Een milieuvriendelijke tuin, compleet met lieveheersbeestjes, vogels en bijen deze zomer? Makkelijk zat. Eerst de stoeptegels eruit. Want tegeltuinen bieden te weinig plaats aan planten en dieren, en het regenwater kan er niet goed wegstromen. Ook zorgt bestrating voor temperatuurstijging in steden; drie betegelde tuintjes naast elkaar zorgen al voor meer warmte.
Daarna volgt de beplanting. Maar die vrolijke plantjes die we in het voorjaar kopen, zitten vol bestrijdingsmiddelen. En de tuinaarde die ik weleens koop, is ook niet duurzaam. Gelukkig kan het ook anders, groener, zeg maar.
De bodem
Dit jaar is het Internationale Jaar van de Bodem en ik lees
Een hoop leven van Roelke Posthumus. Als dit boek over grond, humus en compost me één ding leert, is het dat een gezonde tuin begint bij een gezonde bodem. Wat moet je daarvoor doen? “Voeden en geduld hebben”, zegt Jos Verheul van het
Initiatief Bewust Bodemgebruik.
Als het aan hem ligt, rijden we liever niet naar de bouwmarkt voor zakken tuinaarde. “Die aarde is zo dood als een pier. En voor de turf die erin zit, worden elders op de wereld veengronden afgegraven; voor de Nederlandse markt gebeurt dat vooral in de Baltische staten.” Composteer je eigen tuin- en keukenafval en je krijgt volgens Verheul gratis de beste bodemverbeteraar die er is. In een grote tuin kun je een composthoop maken, in mijn kleine tuin is een compostvat handig. Op een balkon composteer je in een Bokashi-emmer. Te veel gedoe? Compost van goede kwaliteit is ook te koop.
“
Een gezonde bodem bouwt zichzelf op. Je moet geduld hebben
Met compost breng je leven in de bodem. Wormen, pissebedden, bacteriën en schimmeldraden zorgen voor voeding en voor een goede structuur. “Een gezonde bodem bouwt zichzelf op in de loop der jaren. Je moet geduld hebben”, vertelt Verheul. “Daar kom je verder mee dan met hard werken. Laat spitten maar achterwege; daarmee haal je letterlijk alles weer overhoop.”
De beplanting
Als de ‘fundering’ er ligt, kan het bouwen beginnen. “Biodiversiteit”, zegt vriendin en biologe Charlotte Matthijsse meteen. Ze legt uit dat het goed is om voor zo veel mogelijk variatie in begroeiing te zorgen, zodat veel verschillende planten en dieren zich thuisvoelen op jouw lapje grond. “Als we hier allemaal iets aan doen, creëren we met alle tuinen en balkons bij elkaar een natuurreservaat groter dan de Oostvaardersplassen.” Waar steen ligt, is zoals gezegd weinig leven. Wat dat betreft zit ik goed, want in plaats van een stenen terras ligt er een houten vlonder in de tuin. En inderdaad wonen daar kikkers, salamanders en muizen onder.
Een klimop doet volgens vriendin Charlotte al wonderen, en verder kun je denken aan een boompje, struiken en bloeiende planten. “De voedselketen begint bij het groen. De lieveheersbeestjes, bijen en vogels volgen vanzelf.” Verder kun je zorgen voor water: een drinkschaal voor vogels of een vijver voor nog meer variatie aan planten en dieren. En voor dierenschuilplaatsen. Op een balkon kun je een insectenhotel ophangen, in een grotere tuin maak je een rommelig hoekje met takken of bladeren.
Op
tuinreservaten.nl, een website van radioprogramma
Vroege Vogels, kun je checken hoe natuurvriendelijk jouw tuin is en wat je kunt verbeteren. Mijn tuin zou ik toegankelijk mogen maken voor egels. Het kippengaas tussen de klimophaag dat de buurtkatten buiten moet houden, is ook voor egels ondoordringbaar. Dat wordt een lastige keuze, want ik houd van egels, maar ook van mijn mussen en muizen.
Het zaaien
In deze tijd van het jaar stunten tuincentra, bouwmarkten en supermarkten met zomerbloeiers. Een goed moment om een groene boost te geven aan je tuin, lijkt het. Maar uit het vorig jaar verschenen Greenpeace-rapport
Gifplanten in het tuincentrum blijkt dat vrijwel alle sierplanten vol bestrijdingsmiddelen zitten die onder andere dodelijk zijn voor bijen. De onderzoekers vonden 79 verschillende middelen, en vaak zat op één plant een mix daarvan.
Na alle opschudding die het rapport veroorzaakte, beloofden Intratuin en Praxis binnen zes jaar geen planten meer te verkopen met voor bijen schadelijk gif erop. Maar ik wil geen zes jaar wachten.
Kees Kodde van Greenpeace raadt me daarom aan zelf te zaaien. Dat is goedkoop en bovendien zijn biologische zaden makkelijk verkrijgbaar. Adressen vind je via
zaadgoed.nl. Ook tipt hij lokale stekjesmarkten, waar je planten koopt en ruilt. “Maar blijf vooral ook naar het tuincentrum gaan en vraag daar naar biologische planten”, zegt Kodde. “De tuinsector loopt in milieuvriendelijkheid mijlenver achter op de voedingssector. Hoe meer druk er is vanuit de consumenten, hoe groter de kans dat er een omslag komt.”
Scheuren maar
Je komt gratis aan biologische planten als je deelt en ruilt met mensen die geen gif in hun tuin gebruiken. van bloemen kun je zaad winnen en veel vaste planten kun je scheuren. Je haalt de hele pol uit de grond en scheurt die bij de wortels voorzichtig doormidden. Beide delen groeien weer uit tot een volwaardige plant. vermeerder door te stekken. Snijd een takje af, laat het in een vaasje wortelschieten en zet het jonge plantje in de aarde.
Ecologische plagen bestrijden
Intussen heb ik nog een extra voornemen voor onze eigen tuin. Ik wil vaste planten en verwilderingsbolletjes, bolletjes die zich elk jaar vermeerderen. Dat lijkt me duurzamer dan de wegwerpviooltjes die ik elke lente kocht.
Alle particulieren samen gebruiken meer slakkengif dan de hele Nederlandse landbouwsector, vertelt Herman Vroklage. Hij is van de
AVVN, de landelijke organisatie voor hobbytuinders. “Koop nooit chemische bestrijdingsmiddelen. Korrels met methiocarb of metaldihyde, vergiftigen niet alleen slakken maar komen terecht in de kringloop. Ook een vogel of egel die de slak eet, sterft eraan. Chemische middelen herken je aan het toelatingsnummer op de verpakking: vijf cijfers en de hoofdletter N.”
Maar als slakken mijn lupines opeten, wat moet ik dan? Ecologische korrels kunnen geen kwaad (wel voor de slak uiteraard). “Vraag je eerst af waarom er een plaag is”, zegt Vroklage. “Is een plant zwak, bijvoorbeeld omdat hij op de verkeerde grond staat, dan trekt hij eerder plagen aan. Slakken hebben een voorkeur voor afval, maar in een aangeharkte tuin pakken ze de sierplanten.
Rommelhoekjes zijn sowieso goed. Daarmee lok je lieveheersbeestjes en vogels, de natuurlijke vijanden van luizen en slakken.” We mogen van Vroklage wat vaker de schouders ophalen: “Ik ben voor mijn voortbestaan niet afhankelijk van mijn tuin. Hoe erg is het dat er luis op een struik zit?” Op
avvn.nl staan milieu- en vaak ook diervriendelijke bestrijdingstips.
Weg met perfectionisme
Ze zeggen dat tuinieren helpt om te ontspannen, maar ik draai het liever om. Je moet ontspannen zijn om te kunnen tuinieren. Met geduld maak je uit keukenafval de beste tuingrond en kweek je uit zaad gifvrije bloemen. En het helpt als je niet tegen alle natuurwetten in je zin probeert door te drijven. Is jouw buurt rijk aan slakken en je wil per se lupines in je tuin, dan wordt tuinieren oorlogvoeren. Wees tot slot niet perfectionistisch. Een aangevreten blaadje of mos tussen de tegels? Wat dan nog. Go with the flow en neem soms je verlies. Dat scheelt veel gif en ergernis.
Weetjes
- Bodembedekkers. Verassend en mooi zijn: tiarelle cardifolia (lijkt op slaapkamergeluk), zenegroen, ooievaarsbek en geurende kruiptijm.
- Wat mag op de composthoop? WEL: plantenresten, eierschale, bladeren, koffiefilters, theezakjes, groente afval. NIET: vlees, zuivel, gekookt voedsel, kaas, uitwerpselen van huisdieren.
- Waterslurpers. Planten in een pot drogen snel uit. In de volle grond hebben ze minder water nodig en groeien ze bovendien beter.
- Klimop. Er zijn wel twintig soorten. Een bekende: hedera helix, met meerdere variëteiten. Hij is groenblijvend en draagt bessen in de winter. Goed voedsel voor de vogels, net als andere besdragende struiken.
- Balkonplanten. Naast eenjarigen als petunia of vlijtig liesje doen klimopsoorten als hedera helix pedata of hedera poetarumhet prima in een pot op het balkon.
- Vlinderlokkers. Klein hoefblad en klimop, vlinders zijn er dol op. Meer insectenlievelingen op vlinderstichting.nl.
- Dierentuin. Hang op het balkon een insectenhotel. Creëer in de tuin een rommelig hoekje voor kleine dieren.
Speciaal voor het balkon
- Potplanten vragen meer water dan planten in de volle grond. Probeer regenwater op te vangen. Er zijn tonnen speciaal voor het balkon. Dat water is bovendien kalkvrij.
- Koop biologische potgrond en gooi deze niet weg. Voed hem telkens weer met (zelfgemaakte) compost. De turf in biologische potgrond wordt zo geoogst dat het veen zich kan herstellen.
- Probeer biologische planten te vinden of zaai ze zelf. Geranium, munt en lavendel laten zich makkelijk stekken.
Moestuintips
Sinds een jaar heb ik een stukje grond bij een moestuinvereniging. Voor wie eerst klein wil beginnen, zijn er ‘vierkantemetermoestuintjes’ te koop. Mijn eigen kleine moestuin van Velt (Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren) biedt tips voor een ecologische moestuin. Een greep:
- Zet niet ieder jaar hetzelfde gewas op dezelfde plek. Zo voorkom je ziektes en uitputting van de bodem.
- Kippengaas, vogelnetten en insectengaas houden de meeste belagers buiten.
- Snoeihout is bouwmateriaal, voor plantensteunen, een borderrand of een tuinhek.