Luuk Eickmans (34) is directeur van CooP-Africa, een sociale onderneming die in Kenia en Uganda de fiets inzet voor betere inkomens, onderwijs en gezondheidszorg. Hij woonde eerder in Kenia en nu in Uganda, waar hij training geeft aan zijn medewerkers.
door Mirjam Vossen
Waarin train je je mensen eigenlijk?
“Ze hebben alleen boekenkennis en geen enkele praktijkervaring. Bij ons leren ze om een project van A tot Z te begeleiden. Een medewerker heeft nu contact met een boerencoöperatie. Die willen koffie vervoeren vanaf het land, en fietsen kunnen daarbij helpen. Mijn medewerker schrijft zelf een projectvoorstel en zoekt sponsors. Als dat lukt, gaat hij het helemaal uitvoeren.”
Waarom leert iedereen álles? “Een probleem bij organisaties als de onze is het personeelsverloop: je investeert veel in mensen en na twee jaar stappen ze over naar een betere baan. Bij ons groeien mensen mee. Zo hebben ze hun eigen inbreng en blijven ze zich ontwikkelen. Ze hoeven niet weg en gaan ook niet weg.”
Je bent commercieel econoom. Wat heb jij mensen in Afrika te bieden?
“De wisselwerking tussen mijn kennis en hun lokale ervaring en ideeën werkt heel erg goed. Een van mijn stagiairs ervaart bijvoorbeeld een vervoersprobleem op zijn universiteit. Twee campussen liggen vijf kilometer van elkaar en de bus is altijd stuk. Hij bedacht een fietsenplan: zet fietsen neer voor algemeen gebruik en laat studenten per ritje betalen. Mijn economische achtergrond kan helpen om dat initiatief commercieel haalbaar te maken.”
Wat is jullie meest inventieve idee voor de fiets?
“Mijn team in Kenia zag een foto van een Nederlandse bierfiets. Dat vonden ze geniaal: ze willen kijken of ze dit concept in de stad Kisumu kunnen lanceren en er geld mee verdienen.”
Eh, een fietsende kroeg: moet je dat als ontwikkelingswerker stimuleren?
“Ik kraak niks bij voorbaat af. Als de groep ermee komt, sta ik in principe open voor alle nieuwe ideeën. Bovendien
ben ik geen ontwikkelingswerker, maar ondernemer.”
www.coop-africa.org