Bij de Europese Verkiezingen (6-9 juni) staat er voor het klimaat veel op het spel. Zonder méér klimaatbeleid zal de gemiddelde temperatuur op aarde al in 2033 met anderhalf graad zijn gestegen, met droogte, overstromingen en hittegolven tot gevolg. Maar het belang van handelen wordt niet gevoeld door radicaal-rechtse1 partijen in het Europees Parlement (zie kader voor uitleg fracties). Zij verzetten zich tegen de ‘Green New Deal’, die CO2-uitstoot moet terugdringen en de EU in 2050 ‘klimaatneutraal’ moet maken. En juist die partijen gaan volgens de peilingen veel nieuwe zetels winnen.
Artikel gaat verder onder het kader.
Radicaal-rechts in het Europese Parlement
Landelijke partijen verenigen zich op Europees niveau in zeven fracties, waarvan er twee radicaal-rechtse partijen herbergen. Identiteit en Democratie (ID) is ‘eurosceptisch’ en heeft momenteel 58 vertegenwoordigers. In ID zetelden voorheen de PVV en FvD met respectievelijk één en vier vertegenwoordigers. De Europese Conservatieven en Hervormers (ECR) heeft momenteel 69 vertegenwoordigers. In die fractie zitten veelal orthodox-christelijke en conservatieve partijen. Ook JA21 maakt er deel van uit, net als Fratelli d’Italia van de radicaal-rechtse Italiaanse premier Giorgia Meloni.
Volgens de peilingen zullen ID en ECR zo’n 140 van de 720 zetels halen. Tel daar radicaal-rechtse partijen zonder fractie bij op, zoals het Duitse AfD (16 zetels) en het Hongaarse Fidesz (12) en radicaal-rechts kan op zo’n 168 zetels rekenen, iets minder dan de huidige grootste Europese fractie: de centrumrechtse Europese Volkspartij (EPP) met 180 zetels.
Green New Deal
Zowel ID als ECR pleit in haar verkiezingsprogramma’s voor het herzien van de Green New Deal. Daar vinden ze overeenstemming met de centrumrechtse Europese Volkspartij (EPP). Een stemanalyse van de fracties in het Europees Parlement laat zien dat de centrum- en radicaal-rechtse partijen vaak tegen de maatregelen van de Green New Deal stemden, zoals klimaatneutraliteit in 2050 en het verlagen van CO2-uitstoot met 60 procent in 2030. Als ID, ECR en de EPP deze week een meerderheid halen, kunnen ze deze regels opnieuw ter stemming brengen.
Ondenkbaar is dat niet. Christina Luisa Toenshoff, universitair docent Europese Politiek aan de universiteit Leiden, stelde in een interview met haar universiteit zelfs: ‘Ik verwacht dat als de peilingen waarheid worden en we een rechtser parlement krijgen, de doelen voor 2040 afgezwakt worden.’ Als dat gebeurt, of als de afspraken zelfs teruggedraaid worden, zou dat grote consequenties hebben. De Green New Deal verplicht Europese landen namelijk klimaatbeleid op te stellen en bepaalt ook het tempo waarin dat moet gebeuren. Als de EU daar niet meer op handhaaft, kunnen nationale overheden de impopulaire maatregelen op de lange baan schuiven.
Nu is het nog zo dat de Europese Unie toetst of landen zich aan hun eigen klimaatdoelen houden, en of de doelen wel tot voldoende uitstootvermindering leiden. Zowel ID als ECR wil dat nationale staten daar zelf over mogen beslissen. Italië gaat daarin voorop. Daar is een radicaal-rechtse coalitie aan de macht van Forza Italia (in Europa aangesloten bij EPP), Fratelli d’Italia (ECR) en Lega Nord (ECR). De Italiaanse klimaatminister zei onlangs dat klimaatverandering niet door de mens komt, en dat de klimaatregels vanuit Brussel een straf voor Italië zouden zijn.
Meeste kiezers willen wél klimaatbeleid
De groei van ‘klimaatsceptische’ partijen is opmerkelijk te noemen, want drie op de vier Europeanen vindt klimaatverandering een serieus probleem. In Nederland bijvoorbeeld, stelt 70 procent dat klimaatontwrichting moet worden aangepakt, maar halen de extreemrechtse partijen PVV (ID), JA21(ECR) en FvD (ID) naar verwachting bijna 40 procent van de stemmen.
Jurjen van den Bergh, directeur van het progressieve campagnebureau DeGoedeZaak en expert op het gebied van politieke communicatie, ziet de tegenstrijdigheid ook: “Er is een verschil tussen hoe stemmers urgentie van een probleem ervaren en hun stemgedrag.” Dat ziet Van den Bergh niet voor het eerst: “Uit een onderzoek2 dat I&O-Research in 2018 voor DeGoedeZaak deed, blijkt dat 20 procent van de Nederlanders economische groei belangrijker vindt dan het aanpakken van het klimaatprobleem. De steun daalt zodra mensen denken dat zij voor de kosten van klimaatbeleid gaan opdraaien, of dat nou klopt of niet.”
