Maar we kunnen wél zeggen dat orkanen in het algeméén aan kracht toenemen. Ook is bewezen dat de zeespiegel stijgt, dat het poolijs smelt, dat droogte toeneemt, dat we meer hittegolven krijgen, dat gebieden vaker zullen overstromen. En hongersnood, vluchtelingen, ziekte en een aanslag op de natuur zijn het gevolg.
“Als we ons publiek waarachtige berichtgeving willen voorschotelen, komen we dus niet met roeptoeters die zeggen dat klimaatverandering niet bestaat
Een journalist is ervoor om te duiden en in perspectief te plaatsen. Dus, dat wijnranken het Nederlandse platteland misschien wel zouden kunnen sieren als het een paar graden warmer is, weegt in de verste verte niet op tegen de schade die de voedselproductie in veel regio’s, zoals Ethiopië, juist ondervindt, waardoor mensen niet meer in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Als we dat uit het oog verliezen en neutraal spreken van voor- en nadelen van klimaatverandering, dan zijn we wat mij betreft niet meer bezig met serieuze journalistiek.
Dat wil niet zeggen dat er geen ruimte voor discussie meer is. Laten we over de oplossingen vooral discussiëren. Klimaatverandering gaat iedereen aan, niet alleen mensen die het een cool statement vinden om in een elektrische auto te rijden en te eten van de biologisch dynamische foodtruck. Laten we bespreken hoe we een CO2 neutrale energievoorziening betaalbaar houden, ook voor mensen in slecht geïsoleerde huizen in volkswijken. Laten we geen oplossingen bij voorbaat afschrijven, omdat CO2 opslaan minder past bij ons wereldbeeld dan zonnepanelen. Laten we onderzoeken hoe het nou komt dat we schade aan de aarde bij de productie van onze spullen niet doorrekenen in de kosten ervan. Laten we laten zien welke innovaties er zijn die een antwoord kunnen bieden. Dáárover wil ik lezen in de krant. Dát zijn reële vraagstukken waarmee we als journalist een zinvolle, nee sterker, onmisbare, bijdrage leveren.