Een ‘bold move’, noemt de Curaçaos-Nederlandse advocaat Aubrich Bakhuis het aan de telefoon. Hij promoveerde vorig jaar op de autonomie van de Caribische delen van het Koninkrijk. “Ik zou denken dat je in crisistijd als eerste de vrede moet bewaren. Sint Maarten zet de verhoudingen op scherp.”
“Nederland eist in crisistijd het onmogelijke van de eilanden
Eilanden staan met de rug tegen de muur
“Sint Maarten staat met de rug tegen de muur en Nederland grijpt zijn kans
Ook wil Nederland controle op de regering van het eiland door middel van een Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling (COHO). Dit orgaan zal bepaalde bevoegdheden van de lokale regeringen op Sint Maarten, maar ook Aruba en Curaçao overnemen. Volgens Nederland is dat om de eilanden te beschermen tegen economisch falen, maar Choharis noemt het een verkapte vorm van inmenging in het bestuur en schending van het democratisch zelfbeschikkingsrecht van de eilanden.
Veel inspraak hebben die overigens niet: doen ze niet wat Nederland wil, dan stoppen de leningen. En inderdaad: nadat Sint Maarten zich bij de VN beklaagde, zette Nederland de coronasteun aan Sint Maarten on hold. Nadat Sint Maarten in een brief (opnieuw) de voorwaarden accepteerde, werd dat besluit teruggedraaid.
Het past in de retoriek die in Nederland populair is als het over de eilanden gaat: ‘Het zijn om onze belastingcenten’, klinkt het dan, en: ‘Als het ze niet bevalt, stappen ze toch uit het Koninkrijk?’ Choharis: “Om te beginnen is het niet jóuw geld. Het Koninkrijk telt vier landen en die betalen allemaal belasting. Zulke uitspraken suggereren dat een bepaalde bevolkingsgroep minder rechten heeft, en dat het je niet boeit hoe het ze vergaat. Dat is een zeer zorgwekkende houding die zelfs een gevaar kan vormen voor de nationale veiligheid. Want sociale en raciale ongelijkheid zijn voeding voor haat, en tegenstanders van democratie.”
“Nederland wijst steevast op de eigen verantwoordelijkheid van de eilanden
Ook de opvang van Venezolaanse vluchtelingen en de behandeling van gevangenen op de eilanden zijn al flink bekritiseerd door internationale mensenrechtenorganisaties. Nederland blijft daarbij steevast wijzen op de eigen verantwoordelijkheid van de eilanden. Maar die zeggen met de rug tegen de muur te staan door gebrek aan capaciteit en financiële middelen. Zelfs toen het Europese Hof voor de Rechten van de Mens meermaals naar Nederland wees als meest welvarende partner in het Koninkrijk, bleef Den Haag wegkijken. Opmerkelijk, want mensenrechten zijn volgens het Koninkrijkstatuut (zie kader, red.) een verantwoordelijkheid van het hele Koninkrijk.
Na de Tweede Wereldoorlog zetten de Verenigde Naties Nederland onder druk om de overzeese gebieden te dekoloniseren. Nederland weigerde dit en kwam in 1954 met een alternatief: het Koninkrijkstatuut. Dit Statuut is voor de Caribische delen in het Nederlands Koninkrijk als een knellend samenlevingscontract, met allerlei afspraken, voorwaarden en clausules. De VN waren niet te spreken over dit alternatief, omdat van daadwerkelijk dekoloniseren geen sprake zou zijn. Desondanks drukte Nederland door.
Volgens het Statuut hebben de landen van het Koninkrijk der Nederlanden een gelijkwaardige positie. Sinds 2010 zijn dat naast Nederland en Aruba (autonoom sinds 1986) ook Curaçao en Sint Maarten. Bonaire, Saba en Sint-Eustatius maken als ‘bijzondere gemeenten’ deel uit van Nederland. Landen behartigen zelfstandig hun Landsaangelegenheden zoals justitie, financiën, onderwijs, economie en sociale zaken. Voor de Koninkrijksaangelegenheden zoals defensie, nationaliteit (paspoort), mensenrechten en buitenlandse betrekkingen, zijn de landen gezamenlijk verantwoordelijk.
En dan zijn er nog aparte afspraken tussen de landen: de consensus Rijkswetten. Volgens die clausules mag het Koninkrijk op de eilanden ingrijpen als er sprake is van ‘ondeugdelijk bestuur’ of ‘ondeugdelijk financieel beheer’. Maar dat mag pas als een meerderheid van de Rijksministerraad, waar alle landen in zitten, instemt. Nederland heeft in die raad de grootste vertegenwoordiging.
Eilanders werden en worden consequent achtergesteld
Volgens historica Margo Groenewoud leefde bovendien de opvatting dat velen uit de Afro-Curaçaose volksklasse, op Curaçao tussen 1915 en 1973 gemiddeld zo’n 70 procent van de totale bevolking, niet rijp waren voor maatschappelijke participatie en democratisch burgerschap. In het onderwijs werden zij achtergesteld en hard afgestraft als ze hun eigen taal (Papiaments) spraken in plaats van Nederlands. Het doel was om deze bevolkingsgroep onder de duim te houden zodat ze niet te mondig zou worden, schrijft Groenewoud in 2017 in haar proefschrift.
“Nederlandse militairen werden ingevlogen om de eilandbewoners in toom te houden
Maar achter de schermen bleef Den Haag als een rijinstructeur met één voet boven de rem hangen, klaar om in te grijpen in de democratische rechten op de eilanden. Zo verbood Nederland in 2014 de gouverneur op Aruba om de begroting van het eiland te ondertekenen, vanwege een meningsverschil over bezuinigingen. Volgens de toenmalige Arubaanse premier Mike Eman, handelde Nederland in strijd met de grondwet, omdat Aruba over de eigen financiën gaat. De Raad van State gaf Aruba gelijk, maar Nederland dreigde daarop het democratisch verkozen bestuur op het eiland over te nemen. Pas toen premier Eman in hongerstaking ging en zo internationale aandacht genereerde, ging Nederland overstag.
Vergelijkbare scenario’s speelden in het afgelopen decennium op Bonaire. En in juni vorig jaar leek de volksopstand van 1969 op Curaçao opnieuw uit te breken, nadat Nederland midden in crisistijd bezuinigingen afdwong in ruil voor noodleningen.
Nederland verzaakt plicht als ex-kolonisator
Nederland heeft ook wel geprobeerd hulp te bieden, maar doet dat nooit onvoorwaardelijk, zo beschrijft Bakhuis in zijn proefschrift Autonomie, toezicht en interventie in de Caribische landen van het Koninkrijk der Nederlanden. “In de afgelopen tien jaar zijn er verschillende Nederlandse interventies geweest op het eiland om de financiële situatie en integriteit op orde te krijgen. Maar voor een eiland met een eigen bestuur voelen dat soort interventies aan als bemoeienis en wantrouwen”, legt Bakhuis uit.
“Als je wilt dat mensen zelfstandig worden, dan train je ze
Een reactie van de VN op de klacht van Sint Maarten over Nederland kan volgens Choharis nog maanden duren. “De VN doet ook zelf uitgebreid onderzoek naar aanleiding van de klachten, vandaar.” Desondanks staat Choharis hoopvol in de strijd voor meer gelijkheid in het Nederlands Koninkrijk. “Dekolonisatie kan van alles betekenen: onafhankelijkheid of de dingen laten zoals ze zijn. Het betekent zeker niet: je moet alles doen wat ik zeg. Het is tijd dat Nederland daarmee stopt. En het is ook tijd dat Nederland de racistische en koloniale systemen die diepgeworteld zijn in het hele koninkrijk erkent en gaat ontmantelen.”
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand