“De sector acht het mogelijk: onder de gevreesde opwarming van 2°C blijven
De commissie beschrijft drie stappen. Allereerst gaan we minder energie verbruiken door de energie en materialen die voorhanden zijn efficiënter te gebruiken, bijvoorbeeld door in te zetten op circulariteit en gebouwen beter te isoleren. Vervolgens gaan we de hoeveelheid schone energie flink opschalen – denk wind-, zonne- en kernenergie. Stap 3: alleen nog schone energie gebruiken.
Klinkt misschien simpel, maar in de praktijk valt dat tegen. De grootste horde die we moeten overkomen: internationale verdeeldheid. Waarom is dat belangrijk? En: hoe krijgen we dat voor elkaar?
Internationale draagkracht
Vervelend, want zoals klimaatbeleidexpert Michael War aan de Stanford Universiteit zegt: “Omdat de wereldwijde uitstoot in 2020 zoveel hoger is dan 10, 20 of 30 jaar geleden, heeft elk jaar dat we onder Trump verspillen grotere consequenties dan een jaar dat we verspilden onder Ronald Reagan of George W. Bush of Bill Clinton.” De Amerikaan is grootgebruiker van energie, met 285 gigajoule per persoon per jaar zelfs een van de grootste gebruikers ter wereld. De gemiddelde wereldbewoner gebruikt 72 GJ per jaar, Nigeria bungelt ergens onderaan de lijst met 16 GJ. Voor een gezonde wereld zou een gemiddeld gebruik van 100 GJ ideaal zijn.
“De wereldeconomie krijgen we nooit 100 procent schoon zolang de Amerikaan niet meedoet
Klimaatwetenschapper Heleen de Coninck voegt vanuit Nederlands standpunt toe: “Een van onze problemen is dat Nederland zelf niet groot genoeg is om een bedrijf zover te krijgen dat het CO2-neutraal wordt; dan verhuist het gewoon naar een ander land. Voor de zware industrie heb je Europees beleid nodig.” ETC wijst in die lijn op het belang van bestaande internationale regelgevende instanties (bijvoorbeeld de International Civil Aviation Organization voor de luchtvaart) en internationale organisaties zoals de Verenigde Naties.
Of anders, schrijven de onderzoekers, ‘coalities van landen die in een bepaalde sector een sleutelrol hebben’. Komen zulke internationale samenwerkingen echt niet tot stand, dan stellen de onderzoekers binnenlandse heffingen op uitstoot voor, in combinatie met een extra belasting voor producten uit landen waar zo’n heffing niet bestaat. Hoewel je je dan wel weer kunt afvragen waar we zijn als niet alle landen stoppen met uitstoten.
In het kader van goed nieuws: Japan is om, en liet vorige week weten dat de economie in het land in 2050 uitstootvrij zal zijn. De op dit moment nog grootgebruiker van fossiele brandstoffen werd eerder op de vingers getikt toen het de ambitie uitte om de uitstoot in 2050 met 80 procent te hebben teruggebracht. Nu mag Japan zich samen met onder meer de Europese Unie (uitstootvrij in 2050) en China (uitstootvrij in 2060) tot groenste voornemertjes van de klas rekenen.
‘Ultimate poverty killer’
“Maar het grootste deel van de wereldbevolking maakt vooralsnog heel andere afwegingen – drie miljard mensen zijn nog aangewezen op bij elkaar gesprokkelde takken, bladeren en gedroogde mest om warm te blijven en hun potje op te koken. Zij beschikken niet of maar mondjesmaat over elektriciteit. We zouden hen moeten steunen in hun wens juist méér energie te gebruiken, zodat zij vooruit kunnen komen.”
“Alleen in een land met voldoende energie en economische ontwikkeling kan het milieu centraal staan
Ook de Energy Transitions Commission wijst op het belang van internationale steun. Zij stellen ontwikkelingshulp voor om lage-inkomenslanden bij te staan die over minder uitstootvrije energiebronnen beschikken. De ETC gunt zich nog ontwikkelende landen in principe tien jaar uitstel – tot 2060 – om een uitstootvrije economie op te tuigen. Tenzij ze, zoals India, voldoende schone energiebronnen zoals zon en wind voorhanden hebben.
Van elkaar leren
“‘Samenwerken’ blijkt het sleutelwoord voor een schone economie
‘Samenwerken’ blijkt het sleutelwoord voor een schone economie. Samen aan de oplossing werken, omdat de klimaatcrisis een probleem van ons allemaal is. En dat we wel degelijk van aanpakken weten wanneer een crisis zich voordoet, dat blijkt onder Covid-19 des te meer. Sterker nog: in Science lazen we vorige maand dat we een door Covid-19 platgelegde economie op poten houden met een veelvoud van het geld dat nodig is om een schone economie op te tuigen.
Op het moment dat het onderzoek werd gedaan, staken overheden wereldwijd samen 10.000 miljard euro in economisch herstel. Dat zijn dertien nullen: 10.000.000.000.000. Steken we vijf jaar lang 10 procent van dat bedrag in slim klimaatbeleid, dan komen we, aldus de onderzoekers, ‘op het goede spoor’ voor een uitstootvrije economie in 2050. Ook hier leest de optimistisch lezer: het kan dus toch!