Eerder op de middag was Pim Kraan nog op bezoek bij de ambassade van Saudi-Arabië. Samen met het team van Save the Children was hij daar om te spreken over het belang van kinderrechten. Een paar weken geleden was het de ambassade van Qatar, en hij is de laatste tijd veel in contact met het StC-kantoor in het Midden-Oosten; de kinderrechtenorganisatie moet vaker uitwijken naar niet-westerse overheden voor mogelijke samenwerking en financiering. “De wereldorde is zo verschrikkelijk hard aan het schuiven. Het model waarbij wij als ontwikkelingssector vooral geld krijgen van westerse donors – overheden die zichzelf een soort moral high ground toedichten – is niet meer.”
In de tien jaar dat Pim Kraan directeur is van de Nederlandse afdeling van Save the Children, heeft hij de ontwikkelingssector zien veranderen – positief en negatief. Een sector die lange tijd opereerde als ‘witte redder’, waarbij westers geld werd ingezet in niet-westerse landen, werd er een die juist moet aankloppen bij Aziatische en Arabische partners, die reddingsschepen inzet om vluchtelingen op Europese wateren te redden en het beleid van westerse overheden openlijk bekritiseert. Althans, dat geldt voor Save the Children – elke organisaties maakt zo zijn eigen keuzes, maar aanpassen is noodzakelijk.
Save the Children is ’s werelds grootste onafhankelijke kinderrechtenorganisatie. Het werd opgericht in 1919 in Londen en heeft inmiddels kantoren in meer dan 110 landen met zo’n 23.000 mensen in dienst. In 2013 werd Save the Children International opgericht, de overkoepelende afdeling die geld en taken verdeelt over de kantoren wereldwijd. Ze verlenen humanitaire (nood)hulp aan kinderen in kwetsbare situaties, bijvoorbeeld vanwege een natuurramp, oorlog of armoede. Ze bieden medische zorg, goede voeding, bescherming en onderwijs. Ook doen ze aan onderzoek en beleidsbeïnvloeding met het doel dat kinderrechten wereldwijd worden gerespecteerd.
OneWorld vraagt in een reeks interviews aan ngo-directeuren: wat is de rol van ngo’s in een tijd van populistische politiek?
Bij zijn aantreden in 2014 had Kraan in elk geval één plan voor de organisatie: financieel onafhankelijker worden, zodat de politiek hen zo min mogelijk onder druk kon zetten. Het lukte aardig: het aandeel overheidsfinanciering daalde van 80 procent naar 50 procent. De rest komt van donateurs en fondsen. Dat werpt zijn vruchten af, want de noodzaak om politiek onafhankelijk te zijn is groter dan ooit.
Kraan draait er niet omheen: de politiek – en niet alleen het huidige kabinet, ook zijn voorgangers – probeert ngo’s onder druk te zetten om zich te voegen naar het overheidsbeleid, zelfs als dat in strijd is met het internationaal recht. “Dan denk ik bijvoorbeeld aan 2016, toen StC voor twee jaar een reddingsschip had in de Middellandse Zee. De politieke druk om daarmee te stoppen was gigantisch, omdat het door Italiaanse extreemrechtse partijen werd geframed alsof we mensensmokkelaars waren.” Dat leidde tot een Italiaanse strafzaak – die ze jaren later wonnen. Maar in de tussentijd kregen ze ook van het Nederlandse kabinet de boodschap om met de missie te stoppen. “Wij hebben heel stellig gezegd: nee, wij laten deze kinderen niet verdrinken. Ook niet als dat een beleidsmaatregel is.”
Spoel negen jaar vooruit, en politieke inmenging in het werk van ngo’s is niet ongewoon meer. Met enorme bezuinigingen, moties om strategisch procederen aan banden te leggen en dreigementen om de subsidiekranen dicht te draaien, wordt het de ontwikkelingssector moeilijk gemaakt. Ook noemt hij een motie voor een ontbindingsclausule bij ngo-subsidies, om die te stoppen bij antisemitisme of het niet erkennen van de staat Israël. “De motie werd aangenomen, terwijl een definitie van antisemitisme niet werd gegeven. Zo ondergraaft men de fundamenten van waar dit land voor zou moeten staan.”
Genocide in Gaza
In zijn optiek wordt Nederland links en rechts ingehaald door landen die wel hun verantwoordelijkheid nemen op internationaal vlak. Hij doelt dan vooral op de omgang met Israël; landen als Belize, Honduras, Maleisië en Namibië hebben bijvoorbeeld de genocidezaak van Zuid-Afrika gesteund. “Dat zie ik Nederland voorlopig niet doen.”
Save the Children neemt geen blad voor de mond als het op Gaza aankomt. Al in november 2023 stonden ze samen met andere ngo’s, waaronder PAX, Oxfam en Amnesty, ‘als een peloton’ op om zich uit te spreken over de schendingen van het internationaal recht door Israël, en de Nederlandse steun daarvoor. Ze schreven een brandbrief naar het kabinet, lanceerden petities, spraken zich uit in de media. Ook personeelsleden van Save the Children zijn omgekomen door Israëlische luchtaanvallen. Vorige week schond Israël het staakt-het-vuren met grof geweld en honderden doden tot gevolg. “Wat daar gebeurt is genocide, dat ben ik bereid om te zeggen,” aldus Kraan.
Ook bracht Save the Children in 2023 een rapport uit over de omstandigheden voor Palestijnse kinderen in Israëlische militaire detentie. Het ging om kinderen tussen de 12 en 17 jaar; de meesten waren opgepakt vanwege stenen gooien. Maar Palestijnen kunnen ook vastgezet worden zonder enige aanklacht, puur uit ‘veiligheidsoverwegingen’, dat heet dan ‘administratieve detentie’. Volgens de laatste cijfers zijn zeker 340 Palestijnse kinderen op die manier opgesloten. Kraan: “Israël is de enige staat die militaire detentie systematisch toepast op kinderen. Dat leidt tot het schenden van de meest basale kinderrechten. Ze worden geestelijk en lichamelijk mishandeld, hun ouders mogen niet weten waar ze zijn of op bezoek komen. Wij spreken ons daar al jaren over uit; nu is het alleen nog urgenter.”
Dat levert vanuit voorspelbare hoek de nodige kritiek op; de organisatie NGO Monitor is er bijvoorbeeld als de kippen bij om elk kritisch rapport over Israël, en elke organisatie die zich daarover uitspreekt, weg te zetten als antisemitisch. “Daar zijn we aan gewend. Het is een kwestie van doorgaan, wat de gevolgen ook zouden zijn, ook al zouden donateurs zich terugtrekken. In deze tijden moet je bereid zijn om te krimpen voor je principes.”
Kinderen als moreel kompas
Het voordeel van Save the Children is dat ze expliciet opkomen voor kinderen – het is vrij lastig te verkopen dat daar iets mis mee is. Zo is er zelfs onder dit kabinet nog financiering te vinden voor de programma’s die de organisatie heeft voor kinderen in de asielopvang. “Omdat het ook wel heel erg duidelijk is dat kinderen verkommeren in deze omstandigheden. Wanneer het over een kind gaat, raak je toch aan het morele kompas van de mens, schijnbaar. Blijkbaar ligt die drempel lager dan wanneer je een volwassene in dezelfde omstandigheden ziet verkommeren. Als een volwassene vlucht voor geweld, is het plotseling een profiteur of massa-immigrant. Dan wordt er helemaal niet meer naar de feiten gekeken.”
Het is overigens niet zo dat de teams van Save the Children in gebieden waar noodhulp nodig is, dat alléén geven aan kinderen. Kinderen hebben wel bijzondere noden waar StC zich voor inzet, zoals specifieke psychosociale behoeftes en bescherming tegen misbruik en uitbuiting. In 2019 bracht de organisatie een rapport uit over blast injuries, waaruit bleek dat kinderen eerder worden weggeblazen door bommen, en dus eerder om het leven komen. Ook heeft StC extra aandacht en specifieke projecten voor kinderen, zoals sport- en spelactiviteiten en onderwijsprojecten. Maar daarnaast krijgen volwassenen ook noodhulp. “De focus op kinderen is een soort instrument, een bouwsteen; uiteindelijk zetten we ons in voor rechtvaardigheid. Maar zoals onze oprichter Eglantyne Jebb in 1919 al zei: als volwassenen fouten maken, lijden de kinderen het meest.”
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand