Beeld: Jonathan Hoost
Essay

Museumdirecteur Marian Duff: ‘Geef mensen van kleur een vaste plek in kunstinstellingen’

Als eerste en enige zwarte vrouw creëerde Marian Duff (47) met museum OSCAM een ‘landingsplek’ voor lokale en internationale kunstenaars. Buiten de kaders van de witte museumwereld verbindt Duff al zeven jaar kunst en community vanuit het perspectief van makers van kleur. ‘Ik werd gedreven door de gedachte dat musea ook van ons zijn.’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Het zou een pop-upmuseum worden, voor zes weken. Het Amsterdamse stadsdeel Zuidoost – ook wel bekend als de Bijlmer – bestond vijftig jaar en vroeg mij om een creatieve invulling te bedenken voor het jubileum. Die zes weken werden zeven jaar. En dat pop-upmuseum werd OSCAM (Open Space Contemporary Art Museum): inmiddels een gevestigde naam, een ‘museale landingsplek’ voor kunst, mode, design, vakmanschap en ontwikkeling van lokaal en internationaal talent.  

 

OSCAM is het eerste Nederlandse kunstmuseum opgericht en geleid door een zwarte vrouw, middenin een winkelstraat in de Bijlmer: werkelijk laagdrempelig. Een unieke plek, waar kunst van mensen van kleur niet als minderwaardig wordt gezien, maar waar werk van afro-futuristisch kunstenaar AiRich op gelijke hoogte staat als dat van Rembrandt. Waar buurtbewoners, kunstenaars, academici en museumdirecteuren op onze beruchte openingsfeestjes met elkaar op de dansvloer eindigen.  

 

Marian Duff (47) is onafhankelijk kunstcurator, cultureel ondernemer en kunstadviseur met een focus op hedendaagse kunst en sociale impact. Ze is oprichter en directeur van OSCAM (Open Space Contemporary Art Museum) in Amsterdam. Duff staat bekend om haar innovatieve aanpak en toewijding aan het creëren van inclusieve ruimtes in de kunstwereld. 

 

Voor mijn gevoel ben ik altijd een aanjager geweest, een katalysator van talent. Ik wil aandacht geven aan de creativiteit die geen aandacht krijgt in media en cultuur, met name verhalen van en over zwarte mensen. Zo miste ik tijdens mijn opleiding tekstschrijven eind jaren 90 verhalen over de creatievelingen die ik om me heen zag, dus begon ik een online magazine, JazzCrimes, over ‘urban’ cultuur – toen dat nog geen vies woord was. En als Amsterdams stadsredacteur bij Het Parool schreef ik over stadsdelen die overgeslagen werden, zoals over Surinaamse Kaseko- en Kawinabandjes in de wijk Ganzenhoef, en de mode die zich op straat ontwikkelde. Bij Fashion Week viel me op hoe onzichtbaar zwarte ontwerpers, haarstylisten, visagisten en modellen waren. Dus richtte ik in 2008 samen met anderen Music and Fashion Battle (MAFB) op, een internationale wedstrijd, showcase en educatief programma voor modeontwerpers, haarstylisten, make-upartiesten en modellen. We organiseerden One Day Shops, waar Nederlandse, inmiddels internationale modemerken als Daily Paper en Filling Pieces, geleid door jongens van kleur, hun eerste ontwerpen toonden. 

 

Deel dit

Ik werd gedreven door de gedachte dat musea ook van ons zijn

‘Gravity’ door Derrick Ofosu Boateng, eigendom van Homecoming Gallery

 

Ik dacht: hoe mooi zou het zijn als de MAFB-deelnemers met museumcollecties in aanraking kwamen? Ik liet de ontwerpers met kunst uit depots werken. Ze kozen een object en creëerden daar een collectie omheen, inclusief muziek en choreografie voor de modeshow. Die depots bleken trouwens letterlijk afgesloten werelden, ver weg op een afgelegen plek. Je moest zelfs je paspoort laten zien om binnen te komen, terwijl daar allemaal verhalen liggen die voor iedereen belangrijk zijn. Op die manier rolde ik – eigenlijk per ongeluk – de museale wereld in als curator. Ik werd gedreven door de gedachte dat musea ook van mij zijn, van ons. 

 

Boomstamkano 

Terug naar de vraag van stadsdeel Zuidoost. Degene die mij – onbewust – over de streep trok was de Surinaamse multidisciplinair kunstenaar en museumdirecteur Marcel Pinas. Hij is mijn grote inspiratie. Hij maakt grote installaties, schildert en ontwerpt sieraden. Daarin speelt zijn Aukaanse Marron-afkomst – van tot slaaf gemaakte mensen die van de plantages vluchtten en in de binnenlanden eigen gemeenschappen stichtten – een grote rol. Deze cultuur dreigt te verdwijnen. Pinas gebruikt in zijn werk culturele objecten van de Marrons, zoals delen van een boomstamkano, stukken van peddels, stoffen, olielampen en lepels. 

