bell hooks: Ain’t I a woman, black women and feminism
Dat het tegenwoordig gesneden koek is dat het ‘witte-topvrouwenfeminisme’ een beperkte blik op de vrouwenstrijd biedt, dat klasse en kleur medebepalend zijn voor maatschappelijke ongelijkheid, net als ervaringen met slavernij en etnische onderdrukking, is vooral te danken aan bell hooks (die haar naam zonder hoofdletters schreef), het Amerikaanse feministische icoon dat ons in 2021 ontviel. In 1981 legde ze het allemaal al uit in Ain’t I a woman, black women and feminism. Dat zwarte vrouwen al tijdens de slavernij de laagste status hadden, nog onder zwarte mannen, en hoe dat doorwerkt in het heden. En nog veel meer. Een klassieker die niet mag ontbreken op het plankje essentiële literatuur.
Later schreef hooks het compactere instapwerk Feminism is for Everybody, over feminisme als een politieke beweging die ook over klasse en kleur gaat en aan vrijwel elk aspect van het leven raakt.
Ook lezenswaardig is haar kritiek uit 2016 op het nieuwe feminisme dat Beyoncé uitdroeg op haar album Lemonade (in onder meer The Guardian gepubliceerd). Hooks vond het maar niks: te commercieel, te simplistisch, te gelikt, te gevaarloos, te zeer een imitatie van machtige mannen. Hetgeen hooks op haar beurt weer bozige kritiek opleverde: waarom in godsnaam katten op een zwarte vrouw met enorm veel artistiek en commercieel succes, terwijl er nog zoveel omhooggevallen middelmatige mannen rondlopen met wie dringend korte metten gemaakt moet worden?
Lezers van OneWorld Magazine krijgen vier keer per jaar de beste boekentips van Sheila Sitalsing. Soms delen we die tips ook online. Voor een overzicht van de boekentips die online zijn verschenen, zie Sheila’s auteurspagina.
Ai Weiwei: 1000 jaar vreugde en verdriet
De Chinese kunstenaar Ai Weiwei was al wereldberoemd toen hij in 2011 werd opgepakt in Beijing, en zijn detentie zou hem nog bekender maken. Tijdens die gevangenschap besloot hij het leven te beschrijven van zijn vader Ai Qing, eveneens een beroemd kunstenaar, en van hemzelf. Want, schrijft Ai, de geschiedenis van zijn vader is deels weggeveegd, vervalst door de autoriteiten, en onthouden was gevaarlijk. ‘Toen ik klein was sprak mijn vader zelden over vroeger, omdat alles in die tijd gehuld was in de dichte nevelen van het heersende politieke narratief en je met ieder onderzoek naar de feiten represailles riskeerde die te verschrikkelijk waren om bij stil te staan.’
In dit imposante boek beschrijft Ai het kleine verhaal van zijn familie tegen de achtergrond van een repressief systeem. De titel 1000 jaar vreugde en verdriet is ontleend aan een gedicht van zijn vader, die een groot dichter was. Het boek beslaat een kortere periode: ruim honderd jaar Chinese geschiedenis. Vader Ai Qing reisde als jongeman naar Parijs, klom later in China op in de Communistische Partij, viel vervolgens in ongenade en moest als staatsvijand naar een strafkolonie waar hem de smerigste vernederingen wachtten. De jonge Ai Weiwei ging mee in ballingschap. Later werd Weiwei een activistisch kunstenaar, gevierd en geroemd. Net als zijn vader raakte hij uit de gratie bij een regime dat zich geen raad wist met afwijkende vormen en gedachten. Hij woont nu in Portugal.
Annie Ernaux: Meisjesherinneringen
Annie Ernaux was de zeventig jaar al voorbij voordat ze terug durfde te keren naar de weggestopte herinneringen aan de zomer van 1958, waarin ‘dat meisje’ dat ze zo graag wilde vergeten, is ontmaagd. Het gebeurt tijdens een zomerkamp door de hoofdjeugdleider, voor wie ze vervolgens lucht is. Zij is zo verliefd en zo van slag dat ze zich de rest van de zomer laat bevoelen door de ene jongen na de andere. Dat levert haar spot en hoon op, de reputatie van ‘slet’, en grote verwarring en schaamte. Ernaux schrijft het allemaal zo ragfijn en elegant op, zo intens pijnlijk en invoelbaar. Ze neemt de lezer mee in haar eigen dilemma’s als schrijver: waarom tippelde ze zo lang om dit verhaal heen, hoe moet ze over deze piepjonge Annie schrijven?
Het levert adembenemende literatuur op, uit een adembenemend oeuvre waarin Ernaux uit haar eigen leven put om de grote thema’s als abortus, seks en klassenbewustzijn puntgaaf op te schrijven. Ze kreeg er in 2022 de Nobelprijs voor Literatuur voor, een prijs die, zoals alle grote prijzen, vele malen vaker aan mannen ten deel valt. Ze had hem allang moeten krijgen natuurlijk.
Oorspronkelijke titel Mémoire de fille, vertaald door Rokus Hofstede.
Simone Atangana Bekono: Confrontaties
In haar debuutroman Confrontaties (2020) laat Simone Atangana Bekono (in 1991 geboren in Nederland) haar woede spreken. Haar hoofdpersoon Salomé komt in opstand tegen het racisme en de pesterijen op school. Ze is een meisje van kleur dat probeerde te ‘verdampen’, tot het genoeg was en ze haar vuisten gebruikte tegen de racisten: ‘Het zijn een vuist en een mond en ze zoenen.’ Ze moet naar een jeugdinrichting, waar de woede enkel groeit: ‘Ik wil dat alles kapot gaat tot het einde der tijden. Dat alles verdwijnt. Dat het overspoeld wordt. Dat het wegwaait. Dat alle goden ter wereld in toorn ontsteken. Dat het motherfucking brandt.’
Het is louterende woede, ontzettend goed opgeschreven woede ook, en hoewel de toestand hopeloos lijkt, zo achter elkaar op papier, kom je er als lezer hoopvol uit. Omdat we schrijvers hebben die zo prachtig woorden kunnen geven aan de beleving van heel veel jonge mensen die in dit land, dat gewoon van hen is, het gevoel hebben permanent toelatingsexamen te moeten doen. De jury van de Libris Literatuur Prijs 2021 was onder de indruk en Confrontaties werd uitgeroepen tot het Beste Boek voor Jongeren 2021 – en terecht.
Boeiend voor young adults én voor volwassenen van alle leeftijden.
Jaswina Elahi en Ruben Gowricharn: Ongezien, ongehoord
Steeds meer groepen van wie je zelden wat hoorde, verheffen tegenwoordig hun stem en vertellen de verhalen door die jarenlang alleen in eigen kring circuleerden. Zo schreven Jaswina Elahi en Ruben Gowricharn Ongezien, Ongehoord: Hindostanen in de Nederlandse koloniale geschiedenis.
In een mengeling van essays en persoonlijke verhalen proberen zij licht te werpen op de nazaten van een groep die de halve wereldbol over is gesleept om na de afschaffing van de slavernij te voorzien in de permanente dorst van de Nederlandse kolonisator naar goedkope wegwerparbeiders. Nieuwe toevoer was nodig om te voorkomen dat de lonen zouden stijgen, want de overheersers hielden de winstmarges nauwlettend in de gaten. De migranten uit India – uit Hindostan, vandaar: Hindostanen – kwamen soms vrijwillig, soms tegenstribbelend, vaak misleid en voorgelogen. Teruggaan was soms een optie, maar lang niet altijd. Voor hun ontwortelde nakomelingen loopt het spoor naar hun familieverleden soms al dood bij de boot naar Suriname.
Een boek over rijstcultuur, over jonge Hindostanen in Nederland die nieuwsgierig zijn geworden naar hun wortels, en over het aloude migrantenmotto dat in alle oude koloniale naties weerklinkt als iemand weer eens vraagt ‘waar je vandaan komt’: wij zijn hier omdat jullie daar waren.
Volledige titel: Ongezien, ongehoord – Hindostanen in de Nederlandse koloniale geschiedenis.
Wil je vier keer per jaar de beste boekentips ontvangen van Sheila Sitalsing? Word abonnee van OneWorld Magazine!
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand