Aarzelend liep de jongen op zijn glimmende herenschoenen de redactieruimte in. Zijn tas wisselde steeds van hand, alsof het zweet hem telkens in de ene, dan weer in de andere uitbrak. Vier of vijf keer streek hij met zijn hand door zijn zwarte haar, waar door de gel nauwelijks doorheen te komen was.
Toen de jongen na een halfuur vertrok, begon het geroezemoes. ‘Kwam híj voor de stageplek?’ Sommige collega’s grijnsden, andere trokken hun wenkbrauwen op. ‘Is dat die jongen van de koffiebar beneden?’ aldus de lolbroek van de redactie. Het gegrinnik galmde nog dagen na.
Wanneer je op een werkvloer nauwlettend elkaars reactie afwacht, vooral die van de hoger geplaatsten, weet je dat je samen een gesloten werkcultuur aan het smeden bent. En op de grote, voornamelijk witte redactie waar ik ooit als jonge journalist werkte, was blijkbaar een werkcultuur gesmeed waarin een student journalistiek van kleur die kwam solliciteren voor een stageplek, ineens het grapje van de week kon worden. Omdat hij op was komen dagen in pak.
Inmiddels ken ik zelf, na jaren in de media, de meeste informele codes: kom nooit overdressed, draag sneakers en het liefst een ironische tas. Maar toen ik net begon, verscheen ik, net als die jongen, eigenlijk overal veel te netjes, mijn huidskleur en universitaire opleiding had ik mee, wat er waarschijnlijk voor zorgde dat ik in ieder geval een kans kreeg. Maar omdat ik was opgegroeid in Macedonië en de Achterhoek, en uit een bicultureel gezin kwam dat het niet breed had, voelde ik me toch niet helemaal op mijn plaats in Hilversum, en dacht ik dat ik me niet minder dan keurig kon veroorloven. Niet alleen qua kleding, maar ook qua gedrag en taal.
De mannen die destijds deze redactie domineerden, liepen er ondertussen bij als mijn oude wiskundeleraar: slonzig en onverschillig. Op die manier gaven ze aan heel erg van de inhoud te zijn, terwijl wij dat natuurlijk allemaal waren. Als ik binnenkwam met een colbertje aan en mascara op, vroegen ze: ‘Ga je ergens naartoe?’ Ik ging naar heel wat fictieve borrels, in die tijd.
Hoewel ik nog steeds niet denk dat onverschilligheid me verder brengt in de mediawereld of me meer inhoudelijk werk zal opleveren, compenseer ik wel steeds minder. Maar zwijgen wanneer informele regels zo duidelijk een homogene werkcultuur in stand houden? Dat doe ik al lang niet meer.
Deze column verscheen in juni 2023 in OneWorld Magazine.
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand