"Al jaren ben ik betrokken bij duurzaamheidsprojecten, maar die initiatieven hadden nooit met mijn werk als advocaat te maken. Dat is dit jaar veranderd. Dat was ook nodig: alle klimaatsignalen staan op rood. Alle landen hebben aangegeven dat ze onder de twee graden opwarming moeten blijven, dat is het verschil tussen acceptabele en gevaarlijke klimaatverandering. Veel initiatieven in de samenleving komen van consumenten en producenten. Dat is goed, maar de overgang naar duurzame energie vraagt om een leidende en coördinerende rol van de overheid. Ik merkte dat veel mensen de hoop hadden opgegeven dat de Nederlandse staat een rol van betekenis zou spelen. Daarom onderzocht ik in mijn boek Revolutie met recht hoe het recht dienstig kan zijn aan het oplossen van het klimaatprobleem.
Het recht in dienst van het klimaat
Ik heb me nooit voorgenomen om als advocaat een klimaatrechtszaak onder eigen naam te voeren, ik hoopte dat andere mensen zich als eisers zouden opwerpen. Dat is ook gebeurd. Namens stichting Urgenda en de negenhonderd Nederlanders die zich meldden op de website wijwillenactie.nl, heb ik daarom eind 2013 de dagvaarding tegen de staat uitgebracht. Dat was in Europa niet eerder gebeurd. Meteen was er internationale belangstelling. In België begon op 1 december 2014 een rechtszaak met aansprakelijkheidsstelling van de staat. Netwerken in Noorwegen, Engeland en Spanje willen iets soortgelijks ondernemen. Op 14 april 2015 was het slotakkoord hier in Nederland bij de rechtbank. Inmiddels ligt er een uitspraak. Zonder dit rechterlijk ingrijpen ziet het er niet goed uit voor het klimaat. We hebben tot 2050 ieder jaar 5 procent reductie van onze uitstoot nodig om onder de twee graden te blijven. Een enorme opgave, maar we krijgen er een weerbaardere en innovatieve economie voor terug.”