De studenten Saket Moon, Manjaree Das en Mrinal Borah vormen een menselijke keten tegen de moslimhaat. Beeld: Saskia Konniger

Deze Indiërs laten hun land niet kapotmaken door hindoe­nationalisme

De Indiase premier Narendra Modi droomt van een superieure hindoestaat, waarin moslims hun leven niet zeker zijn. Studenten en docenten (ook veel niet-moslims) laten dat niet gebeuren. ‘We zijn bang, maar als we niets doen, duwen fascisten India de afgrond in.’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
“Een student is neergeschoten!” roept een jongen achter ons. Student arbeidswetenschappen Saket Moon (27 jaar) grijpt zijn telefoon en bekijkt het laatste nieuws. Een hindoe-extremist richtte een wapen op een student van de Jamia Universiteit, waar voornamelijk moslims studeren. De neergeschoten student demonstreerde tegen de omstreden Indiase burgerschapswet1 die moslims uitsluit. Het is het zoveelste gewelddadige incident rond het hindoenationalisme dat India in zijn greep houdt. ‘Hier heb je je vrijheid! Lang leve India!’ riep de schutter. Gelukkig raakte de kogel alleen de hand van de student. De schutter, die zich bekendmaakte als aanbidder van hindoegod Ram, werd gearresteerd.

Het is 30 januari 2020. Exact 72 jaar geleden werd Mahatma Gandhi neergeschoten door een hindoe-extremist. Volgens de moordenaar was Gandhi te soft tegen de Indiase moslimminderheid, waardoor hij de verwezenlijking van een grootse hindoenatie in de weg zou staan. Anno 2020 staat Gandhi’s ideaal van een multireligieus, seculier India opnieuw onder druk. Het aan fascisme en nazisme verbonden hindoenationalisme lijkt sterker dan ooit. Student Moon en zijn vrienden van de progressieve Jawaharlal Nehru Universiteit (JNU) in New Delhi willen daarom juist op deze dag ter ere van Gandhi een menselijke keten vormen. Ze hebben zich verzameld bij de entree van de campus en wachten op een bus die ze naar het hart van de stad zal brengen. “Natuurlijk gaan we nog”, reageert Moon. “Dit soort idioten zijn tegenwoordig overal. Het hindoenationalisme is al veel te ver gegaan.”

Burgerschapswet

De nieuwe burgerschapswet geeft versneld staatsburgerschap aan alle vluchtelingen uit Afghanistan, Pakistan en Bangladesh die géén moslim zijn. Ook wil de overheid een update van de burgerschapsregistratie uitvoeren, waarbij alle Indiërs hun religie moeten aangegeven en het staatsburgerschap moeten bewijzen. Vooral moslims vrezen dat de registratie zo opgetuigd wordt, dat ze hun Indiase nationaliteit niet kunnen bewijzen en in detentiekampen opgesloten zullen worden.

Zo heeft de minister van Binnenlandse Zaken Amit Shah al verschillende malen gezegd dat hij de registratie wil gebruiken ‘om alle infiltranten, termieten, op te sporen en te vernietigen’. Hij doelde op illegale moslimmigranten, maar Indiase moslims en andere minderheden vrezen dat het ook gebruikt zal worden om hun het staatsburgerschap te ontnemen. Met als doel het realiseren van een hindoenatie.

In de staat Assam, waar de regristratie-update vorig jaar is afgerond, bleken twee miljoen mensen, hindoes en moslims, niet in staat de juiste papieren te tonen. In speciale tribunalen konden ze in beroep, maar het proces verloopt chaotisch en arbitrair. Uitgeprocedeerde mensen worden in kampen gezet. De regering wil de registratie-update nu in heel India uitvoeren en heeft deelstaten opdracht gegeven detentiekampen te bouwen. Enkele deelstaten, zoals Punjab, West-Bengalen en Kerala weigeren uitvoering. Maar in andere zijn de kampen al in aanbouw.

Student Saket Moon Beeld: Saskia Konniger
Moon: “Gandhi’s moordenaar was lid van de hindoenationalistische volksbeweging RSS. En de huidige regeringspartij BJP is nauw verbonden met diezelfde organisatie, met naar schatting een miljoen leden.” Ook premier Modi was al op jonge leeftijd lid van de RSS, dat een India wil voor en door hindoes. De beweging was zo gewelddadig dat die enige tijd verboden was. Onderzoek heeft aangetoond dat de RSS tevens een coördinerende rol had bij rellen in Gujarat in 2002, waarbij tweeduizend mensen, veelal moslims, werden vermoord. De huidige premier Modi was toen staatsminister van de deelstaat.

De recente invoering van de discriminerende burgerschapswet blijkt voor veel mensen de druppel

Hoewel critici tijdens de eerste termijn (2014-2019) van hindoenationalistische premier Narendra Modi al hun zorgen uitten over toenemende moslimhaat en de pro-hindoeagenda, zoals een koeslachtverbod, bleven grootschalige protesten uit. Zelfs met een worstelende economie bleef hij vooral bij de hindoemeerderheid (zo’n 80 procent van de bevolking) onverminderd populair. Afgelopen mei werd Modi met een grote meerderheid herkozen. Met deze uitslag in zijn rug is hij zijn tweede termijn gestart met een radicalere uitvoering van zijn hindoenationalistische agenda.

De eerste zet was de afschaffing van de speciale autonome status van Kashmir, de enige deelstaat met een moslimmeerderheid. Er volgden meer controversiële maatregelen die hindoes bevoordelen en andere minderheden, vooral moslims, benadelen. Grote weerstand bleef weer uit. Maar de recente invoering van de discriminerende burgerschapswet, in combinatie met een aangekondigde update van de bevolkingsregistratie, blijkt voor veel mensen de druppel. Sinds december gaan honderdduizenden burgers – moslims, maar ook bezorgde hindoes, christenen, sikhs en andere minderheden – de straat op om hun stem tegen het hindoenationalistische beleid te laten horen. Ze zijn bang dat de regering het seculiere, democratische karakter van India, waarin iedereen voor de wet gelijk is, wil afbreken.

Universiteit voor vrijdenkers

Moon en andere studenten van zijn universiteit vormen een voor-hoede in het verzet tegen de hindoenationalistische regering. Daarmee staan ze in een lange traditie. JNU staat in India sinds haar oprichting in 1969 bekend als een plek voor vrijdenkers. De campus zelf is een ware oase. Studenten vertoeven in prachtige faculteitsgebouwen en studentenhostels, opgetrokken uit rode bakstenen,verspreid over een weidse groene jungle. En het is niet alleen maar buitenkant. De universiteit heeft een progressief beleid met quota voor gemarginaliseerde groepen, zoals dalits (voormalig onaanraakbaren) en moslims. Ook zijn er JNU-studiebeurzen om studenten uit arme delen van India een kans te geven op een goede studie. De internationaal hoog aangeschreven universiteit streeft actief naar een diverse populatie om creatief denken te stimuleren.

De overheid zet de universiteit weg als ‘een links gewelddadig bolwerk, dat India wil vernietigen’

Maar juist kritisch denken is een doorn in het oog van de huidige regering. De overheid zet de universiteit steevast weg als ‘een links gewelddadig bolwerk, dat India wil vernietigen’. Modi zegt herhaaldelijk dat studenten geruchten verspreiden en geweld veroorzaken. Daarom installeerde de regering in 2016 een nieuw management, dat sindsdien stap voor stap de democratische structuur van de universiteit probeert af te breken. Ze plaatst stafleden die loyaal zijn aan de overheid op sleutelposities. Ook probeert ze de hindoenationalistische ideologie in het curriculum in te voeren. Docenten die zich kritisch uitlaten over het toenemende hindoenationalisme worden in diskrediet gebracht.

De praktijken doen denken aan hoe in andere rechtspopulistische landen, zoals Brazilië en Hongarije, gemarginaliseerde groepen moeten vrezen voor hun grondrechten en de regering haar eigen – veelal feitenvrije – ideologie promoot zonder ruimte voor tegengeluid. Zo zijn ook onafhankelijke Indiase media door het lawaai van propagandazenders bijna onhoorbaar geworden. Kritiek wordt weggezet als ‘anti-nationaal’. Ministers schilderen demonstranten herhaaldelijk af als moslimterroristen. Een minister van Modi’s regeringspartij BJP riep dat mensen moeten uitkijken dat de demonstranten niet hun huizen binnendringen om hun vrouwen te verkrachten en te vermoorden.En slechts enkele dagen geleden riep BJP-minister Anurag Thakur: ‘Schiet ze neer, die verraders!’ Een advies dat de schutter op de Jamia Universiteit opgevolgd lijkt te hebben.

Stenen en stokken op de campus

Docent Avinash KumarBeeld: Saskia Konniger
Niemand had gedacht dat ook de JNU-universiteit letterlijk een strijdtoneel zou worden. Op 5 januari vielen vijftig tot honderd mannen en enkele vrouwen met stenen en stokken docenten en studenten op de JNU-campus aan. “Opeens zagen we uit het niets een bewapende meute op ons afrennen”, vertelt docent Avinash Kumar in zijn kantoor. “Een steen raakte een collega, haar hoofd bloedde. We raakten in paniek en renden voor ons leven.” Videobeelden en WhatsApp-berichten wijzen erop dat de aanval is georganiseerd door de ABVP, de hindoenationalistische studentenvereniging die is verbonden aan de regeringspartij. Het incident ging als een schok door progressief India. In de eens zo vriendelijke intellectuele vrijhaven heerst nu angst.

Als we niets doen, wordt India door de fascisten over de rand van de afgrond geduwd

Een collega steekt haar hoofd in de deuropening van Kumars kantoor. “Ben je al klaar?” “Ze wacht op mij, om samen naar een ander gebouw te lopen”, licht Kumar toe. “Zelfs de beveiliging is niet te vertrouwen. Ze worden ingezet om ons te bespioneren.” De aanval lijkt een afstraffing van een recente staking. Een aangekondigde lesgeldverhoging zou een belangrijk fundament van de universiteit aantasten, namelijk toegang tot hoger onderwijs voor iedereen. Tot woede van het management gingen studenten en docenten gezamenlijk in staking.

“Na de aanval”, zegt Kumar, terwijl hij opstaat, “pleegde het management niet één telefoontje naar gewonde studenten of docenten om te vragen hoe het ging. Complete stilte.” Hij pakt zijn colbert en laat het knoopje open, zodat zijn T-shirt met een slogan tegen de burgerschapswet zichtbaar blijft. Ondanks de angst wil ook hij naar het protest vandaag. “JNU kent een traditie in hiërarchieën breken. Tussen kaste, klasse, gender. Op andere universiteiten staat de docent boven de student. Maar hier moedigen we de studenten aan om zelf na te denken, om niet zomaar iemand op zijn woord te geloven. Zelfs niet dat van een docent. We ondersteunen hiermee de krachten van de tegenstem. Van verzet. En dat is wat fascisten niet graag hebben.”

Nazi-inspiratie

De grondleggers van Hindutva, de ideologie van de hindoe-nationalistische volksbeweging RSS, waren geïnspireerd door Mussolini’s fascisme en het nazisme. Elke ochtend komen leden samen om fysieke oefeningen te doen en de ideologie te bespreken. De bijeenkomst eindigt met het salueren voor een eigen hindoenationalistische vlagen een eed om zich in te zetten voor de ideale hindoestaat. Waarden als loyaliteit, discipline en patriottisme staan bovenaan.

Het streven naar een pure hindoestaat heeft wortels in het nazisme. Veel Hindutva-aanhangers hebben de overtuiging dat ‘het Arische ras’ oorspronkelijk uit India komt. Op veel punten gaat deze bewering mank. Allereerst is er geen sprake van een ras, maar een taalgroep. Groepen die de zogeheten Indo-Arische taal spraken, migreerden enkele duizenden jaren geleden vanuit Centraal-Azië naar India en vermengden zich met bestaande Dravidische, tribale en tal van andere gemeenschappen die India rijk is. Als iets de Indiase bevolking kenmerkt, is het de diversiteit in taal, herkomst en religie. Ook binnen het hindoeïsme. Kortom, de werkelijkheid staat haaks op het ideaal van een homogene hindoenatie.

Desondanks zijn aanhangers van de RSS ervan overtuigd dat de 21e eeuw het tijdperk is van de wederopstanding van een ooit superieur hindoerijk, dat door islamitische en koloniale overheersing kapot is gemaakt. Christenen en moslims die nu in India wonen, worden gezien als vijandige elementen. De ideologie cultiveert een mythisch hindoeverleden en stimuleert moslimhaat en xenofobie.

Moord op Gandhi

Bij de entree van de campus wordt nog steeds op de bus gewacht die studenten naar de plek van de menselijke keten zal brengen. “Natuurlijk zijn we bang”, zegt student Noordoost-India studies Mrinal Borah (27). “Maar dit protest is belangrijk. Als we niets doen, wordt India door de fascisten over de rand van de afgrond geduwd.” Hij en zijn vriendin Manjaree Das (22), student arbeidswetenschappen, doen sinds vorig jaar mee aan de protesten. In november raakten ze beiden door politieoptreden gewond. Borah moest na harde stokslagen op zijn rug in het ziekenhuis worden opgenomen. Das had haar schouder uit de kom. Medestudent Krutika Patel (24) vreest een donkere toekomst: “Het is alsof we sinds de moord op Gandhi geen stap vooruit zijn gekomen. Met deze regering zijn we terug bij af.”

De bus naar de demonstratie laat op zich wachten. Als Moon gaat rondbellen, blijkt dat het voornemen om een menselijke keten te vormen de politie ter ore is gekomen. Om dat te voorkomen hebben ze doorgangswegen en metrostations afgesloten.

Vanuit een arrestatiebus steekt een politicus de Indiase grondwet uit het raam

Even later verlaten Moon en zijn vrienden opeengepropt in enkele riksja’s de campus, op weg naar de binnenstad van New Delhi. Bij elke hobbel kreunt Borah. Zijn rug speelt hem nog steeds parten. Aangekomen bij metrostation Delhi Gate lopen de studenten langs het standbeeld van de Indiase onafhankelijkheidsstrijder Asaf Ali over een betonnen plein naar het kruispunt. Binnen enkele momenten is er een groep van zo’n honderd studenten, docenten en sympathisanten. Snel pakken ze elkaar bij de hand en vormen een rij. Maar voordat de keten een lange sliert kan vormen, worden de studenten ingesloten door agenten en zwaar gewapende soldaten en een arrestatiebus in geleid. Als de bus wegrijdt, wordt een tweede groep, onder leiding van een luid protesterende liberale politicus, in een bus geduwd. Eenmaal in de bus houdt de politicus een rood boekje door de tralies van het raam. Het is de Indiase grondwet, waar nog altijd in staat dat de wet voor iedereen gelijk is.

Hoop

‘s Avonds heeft regeringszender Republic TV haar oordeel over het schietincident op de Jamia Universiteit al klaar. “Zie je wel dat moslimstudenten gewelddadig zijn?” Als blijkt dat de schutter een extremistische hindoe is, veranderen de koppen naar Protesten lokken geweld uit.

Tegen middernacht is er bericht van Mrinal Borah. Hij en zijn vriendin Manjaree Das zijn ongedeerd. De demonstranten zijn naar een stadion gebracht en in groepjes vrijgelaten. Ook docent Kumar laat van zich horen: “Het geeft me hoop dat studenten in deze donkere tijden blijven opkomen voor onze grondwet. Voor inclusiviteit en gelijke rechten. Dat is de hoop voor onze democratie.”

Dit artikel verscheen eerst in OneWorld-magazine.

Indiase vrouwen op de bres voor gendergelijkheid

Dit doet publieke ophef met de levens van moslims

  1. Zie kader ↩︎

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons