Beeld: Elien Spillebeen
Reportage

Draaien Keniaanse koffieboeren op voor nieuwe Europese ontbossingswet?

Elke koffieboon die op de Europese markt komt zou binnenkort ‘ontbossingsvrij’ moeten zijn. Maar geen enkele boer, coöperatie of importeur lijkt daar klaar voor. Zelfs de Europese Unie niet. ‘Wij koffieboeren staan al voor genoeg uitdagingen: klimaatverandering, prijsschommelingen, en nu ook nog de EU.’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee

Paul Mauriithi opent de app Agromapper op zijn telefoon. “Ik plaats hier in de hoek een nieuwe geopin. In de andere hoek plaats ik er nog een. Zo registreer ik dit perceel en het aantal koffieplanten van deze familie.” Een lijst van al in kaart gebrachte percelen licht op. Hij is een van de tweehonderd jongeren die door de Keniaanse koffiecoöperatie Rung’eto op pad is gestuurd. In twee weken tijd moesten de geolocaties van meer dan zevenduizend leden van de coöperatie worden vastgelegd. 

 

Alleen zo kan de coöperatie verzekeren dat haar koffie binnenkort nog op de Europese markt verkocht mag worden. De geolocaties dienen als bewijs dat op deze percelen geen ontbossing plaatsvond tussen het moment van oogst en eind 2020. De reden daarvoor is de EU Deforestation Regulation (EUDR), de Europese verordening voor ontbossingsvrije producten die op 30 december zou ingaan. Drie jaar geleden besloot de Europese Unie dat ze geen koffie meer wil waarvoor bomen geveld werden, en ook geen palmolie, rubber, cacao, soja of vlees.  

 

Een langere versie van dit artikel verscheen eerder op MO.be 

 

Maar drie maanden voordat de nieuwe regel ingaat, lijken de betrokken importeurs, handelaars en producenten nog niet klaar. De druk vanuit de exporterende landen om de toepassing van de verordening uit te stellen, is toegenomen. Zelfs de Europese Commissie zelf lijkt nog niet klaar met het nodige online registratiesysteem. De afgelopen weken werd dit een cruciaal argument om de historische ontbossingswet uit te stellen.  

 

Administratieve krachtmeting 

“Slechts 10 procent van de Fairtradecoöperaties is nu al klaar”, schat Agapeters Kubasu, directeur van Fairtrade Oost-Afrika op het hoofdkantoor van Fairtrade Africa in Nairobi. “Tegen het eind van dit jaar hopen we dat toch 70 procent van onze volumes in orde is (voor de EUDR-verplichtingen, red.).” Fairtrade Africa wil zo snel mogelijk data-analisten werven, om de coöperaties nog beter te kunnen ondersteunen. “Het probleem is niet noodzakelijk dat data ontbreken, maar dat de kwaliteit ervan niet goed is.”  

 

Wie moet aantonen dat er bij de teelt of productie niet ontbost werd? Onder de Europese verordening voor ontbossingsvrije producten is dat niet de koffieboer of coöperatie, maar wel de importeur die de koffie op de Europese markt brengt. Maar die zal in de praktijk het bewijs toch bij de boeren zelf moeten halen. De realiteit is helaas dat boeren daardoor nu moeten investeren in het verzamelen van de geolocaties van hun percelen, legt directeur Kubasu uit.  

 

Tweet dit

De importeur zal in de praktijk het bewijs toch bij de boeren zelf moeten halen

Tweet dit

 

Samuel Karanja, manager van de Keniaanse koffiecoöperatie Rung’eto, bevestigt: “Als we onze koffie willen verkopen op de Europese markt, moeten wij kunnen bewijzen dat onze koffie daarvoor in aanmerking komt.” Als een van de coöperatieleden wél in ontbost gebied produceert, kan de hele coöperatie in de problemen komen. Want verkopen doen de meer dan zevenduizend kleine boeren hier samen.  

 

Rechtstreeks aankopen 

Rechtstreeks bij kleine boeren aankopen is onmogelijk voor kleine Europese branders, zegt Kristof Duthoo van koffiebranderij Carantos uit het Belgische Blankenberge. “We kunnen geen volledige container vullen en we kopen bijna allemaal in bij een inkoper in Zeebrugge. Als we een specifieke koffie willen, vragen we aan onze inkoper of hij die bonen in het aanbod kan opnemen.” Die inkoper moet vervolgens documenteren dat de koffie voldoet aan de normen van de nieuwe ontbossingswet.  

 

Wanneer Duthoo in zijn branderij vervolgens de Keniaanse bonen aan een eigen blend wil toevoegen, branden, verpakken en verkopen, dan zal ook hij moeten registreren waar welke bestanddelen vandaan kwamen en dat geen van die bonen in verband kan worden gebracht met ontbossing. Maar daarvoor zal hij zich baseren op de informatie die van de inkoper komt.  

 

Elke speler in de ketting zal door de ontbossingswet dus een hoop meer papierwerk moeten verrichten. Dat werk begint bij de eigenaar van de koffieplant. 

 

Om aan de EU-verordening over ontbossingsvrije producten te voldoen, moet elke koffieboon worden verbonden aan een geolocatie.Beeld: Elien Spillebeen

 

Klimaatverandering 

“Klimaatverandering is voor ons al een realiteit. Deze maand was er amper regen. De klimaatverandering bemoeilijkt de productie al”, bevestigt Karanja. Dus nee, de koffieboeren zijn zeker niet tegen maatregelen om ontbossing – en zo de klimaatverandering – tegen te gaan, benadrukt hij.  

 

Koffie is extreem gevoelig voor klimaatontwrichting. Volgens een onderzoek van het Stockholm Environment Institute (SEI) zal klimaatontwrichting de productie steeds meer bemoeilijken. Tegen 2050 schat het SEI dat de productie van arabicakoffie met 45,2 procent zal zijn afgenomen en van robusta met 23,5 procent door de klimaatverandering.  

 

Tweet dit

Onze overheid neemt zelf maatregelen tegen ontbossing 

Tweet dit

 

“Wij wonen naast het natuurpark van Mount Kenya. Hier mag niet gekapt worden”, legt Rung’eto-manager Karanja uit. “Onze overheid neemt hier zelf maatregelen tegen ontbossing. Het park is al tien jaar afgesloten met elektrische hekken. Daaromheen heeft de overheid ook dichte theeplantages aangelegd, waar je niet doorheen kunt.”  

 

Ontbost wordt hier volgens Karanja niet meer. Maar toch moet de coöperatie uitgaven doen om dat ook aan Europa te bewijzen. Ze moet aantonen dat geen enkel perceel hier voor 31 december 2020 bos, savanne of grasland was. Rung’eto investeerde dit jaar daarom 900.000 Keniaanse shilling (ongeveer 6500 euro) in de operatie, rekent Karanja voor. Daarvan ging meer dan de helft naar het softwarebedrijf dat de applicatie leverde. 

 

Serieuze investering 

Moeten de handelaren niet in de data investeren, in plaats van boerenorganisaties? “Dat bieden ze zeker aan, hoor”, lacht Rung’eto-voorzitter Maghagu Linus. “Maar data zijn macht. Als een maler of opkoper als enige over onze data beschikt, heeft die eigenlijk een monopolie over onze koffie. Het zou onze prijzen kunnen laten kelderen. Wanneer wij onze geolocaties zelf verzamelen, kunnen wij kiezen aan wie we onze koffie verkopen en voor welke prijs.” 

 

Toch blijft het een serieuze investering voor iets wat niet noodzakelijk een meerprijs oplevert, zegt Linus.Als we soortgelijke investeringen doen om onze koffie te laten certificeren bij Rainforest Alliance of Fairtrade (private labels, red.), dan krijgen we ook een betere prijs. Maar hierbij wordt van boeren een inspanning verwacht zonder garantie op een betere prijs.”  

 

Bonen worden gedroogd en gewassen in een van de wasstations van Rung’eto.Beeld: Elien Spillebeen

 

De olifant in de kamer 

Voor kleinere boerencoöperaties zijn het organiseren van zo’n geolocatie-operatie en de bijbehorende investering minder vanzelfsprekend. “We staan voor veel uitdagingen met onze coöperatie”, zegt voorzitter Philip Machara van koffiecoöperatie Mutira. “Klimaatverandering, onstabiele koffieprijzen, en ja, laten we de olifant in de kamer maar benoemen, de EUDR.” 

 

Tweet dit

Als jullie onze koffie niet kopen, kunnen we nergens anders heen 

Tweet dit

 

Nee, bij Mutira zijn ze nog niet klaar, bekennen ze. “Het is eigenlijk bijzonder ontmoedigend voor de boeren”, bekent Machara. “Want als jullie onze koffie niet kopen, dan kunnen we nergens anders heen.” 80 procent van hun koffie wordt naar Europa verscheept. “We zijn in de eerste plaats bezorgd over de kosten. Onze leden zijn niet datageletterd en kunnen hun geolocatie niet zelf registreren. Dus moeten wij investeren. Hopelijk krijgen we dan ook een betere marktpositie en zullen onze boeren blijven geloven in de toekomst van hun koffie.”  

 

Ondertussen zet het Kenya Coffee Platform druk op de eigen overheid om de boeren te ondersteunen in het proces. “Kenia heeft al een eigen oorsprongcertificatiesysteem”, zegt George Watene van het Kenya Coffee Platform. “We zouden op nationale schaal die geolocaties van alle boeren moeten beheren en beschikbaar maken.” 

 

De EU zou dat proces moeten financieren, vindt Watene. “Wil de EU deze maatregelen nemen? Goed, maar dan moet de EU zelf de investering doen.” Anders dreigt het effect omgekeerd te zijn, gelooft hij. “Als ik meer kosten heb, verdien ik minder. Dan moet ik misschien meer gaan kappen om meer opbrengst te hebben, toch? Ik verkoop die koffie dan wel aan de Chinezen. Die redenering lijkt de EU niet te begrijpen.”  

 

Europa zelf niet klaar 

Er werden vanuit Europa de afgelopen jaren wel degelijk investeringen gedaan, onder het Team Europe Initiative, om de overheden te ondersteunen in het voorbereiden van de EUDR, klinkt het bij de Europese Commissie. Maar de projecten waarnaar de Commissie verwijst, vondenalleen plaats in Brazilië, Ecuador, Indonesië en Zambia. Ook die landen lieten weten niet klaar te zijn.  

 

Door tegenvallende oogsten in Brazilië piekten de koffieprijzen dit jaar al. De arabicabonen zijn ongeveer 40 procent duurder dan vorig jaar. Wordt koffie door de nieuwe wet nog duurder voor de Europese consument? De kans is reëel, denkt George Watene van het Kenya Coffee Platform. “Voor koffie die van lagere kwaliteit is en op de veiling voor een lagere prijs wordt verkocht, zijn de kosten voor de Europese ontbossingswet misschien te groot”, denkt hij. Die goedkopere koffie dreigt volgens hem daardoor minder makkelijk naar de Europese markt te gaan.  

 

Twaalf extra maanden om warm te lopen: dat stelde de Europese Commissie op 2 oktober voor. Daarmee gaf ze toe aan de druk om de invoering van de EUDR met een jaar uit te stellen. De Raad van de EU, waarin de bevoegde ministers van lidstaten vertegenwoordigd zijn, keurde het uitstel intussen goed. Het Europees Parlement stemt er pas op 13 of 14 november over. Het uitstel is dus nog onzeker, maar wel een stuk waarschijnlijker.

 

Deze reportage kwam tot stand met de steun van Fairtrade Belgium en de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. 

 

Een langere versie van dit artikel verscheen eerder op MO.be 

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons