Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld.
Word abonnee
Zou het de 21-jarige Hamo Azhari lukken om asiel te verkrijgen door maar genoeg regeringsleiders te taggen op sociale media? Onder de hashtag #SaveHamo worden onder andere Trudeau, Trump en de Verenigde Naties uit alle hoeken van de wereld om aandacht gevraagd voor de Sudanese Azhari. Azhari ontvluchtte zijn land na meerdere bedreigingen, in reactie op zijn afvalligheid: daar staat de doodstraf op in Sudan. Hij zit momenteel vast op het vliegveld in Turkije en wordt over zes dagen gedeporteerd.
Op zoek naar veiligheid
Over de telefoon komt Azhari wanhopig en verward over. Hij vertelt dat hij al op zijn zestiende besloot om zijn religie, de islam, te verlaten. “Ik was jong en dom genoeg om dit met iedereen te delen: met mijn familie, op sociale media. Ik begreep de risico’s niet.” Niet alleen is zijn afvalligheid strafbaar, ook heeft zijn familie hem meermaals mishandeld en bedreigd. Hij heeft enige tijd gedaan alsof hij gelovig was, maar de bedreigingen bleven binnenkomen. Uit angst voor zijn leven ontvluchtte hij begin 2018 het land, in eerste instantie naar Egypte, waar hij zich bij de UNHCR registreerde als asielzoeker.
Zijn asielaanvraag liep nog toen hij door familieleden werd gevonden en opnieuw moest vluchten. In een poging om Europa te bereiken kocht hij een vliegticket naar Portugal, maar hij werd tijdens zijn overstap in Istanbul aangehouden vanwege een probleem met zijn visum. Zijn enige optie op dat moment was om in Turkije asiel aan te vragen, maar zijn aanvraag werd afgewezen. “Ik voldeed niet aan de criteria. Ik heb geen idee wat dat betekent, en een betere uitleg heb ik niet gekregen. Maar ik weet zeker dat ik gevaar loop als ik terugga naar Sudan – des te meer nu ik heb geprobeerd om te vluchten.”
“
Hoe kan het dat mensen die duidelijk gevaar lopen in eigen land, op liefdadigheid moeten rekenen?
Azhari’s verhaal doet denken aan dat van
Rahaf Mohammed, de Saoedische tiener die eerder dit jaar asiel kreeg in Canada. Net als Azhari had zij haar geloof opgegeven, en net als hij liep ze dubbel gevaar: vanuit de overheid, én vanuit haar familie die met geweld reageerde op haar besluit. Haar verhaal kreeg wereldwijde aandacht, waardoor Canada haar uiteindelijk asiel verleende. Een succesverhaal dus. Maar het roept ook vragen op: hoe kan het dat mensen die duidelijk gevaar lopen in eigen land, op de willekeurige liefdadigheid van één land moeten rekenen voor een veilig onderkomen? Zijn daar niet de bestaande vluchtelingenverdragen voor?
Barsten in het systeem
De pijnlijke waarheid is dat geen enkel land behalve Turkije, waar hij zich momenteel bevindt, een plicht heeft om Azhari bescherming te bieden en zijn asielaanvraag te overwegen. Martijn van der Linden, woordvoerder van Vluchtelingenwerk Nederland, legt uit: “Je kunt pas van je recht op bescherming gebruik maken als je op het grondgebied van een land bent; zolang je daar niet bent, kun je er geen asiel aanvragen.”
“
Zolang ze hier niet zijn, hebben we geen plicht om ze te beschermen
“Juist daarom maakt Europa zoveel afspraken, onder andere met Turkije, om migranten tegen te houden: zolang ze hier niet zijn, hebben we geen plicht om ze te beschermen.” Ook de UNHCR kan weinig doen: in een poging om de VN-vluchtelingenorganisatie om informatie te vragen, laat een woordvoerder weten dat er geen uitspraken over individuele gevallen worden gedaan.
