Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld.
Word abonnee
Niet meer vliegen, nooit meer vlees, of geen nieuwe verf meer kopen?
“Privé probeer ik bewuster te zijn. Maar voor mijn werk kan ik niet zonder vliegreizen of nieuwe materialen. Ik gebruik goede kwaliteit olieverf, en veel ook. Voor mij zit duurzaamheid ’m meer in bewust omgaan met materialen: ik hergebruik van alles. Ik weef plastic en maak mijn eigen papier. Ook geef ik workshops: zelf houtskool of verf maken. Zo laat ik zien dat je ook prima kunst kunt maken met gevonden materialen. Duurzaamheid gaat voor mij ook over iets bréngen in plaats van alleen halen. Ik betrek overal waar ik kom jonge kunstenaars bij mijn projecten, begeleid mensen. Ook nu in Colombia, waar ik bezig ben met een project over vrouwelijke sociale leiders.”
Kunstenaar
Raquel van Haver (1989, Bogotá, Colombia) studeerde in 2012 af aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU). Haar werk draait om thema’s als ‘zelf’ en ‘ander’, etniciteit en identiteit, diaspora en migratie. Ze portretteert vaak volkswijken en gewone mensen uit alle lagen van de samenleving en zoekt altijd de overeenkomsten tussen mensen. In 2018 won ze de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst. Haar solo-expositie
Spirits of the Soil was dit jaar te zien in het Amsterdamse Stedelijk Museum. In 2020 is haar werk over vrouwelijke sociale leiders in Colombia te zien in het Bonnefantenmuseum in Maastricht.
Raquel van Haver is een van de genomineerden voor de Amsterdamprijs voor de Kunst 2019, in de categorie Stimuleringsprijs. De winnaars worden op 15 oktober bekendgemaakt door het Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK).
Idealist of ondernemer?
“Ik ben de kunstwereld niet in gegaan voor het geld, maar ik ben wel ondernemend. Het gekke is: op de kunstacademie leer je niets over boekhouden, terwijl je toch een zakenvrouw wordt. Je móet wel professioneel worden. Soms kom ik op plekken waar ik zie hoeveel geld er omgaat in dit wereldje. Na een lange tijd in Colombia te hebben gezeten – tussen mensen met een andere levensstandaard – stond ik plotseling in een Londense galerie tussen de flessen champagne en mensen in te dure kleding. Dat voelt dan heel raar.”
“
Ik moet veel schakelen; tussen plekken op de wereld en tussen mijn rollen: de artiest, de zakenvrouw, de geëngageerde schilder
Optimist of pessimist?
“Sinds mijn afstuderen in 2012 is er veel veranderd in de kunstwereld. Je ziet meer jonge en vrouwelijke curatoren en meer werk van vrouwelijke kunstenaars. Het gaat de goede kant op, maar we zijn er nog lang niet. Er moet meer diversiteit in de kunstwereld komen, of het nu gaat om gender, kleur of sociale afkomst. Musea hebben de plicht er voor iedereen te zijn, en ze willen vaak ook wel, maar weten niet hoe. Toen ik net begon, merkte ik hoe lastig deze wereld kan zijn voor een jonge vrouw van kleur. Van andere vrouwen hoor ik dat ook. Ze vinden nergens herkenning, voelen zich niet vertegenwoordigd. Soms stoppen ze zelfs. Gelukkig ben ik heel koppig, en heb ik me nooit laten weerhouden.”
Vrienden meetrekken naar een demonstratie, of mensen niet mee lastigvallen?
“Als vrouwelijke kunstenaar van kleur word je geacht geëngageerd te zijn, of je nu wilt of niet. En mijn werk is dat ook. Maar onder vrienden ben ik gewoon onder vrienden. Iedereen is met eigen dingen bezig. Ook ik heb mijn verhaal, maar ik voel niet de behoefte dat voortdurend te vertellen. Wel geef ik workshops en lezingen over diversiteit en identiteit. Ik moet veel schakelen; tussen plekken op de wereld en tussen mijn rollen: de artiest, de zakenvrouw, de geëngageerde schilder. Ik wil overal met volle aandacht zijn, daarom vermeng ik die rollen niet te veel.”
Gevoelige thema’s als racisme bespreken aan de eettafel of alleen <em>liken</em> op social media?
“
In een schilderij dacht een curator ‘de zwarte mens’ te herkennen. Daar schrok ik van: ik had gewoon vrienden geportretteerd
“Mijn werk ging altijd al over mijn buurt in Amsterdam – die Latijns-Amerikaanse, Afrikaanse en Aziatische invloeden heeft. Later heb ik veel gereisd, op veel plekken in de wereld gewerkt en heb ik die ervaringen toegevoegd. De mensen die ik schilder, komen ook uit die belevingswereld. De context van die omgeving wordt in Nederland niet altijd goed uitgelegd en vaak wordt de betekenis versimpeld. Mijn werk wordt zelfs geëxotiseerd en om onjuiste redenen getoond in een tentoonstelling. Zoals een schilderij waarin de curator ‘de zwarte mens’ meende te herkennen. Van die uitleg schrok ik: ik had gewoon vrienden geportretteerd. Het raakt wel aan de vraag: wie mag wat verbeelden of vertellen? Daar heb ik zelf ook mee geworsteld. In mijn portretten probeer ik verbinding te zoeken, één verhaal te vertellen, om te voorkomen dat ik zelf stigmatiseer of exotiseer. Je moet constant die dialoog aangaan, met jezelf en met anderen.”
Wat vond je van dit artikel?
Wij vinden jouw mening belangrijk en horen graag wat we kunnen doen om OneWorld te verbeteren.
Vul hier onze enquête in en maak kans op 2 toegangskaarten voor filmfestival IDFA!