Lucia Kula (30) kwam als jong meisje naar Nederland met haar ouders. Nu is ze voor het eerst terug in haar geboorteland Angola en doet ze onderzoek naar seksueel geweld tegen vluchtelingen. Voor OneWorld blogt ze de komende acht maanden over haar ervaringen. Vandaag deel 7
Afgelopen weken zijn er 150 immigranten zonder pardon uit de noordelijke provincies van Angola gezet. Van deze 150 waren er ongeveer 100 ongedocumenteerde Congolese migranten. De uitzettingen gingen volgens getuigen gepaard met geweld, vernedering en beroving. Er is niet veel bekend over de uitgezette migranten. Wat wel bekend is is dat de Angolese autoriteiten in de afgelopen maanden nog strenger zijn gaan controleren op migranten in gebieden waar olie en mijnen aanwezig zijn. Waarom juist deze gebieden?
Olie en mijnen
Het is bekend dat migranten vaak naar gebieden trekken waar een bepaalde mate van economische stabiliteit is. De aanwezigheid van olie en mijnen in de noordelijke gebieden betekent namelijk dat men hier een grotere kans heeft om een bestaan op te bouwen dan in andere gebieden.
In deze olie- en grondstofrijke regio van Angola zijn sociale en economische rechten van migranten nog kwetsbaarder dan in andere gebieden. Globalisering en economische groei zorgt hier weliswaar voor een vorm van financiële vrijheid, maar het zorgt ook voor toenemende problematiek. In dit geval de stroom van kwetsbare migranten en vluchtelingen die voor het geweld in buurland Congo vluchten.
Vrouwen
Onder deze stroom zijn veel vrouwen. Vrouwen die als de ruggengraat van de gemeenschap vaak de last op hun schouders nemen om elders onderdak en economische stabiliteit te zoeken. Dat brengt veiligheidsproblemen met zich mee.
De politieke en economische kant van dit geweld tegen vrouwen wordt zelden gelinkt aan migratie. In mijn onderzoek kijk ik juist naar de link tussen economische voorspoed, migratie en geweld tegen vrouwelijke vluchtelingen en ongedocumenteerde migranten.
We moeten hard optreden tegen jullie ongehoorzaamheid
Onderzoek
De mensen die ik heb kunnen spreken voor mijn onderzoek vertellen mij dat zij vaak opmerkingen naar hun hoofd krijgen geslingerd als: ‘Jullie worden uitgezet en zijn hier weken later weer terug te vinden’ en ‘We moeten hard optreden tegen jullie ongehoorzaamheid!’ Wat deze opmerkingen precies betekenen? Geweld gebruiken? Kwetsbare groepen uitbaten? Het gebeurt allemaal, maar je hoort er vrijwel niks over in de media.
Als er al wordt geschreven dat er mensen het land zijn uitgezet, gaat het meestal gepaard met de boodschap dat ze goederen de grens over smokkelen of op een andere manier een gevaar voor de samenleving vormden. Er wordt geen nadruk gelegd op het feit dat het vaak ook om groepen gaat die het geweld in buurland Congo ontvluchten. Laat staan dat de uitzettingen een behoorlijke psychologische en fysieke impact hebben op de groep vluchtelingen.
Onwetend
Ik vraag me af of nationale berichtgeving enigszins verandering zou kunnen brengen in hoe de gemiddelde Angolees zelf over de situatie denkt. Velen weten namelijk niet wat zich in het noorden afspeelt. Wat de meeste mensen meekrijgen is dat vluchtelingen slechts profiteren van de rijkdommen van de noordelijke provincies. Dat het economische migranten zijn die misbruik maken van de grens en zich niet aan de regels houden.
Je zou bijna denken dat het huidige Europese, of beter gezegd westerse sentiment tegenover migranten en vluchtelingen is overgewaaid naar de global south. Niet bepaald iets waar je trots op zou moeten zijn. Het verschil is wel dat koloniale grenzen de relaties tussen buurlanden op scherp zetten. Politiek gezien zal men nooit toegeven dat de stroom uitgezette ongedocumenteerde migranten slachtoffers zijn geworden van mensenrechtenschendingen. Verontwaardiging onder de Angolese bevolking kun je dan ook niet echt verwachten.
Angola grenst in het noordoosten aan Congo. Foto: Google Maps
Koloniale deling
Uit eigen ervaring weet ik dat mensen in Angola sowieso met enig wantrouwen naar Congolezen kijken. Als men hoort dat ik Lingala spreek, dan gaat men er automatisch vanuit dat ik Congolees ben. Die gedachte neem je niet snel weg. Waarom dit zo is is moeilijk te zeggen, maar ik denk wel dat het gedeeltelijk aan het koloniale verleden te wijten valt.
Voor een groot deel hoorden Angola en Congo voor de koloniale tweedeling tot hetzelfde koninkrijk. Deze verdeling heeft een scheiding van etnische groeperingen veroorzaakt die nu uitmondt in een vorm van argwaan. Bijvoorbeeld als je dus ook maar enigszins de taal spreekt.
De uitzettingen van de afgelopen weken maken het extra moeilijk om de grensgebieden op te zoeken, getuigen te spreken en materiaal te verzamelen voor mijn onderzoek. Het geeft mij echter ook inzicht in de politieke en economische verhoudingen tussen de twee landen. Informatie die ook waardevol is. Ik bevind me nu op een kritisch moment in mijn onderzoek en blijf hopen dat het met de tijd echt makkelijker wordt. Waarschijnlijk niet. Maar dat is juist de uitdaging, toch?