met de progressieve landen uit de EU en ngo’s blijven inzetten om deze landen te overtuigen van het belang van seksuele en reproductieve rechten. Het is positief dat, na weliswaar wéken onderhandelen, de Europese lidstaten deze rechten expliciet benoemen in de post-2015 agenda van de EU. Ook het High Level Panel heeft in haar rapport toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen als doelstelling opgenomen, evenals het beëindigen van kind huwelijken en geweld tegen vrouwen. Het is belangrijk dat we deze ambitie nu vasthouden en uitvoeren. Zodat ieder mens keuzes kan maken ten aanzien van seksualiteit en het krijgen van kinderen.”