In april en mei, tijdens de lockdown die op 24 maart inging, heeft het Indiase ministerie van Milieu, Bosbouw en Klimaatverandering (MoEFCC) via speciaal daarvoor ingerichte videoconferenties vergunningen toegezegd om te boren, graven en bouwen in ruim dertig beschermde natuurgebieden. Verplichte inspraakrondes werden versneld, waardoor adviesorganen zoals het Nationale Comité voor Wildlife (NCW) en het Bosbouw Adviescomité weinig kans hadden om hun bezwaren kenbaar te maken. Een hele lijst tijgerreservaten, olifantenparken en andere bijzondere natuurgebieden hebben met één pennenstreek hun bescherming verloren. Een groep van 291 Indiase wetenschappers en milieuactivisten trok aan de bel en schreef een brandbrief aan Milieuminister Prakash Javadekar.
10 minuten per aanvraag
De expertpanels die bij wet geraadpleegd moeten worden kregen maar tien minuten per project. Ze hadden amper tijd zich voor te bereiden, laat staan tijd om de gebieden te bezoeken – wat officieel wél verplicht is. De snelheid en wijze waarop de reeks vergunningen tot stand kwam, ontnam ook de bewoners van de gebieden, veelal zogenaamde Adivasi, ofwel oorspronkelijke gemeenschappen, de mogelijkheid om te protesteren. De besluiten zijn genomen op basis van documenten van de aanvragers zelf, de mijnbouw- en projectontwikkelaars.
“Ik zat tien jaar in het Nationale Wildlife Comité”, vertelt Rahmani aan de telefoon. In zijn tijd bestond het comité uit twaalf experts; nu nog maar drie. “De afgelopen zes jaar, onder voorzitterschap van premier Modi, komen ze amper nog samen, terwijl 93 procent van de aanvragen de laatste jaren zijn goedgekeurd. Het heet nog wel ‘Het Nationale Wildlife Comité’, maar dat zijn lege woorden geworden.” Dat was in de dagen van het premierschap van Manmohan Singh wel anders, vertelt Rahmani. In die regeerperiode (2004-2014) zag hij wel oprechte interesse voor het beschermen van de natuur. “Er was ruimte voor tegenstand. Aanvragen werden aangepast of afgekeurd. Begrijp me niet verkeerd, we zijn niet tegen economische ontwikkeling, maar dat kan niet ten koste van cruciale natuurgebieden gaan.”
“Er komt straks een waterkrachtcentrale in de Dibang Vallei, een van de meest biodiverse natuurgebieden van de wereld
Toch komt er straks een waterkrachtcentrale in de Dibang Vallei in deelstaat Arunachal Pradesh, een van de meest biodiverse natuurgebieden van de wereld. Er zullen twee grote dammen, tunnels, pijpen en een ondergronds industrieel complex gebouwd worden. 280.000 bomen moeten plaatsmaken voor een wegennetwerk. Er is groen licht gegeven voor een verkenning om uranium te mijnen in het Amrabad tijgerreservaat in Telangana. Ook zijn er vergunningen uitgegeven voor exploitatie van diamantmijnen, steengroeves en olieboren, allemaal in of nabij beschermde natuurgebieden door het land.
‘Zelfvoorzienend India’
Het idee van Modi: de Indiase economie moet minder afhankelijk worden van het buitenland. Er komen investeringen in bouwprojecten en infrastructuur en de overheid zal doorgaan met de privatisering van publieke voorzieningen, zoals de verkoop van luchtvaartmaatschappij Air India. Ook zet de regering in op exploitatie van natuurlijke grondstoffen. Maar de meeste winst komt vooralsnog terecht bij een invloedrijke bovenlaag. Zo is bijvoorbeeld de zandmijnindustrie notoir corrupt.
“Een bedrijf voor steenkoolwinning heeft toestemming gevraagd om steenkool te delven in het Dehing Patkai Olifantenreservaat
Volgens activisten is NEC echter al jaren illegaal bezig. Toestemming – die nu nog niet definitief is gegeven – zou een verbloeming betekenen van reeds gepleegde misdaden en nog meer vervuiling, verstoring van beschermde olifantenpaden en verdere afkalving van het tropische ecosysteem opleveren. Afgelopen dinsdag kwam naar buiten dat de gerenommeerde bioloog en olifantenexpert Raman Sukamar de Indiase Milieuminister ook een brief heeft gestuurd, waarin hij meldt dat de vergunning voor NEC tot stand is gekomen op basis van onjuiste informatie. Hij vraagt de minister geen toestemming te geven voor delving. Voor zover bekend is er nog geen reactie op de brief gekomen. Een activist die ook met deze zaak bezig is, heeft regelmatig te maken met intimidatie, en moest daardoor zijn medewerking voor dit artikel intrekken, om lopende zaken niet in gevaar te brengen.
Economische ontwikkeling ten koste van de natuur
Ook wildlifebioloog Ravi Chellam sprak zich uit. Tegen The Hindustan Times zei hij: ‘Het is onvergeeflijk dat onze regering blijft inzetten op een economische ontwikkeling die de natuur vernietigt. Vooral omdat er genoeg bewijs is dat er allerlei duurzamere economische mogelijkheden zijn.’
“Als we het habitat van wildlife niet beschermen, vernietigen we onszelf