Op dat sentiment spelen radicaal-rechtse Europarlementariërs in, zegt Van den Bergh. “Ze ontkennen klimaatverandering niet, maar benadrukken het verlies aan welvaart.” Bijvoorbeeld toen het Europees Parlement CO2-standaarden voor auto’s besprak en de extreemrechtse Oostenrijkse Parlementariër Roman Haider (FPÖ) beweerde dat honderdduizenden banen zouden verdwijnen. Klimaatexperts wijzen er juist op dat de welvaart wereldwijd met 12 procent zou zakken als de aarde nog een graad opwarmt.
Anderzijds pleit ECR-lid Michiel Hoogeveen, verkozen in het Europees parlement voor JA21, voor het afschaffen van ‘arbitraire’ regels die onderdeel zijn van Europa’s ‘klimaatneutraal in 2050’-beleid. Een maatregel die zou verdwijnen is bijvoorbeeld een stop op de verkoop van niet-elektrische auto’s vanaf 2035. Het argument? Elektrische auto’s zouden te duur zijn voor ‘de gewone man’.
Artikel gaat verder onder het kader.
Dit is het derde deel van een drieluik over de vraag wat een radicaal-rechtse winst kan betekenen voor de ‘OneWorld-thema’s’ mensenrechten, identiteit en klimaatrechtvaardigheid. De delen zijn los van elkaar te lezen.
Politieke framing
Die ‘gewone man’ keert vaak terug in de retoriek van radicaal-rechts. Maar hoe verkoop je het schrappen van klimaatbeleid aan ‘gewone mensen’ die daar overwegend wél voor voelen? “Radicaal-rechts speelt in op de publieke perceptie dat de klimaatrekening bij de armen terechtkomt terwijl de rijken profiteren”, legt Van den Bergh uit. “De associatie tussen klimaatbeleid en de driedubbel gesubsidieerde Tesla is snel gelegd.” Tegelijkertijd ziet Van den Bergh radicaal-rechts niet snel klimaatwetgeving voorstellen die eerlijker zijn voor wie zich die Tesla niet kan veroorloven. “Radicaal-rechtse partijen hebben belang bij economische onzekerheid. Daar bedrijven ze politiek op.”
In Nederland liet de PVV haar economische voorstellen, zoals een verhoging van het minimumloon en 0 procent btw op boodschappen, los na de verkiezingswinst. De doorrekeningen van het ‘hoofdlijnenakkoord’ door het Centraal Planbureau (CPB) laten zien dat lasten op vermogen met 1,2 miljard zakken, terwijl het bij arbeid en inkomen 4,1 miljard omhoog gaat. Voor een voorbeeld over de grens kijken we naar de extreemrechtse Finnenpartij (in Europa lid van ECR) die meeregeert in Finland. De minister van Financiën, afkomstig uit deze partij, kondigde massale bezuinigingen aan op sociale welvaart. Daarnaast maakte deze overheid het makkelijker om werknemers te ontslaan en verlaagde ze uitkeringen.
Van den Bergh: “Als radicaal-rechts écht voor ‘de gewone man’ zou staan, zouden ze in Europese klimaatdebatten veel fanatieker kunnen zeggen: de vervuiler betaalt. Bijvoorbeeld door te stoppen met fossiele subsidies.” In de periode 2015 tot 2022 subsidieerde de EU de fossiele industrie met 56 miljard per jaar. “Dat geld zou gestopt kunnen worden voor het verduurzamen van sociale huurwoningen.” 40 procent van de Europese energieconsumptie komt van gebouwen en drie op de vier gebouwen in de EU gebruiken meer energie dan noodzakelijk door slechte isolatie, verouderde verwarmingssystemen en inefficiënte verlichting.
En zo zijn er meer klimaatvriendelijke voorstellen die ‘de gewone man’ als muziek in de oren zouden klinken, zoals het gratis maken van het treinvervoer in de EU. In Luxemburg en Malta is OV al gratis, waarmee de gemiddelde Maltese forens op jaarbasis 390 euro bespaart. Van den Bergh: “In beide gevallen – stoppen met subsidies en gratis OV – vallen vergroening en koopkracht samen. Dat is goed voor het draagvlak.”
- De termen ‘radicaal-rechts’ en ‘extreemrechts’ worden in het publieke debat vaak door elkaar gebruikt, maar betekenen niet helemaal hetzelfde. OneWorld reserveert ‘extreemrechts’ voor radicaal-rechtse mensen of bewegingen met antidemocratische of gewelddadige denkbeelden. Radicaal-rechts is in die zin een parapluterm waar extreemrechts onder valt. In opiniestukken bieden we vrijheid aan auteurs die voor de term ‘extreemrechts’ kiezen, mits enigszins aannemelijk. ↩︎
- Dit onderzoek is niet gepubliceerd, maar voor DeGoedeZaak uitgevoerd als ‘marktverkenning’. OneWorld heeft het onderzoek ingezien ter verificatie van Van den Berghs bewering. ↩︎
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand