Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld.
Word abonnee
Oudeschip
Bij het Groningse dorpje Oudeschip bijvoorbeeld, letterlijk onder de rook van de kolencentrale in de Eemshaven, staan al veel windturbines, maar er komen er nog veel meer. De bewoners van dit dorp zijn de projecten die over hun hoofden worden uitgerold beu: eerst de havenuitbreiding en een enorme bananenoverslag in de jaren negentig, daarna de kolen- en gascentrales, een datacenter van Google, en nu ook tientallen windturbines van meer dan 200 meter hoog.
“
De bewoners zijn projecten die over hun hoofden worden uitgerold beu
Maar bij dat laatste is gekozen voor een drastisch andere aanpak. Vanuit dit windpark worden twee windturbines ter beschikking gesteld aan het dorp. De energieopbrengst van 8MW komt ten goede aan een gemeenschap met enkele tientallen huishoudens; veel meer dan men ooit zelf zal verbruiken. Het dorp heeft een energiecoöperatie opgericht, en heeft grootse plannen om
zelf waterstof te maken met een grote electrolyzer. Hier is ruimte voor experiment, en de dorpscoöperatie zit bij overheid en bedrijven aan tafel om de mogelijkheden verder uit te werken. In het Noorden zijn grootse plannen in ontwikkeling om waterstof in te zetten voor de energietransitie. Het dorp kan hier nu zelf aan bijdragen. De bewoners worden ondernemers, pioniers zelfs. De trots die dat uitstraalt is aanstekelijk. Als het hier kan, kan het overal.
Beuningen
Niet alleen in het Noorden komen meer windmolens te staan, ook in de buurt van Nijmegen werden
plannen ontwikkeld om enkele grote turbines te plaatsen. De omwonenden zagen dat niet zitten. Maar de initiatiefnemer was een lokale energiecoöperatie. Die dacht: als het ons al niet lukt de omwonenden mee te krijgen, dan gaat er iets niet goed. Doordat zij vanaf het begin serieus rekening houden met de zorgen van de omwonenden, konden meteen maatregelen getroffen worden om hieraan tegemoet te komen. Als er overlast is door lawaai of schaduw, worden de windmolens tijdelijk stilgezet. Zo kregen de omwonenden een app op hun telefoon, waarmee precies gevolgd kan worden waarom en wanneer de windturbines tijdelijk stilgezet worden. Bijvoorbeeld als er sprake is van slagschaduw bij een bepaalde zonnestand. Via de app kunnen bewoners meteen aangeven als naar hun idee de afstelling niet goed geregeld is. Zo houdt men zelf grip op de maatregelen om de overlast te minimaliseren, en zie je dat de weerstand bijna geheel is verdwenen.
Erasmusveld
Of zoals de buurtbewoners in de
duurzame Haagse woonwijk Erasmusveld, niet bepaald op hun mondje gevallen, toch een beetje stilvielen toen een deskundige op het idee kwam een windmolen in de wijk te plaatsen. Hij legde uit hoe groot zo’n ding is, en hoeveel energie die opwekt. De kilowatts en megajoules vlogen het publiek om de oren. Het enthousiasme daalde zienderogen. Totdat de deskundige een schoon vel papier op de flip-over hing, en een groot euroteken opschreef. “Iedere wiekslag van deze molen, levert de eigenaar ervan een euro op.” Er ging een vinger omhoog achter in de zaal, en in onvervalst plat Haags klonk het: “Dan mag-ie wel bij mij in de tuin!” Uiteindelijk is die windmolen er niet gekomen, maar was dat moment wel de start van het zelf in handen nemen van de energievoorziening in de nieuwe wijk.
“
Dan mag-ie wel bij mij in de tuin!
Wat we hieruit leren, is dat met eenvoudige oplossingen op veel meer instemming of zelfs enthousiasme gerekend kan worden bij projecten die eerst weerstand oproepen. Het gaat om invloed, keuzevrijheid, eigendom en uiteindelijk ook profijt. Voor de projecten zelf zijn het op de gehele looptijd of de omvang van de investering relatief kleine aanpassingen. Dat wordt vaak eng gevonden: kunnen mensen die verantwoordelijkheid wel aan? Maakt men er geen misbruik van? Wat blijft er over van onze winst? In de praktijk valt dat reuze mee. Men wil vooral serieus genomen worden. En daar wordt iedereen beter van.