Hoe zou iemand als Azhari dan Europees grondgebied kunnen bereiken? Van der Linden: “Theoretisch gezien kun je meedoen aan een ‘hervestigingsprogramma’. Landen geven bij de UNHCR een aantal plekken die aan vluchtelingen kunnen worden vergeven. Iemand als Azhari moet zich dan bij de UNHCR in eigen land laten registreren, het oordeel afwachten, en hopen dat-ie ergens wordt geplaatst. Probleem is: het aantal plekken is vele malen kleiner dan het aantal vluchtelingen. In de praktijk is de kans heel klein dat het op deze manier lukt, en zul je lang moeten wachten in een land waar je niet veilig bent.”
Bovendien is Azhari aangehouden op een internationaal vliegveld in Turkije, maar het asielproces daar heeft veel gebreken. Volgens Refugee Rights Turkey krijgen asielzoekers die op Turkse luchthavens in detentie worden geplaatst vrijwel geen toegang tot juridische hulpverleners, zoals de UNHCR, advocaten of ngo’s. Ook de internationale ngo The Global Detention Project stelt dat er in deze detentiecentra geen juridische assistentie is, en dat het meerdere keren is voorgekomen dat asielzoekers zonder duidelijke redenen zijn teruggestuurd naar onveilige gebieden.
Ongelovigheid: een blinde vlek
Azhari krijgt inmiddels ruime aandacht op sociale media én daarbuiten. Zo probeert het Humanistisch Verbond, een Nederlandse organisatie die onder andere steun verleent aan ongelovige vluchtelingen, zijn zaak onder de aandacht te brengen. Het valt op dat veel organisaties die zich voor hem inzetten, gericht zijn op afvallige en ongelovige migranten. Jela Keyany van het Humanistisch Verbond verbaast zich hier niet over: volgens haar is ongelovigheid een blinde vlek in het reguliere asielbeleid.
“Hier in Nederland, en in veel andere westerse landen, zien we ‘ongelovigen’ niet als een specifieke groep, juist omdat het zo normaal is. Als je jezelf bijvoorbeeld atheïst noemt, is dat een individuele benaming. Maar in landen waar religieus zijn de norm is, en zéker in landen zonder religieuze vrijheid, vormen ongelovigen een afgebakende groep, een minderheid zelfs. Dat is voor veel mensen hier heel moeilijk te begrijpen.”
“
Over ongelovigheid denkt men al snel: dan doe je toch net alsof je wél gelooft?
Ongelovigheid in een land waar dat strafbaar is, valt in principe onder ‘religieuze vervolging’; dat is een grond voor asiel. Maar hoe toon je aan dat je
niet gelooft? Om asielaanvragen te beoordelen denkt men meestal in groepen met zichtbare kenmerken, legt Keyany uit. “Over ongelovigheid denkt men al snel: dan doe je – in eigen land – toch net alsof je wél gelooft?” Van der Linden bevestigt dat: “Het is heel lastig om objectief vast te stellen dat iemand ongelovig is, op dezelfde manier dat het lastig is om iemands
seksuele geaardheid aan te tonen.” Bovendien zijn er, juist in landen waar straffen gelden op afvalligheid, geen cijfers beschikbaar op deze groep, volgens Keyany. “Het is lastig om je ergens over uit te spreken als je niet weet over hoeveel mensen je het precies hebt.”
Volgens Hamo Azhari zou dit geen probleem moeten zijn: hij heeft zijn atheïsme uitgebreid gedeeld op sociale media, dus er zou geen twijfel moeten bestaan over de risico’s die hij loopt. Maar een legale manier om Europa te bereiken, is toch vrijwel onmogelijk. De situatie op Turkse vliegvelden zal niet binnen een week veranderen. En een plicht om hem te helpen, dat hebben andere landen niet. Aan de telefoon herhaalt hij wat hij ook op sociale media deelt: zijn enige hoop is dat een welwillende regeringsleider hem asiel verleent. Uit liefdadigheid – niet uit verplichting.
De petitie #SaveHamo tekenen kan hier.