 

Deel dit

Pinas gebruikt kunst om de Marroncultuur te belichten

 

Hij had exposities wereldwijd, maar richtte ook een museum op in een oud ziekenhuis in het dorp Moengo, in het oosten van Suriname. Het gebied is verwoest door de binnenlandse oorlog in de jaren 80, waardoor veel Surinamers vluchtten. Pinas gebruikt kunst om de Marroncultuur te belichten en dwingt bezoekers en vertegenwoordigers van andere kunstinstellingen om naar het afgelegen Moengo te komen. Hij zette er een kunstopleiding op voor jongeren en creëert met zijn museum werkgelegenheid. Zo neemt Pinas duidelijk een maatschappelijke rol in en werkt hij aan wederopbouw in de regio. 

 

Ik was op werkbezoek bij Pinas, om twee museumruimtes in te richten met MAFB-talent. Opeens viel het kwartje: dit doe ik ook. Ik herkende zijn manier van werken, hoe hij zijn directe omgeving en de omwonenden betrekt bij zijn kunst en zijn exposities. Hoe hij vanuit zijn eigen Marronidentiteit werkt en een museumcommunity heeft opgezet. Hoe hij staat voor zijn gemeenschap en kunstenaars altijd fatsoenlijk betaalt. Daar sta ik ook voor, alleen deed ik het vanuit mijn Surinaams en Frans-Guyanese roots, én toen nog vanaf papier, vanuit ideeën die ik had en die ik aanbood aan musea. Ik had nooit een eigen fysieke locatie gehad. 

 

Bij thuiskomst zei ik tegen het stadsdeel dat ik een pop-upmuseum wilde opzetten in de wijk Ganzenhoef. In twee weken tijd selecteerden we zeventien kunstenaars, voornamelijk uit Zuidoost, en stonden we dag en nacht sokkels en zuilen te maken. We toonden een iconische foto die popcultuurfotograaf Ilja Meefout maakte van Akwasi, er was werk van het Indisch-Nederlandse fotografenduo Carin Verbruggen en Ferry Drenthem Soesman en we hadden zelfs werken van Pinas uit Suriname laten komen. 

 

Rolluiken 

Mijn eerdere projecten, de ontmoeting met Pinas en de hogedrukpan van het pop-upmuseum leidde langzaam maar zeker tot de huidige OSCAM-methode. Terugkijkend besef ik dat ik een tegenovergestelde wereld heb gecreëerd van de hermetisch afgesloten depots waar mijn museale traject ooit begon. OSCAM staat voor Open Space Contemporary Art Museum; onze deuren staan letterlijk wijd open. Als de rolluiken open zijn, kun je vanaf de winkelstraat veel werken zien hangen. Er is geen balie, via een QR-code kun je een donatie overmaken, als je dat kunt betalen. Wij verlagen letterlijk alle drempels. Langslopend publiek roept geregeld: “Geweldig dat dit er is!” Soms komen omwonenden alleen koffiedrinken bij ons, muziek luisteren of wat eten in onze keuken, omringd door kunst. 

 

Deel dit

De maker moet een band hebben met Amsterdam-Zuidoost en alle culturen die er bestaan

 

Welke kunst in OSCAM hangt, wordt niet bepaald door het opleidingsniveau of netwerk van de medewerkers of de makers. Autodidacten zijn ook welkom, als maker en als medewerker. Dat ben ik zelf immers ook; ik heb geen kunstgeschiedenis gestudeerd, maar communicatie. Voor ons is van belang dat de maker een andere afkomst heeft dan (alleen) een Nederlandse of Europese. Dat het project of werk betekenis heeft voor groepen die in de museumwereld ondervertegenwoordigd zijn en meerdere disciplines verbindt in kunst, mode, design en ambacht. En ons belangrijkste criterium: de maker moet een band kunnen aantonen met Amsterdam-Zuidoost en alle culturen die er bestaan.  

 

‘OHIM’ door Carin Verbruggen en Ferry Drenthem Soesman

 

Deze voorwaarden leveren gegarandeerd een heel ander palet op aan makers – en aan medewerkers – dan in andere Nederlandse musea. Want daar is, hoe je het wendt of keert, behalve een hoge drempel ook sprake van eurocentrisme en racisme. In de westerse kunstwereld wordt het werk van mensen van kleur nog steeds niet voor vol aangezien, zeker niet als ze ook nog jong zijn. Bij OSCAM vierden we ons zevenjarig jubileum juist met het werk van de 27-jarige multidisciplinair kunstenaar Meredith Joeroeja. Haar creaties, die variëren van mode tot visuals, verkennen het spirituele hart van Suriname door de lens van de Winti-cultuur. 

 

Deel dit

Je hebt die museummuren eigenlijk niet eens nodig

 

Of denk aan de Ghanese fotograaf Derrick Ofosu Boateng (26), die enkel met zijn iPhone enorme kleurrijke werken maakt van hele alledaagse mensen in zijn thuisland. Op dit moment heeft hij een solotentoonstelling bij ons over moederschap. Hij laat zich niet verleiden om met andere apparaten te werken; hij is vaak gevraagd om een professionele camera op te pakken, maar kiest ervoor dicht bij zijn hart en zijn vroege passie te blijven. Hij begon met fotograferen met de mobiele telefoon van zijn vader – stiekem. Hij koppelt zijn werk aan zijn culturele achtergrond, aan thuis, het dagelijks leven, zijn familie en omgeving. En dat wil ik ook met OSCAM; een thuisgevoel creëren. Want kunst leeft niet alleen in een instelling, sterker nog: je hebt die museummuren eigenlijk niet eens nodig. Kunst leeft overal, vooral op straat, en in muziek. Daarom besteden we veel aandacht aan bijvoorbeeld hiphopcultuur, maar ook aan mode en kapsels. Zo heeft haarkunstenaar Yara Forster – artiestennaam The Golden Giraffe – bij OSCAM een tentoonstelling gemaakt over zelfliefde en black hair. 

 

De eerdergenoemde AiRich uit Amsterdam-Zuidoost maakte een portret van de Ghanees-Nederlandse acteur en winnaar van de Louis d’Or 2021, Emmanuel Ohene Boafo. Tekenend voor dit bijzondere werk zijn het fisheye-perspectief en de gouden accenten. We hebben haar schilderij tijdens museumnacht pal naast De anatomische les van Dr. Deijman (1656) van Rembrandt gehangen. Ik droomde er altijd van om die gelijkwaardigheid zo goed mogelijk te laten zien. Of neem de 26-jarige stadstekenaar Rossel Chaslie. Nadat hij in 2022 onderdeel was van de groepsexpositie The Black Manifesto bij OSCAM, vroeg OneWorld hem prenten te maken bij essays over herstelbetalingen en kreeg hij de opdracht om de internationaal bekroonde podcast Kweekje van Nicole Terborg te illustreren. Sinds april 2024 is hij stadstekenaar van Amsterdam. 

 

Springplank 

We besteden veel aandacht aan jong talent. Via Young OSCAM Art Kitchen presenteren jonge autodidacten voor het eerst hun kunst. Ze worden intensief begeleid door onze Young OSCAM-trainees: hoe bepaal je je prijs, hoe hang je iets goed op, hoe doe je promotie? Via ons tweejarig leerwerktraject leiden we ook op tot museumhosts of publieksbegeleiders, die kunnen doorgroeien tot kunstproducent, programmeur of curator. Ik geef mensen graag kansen, zoals ik die ooit heb gehad. Het is natuurlijk makkelijker om een prof aan te nemen, maar mijn liefde voor groei en fouten maken betaalt zich uiteindelijk uit. We slagen er vrijwel altijd in om mensen die hier als maker of museummedewerker willen beginnen, verder te helpen. De OSCAM-methodiek sterkt mensen. 

 

Deel dit

Dat mensen van kleur bij ons willen werken is een groot compliment

 

Onze mailbox puilt uit van – vooral jonge – mensen van kleur die bij ons willen werken. Een groter compliment is er niet. Ik had dit niet kunnen doen zonder het OSCAM-team, dat goud waard is. Zij willen net zo graag als ik dat de museale wereld zich openstelt voor mensen van kleur. Niet alleen voor een hippe opening, afterparty of een talk, maar dat ze een vaste plek krijgen in kunstinstellingen, tussen andere gerenommeerde namen. Alleen al voor mijn collega’s zal ik blijven strijden voor meer kleur voor en achter de schermen in het museale veld. Maar ook voor mijn 14-jarige zoon Jaden en mijn nichtjes en neefjes. Als zij een museum instappen, moeten ze verhalen herkennen en voelen: ik mag hier zijn. Dit museum is ook van mij. 

 

Dit is de vierde van een reeks kunstessays waarin beeldend kunstenaars en professionals uit de kunstsector zich buigen over de relatie tussen kunst en rechtvaardigheid. Deze essays zijn mede mogelijk gemaakt door het Mondriaan Fonds. Een langere versie van dit essay verscheen in december 2024 in OneWorld Magazine. 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons