Beeld: Angela Tellier

‘Een geestelijk coach moet vooral empathie hebben’

Het begon bij grootmoeders in Zimbabwe: zij boden hulp waar psychiaters te druk waren. ‘Gewone’ mensen die elkaar coachen, het bleek te werken. Robin van Dalen (34) haalde de succesformule naar Nederland met Inuka Coaching. ‘In zes tot twaalf weken trainen we iemand om een ander te helpen.’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Hoe trek je iemand uit een put? Niet door hard te sjorren, maar door hem zelf een ladder te laten ontdekken. Robin van Dalen (34), oprichter van Inuka Coaching (Inuka is Swahili voor ‘arise’ of ‘opbeurend’), een online platform voor mentaal welzijn, noemt het voorbeeld van de jongeman die hulp zocht omdat hij beter wilde presteren op zijn werk. “Hij had depressieve klachten, misschien zat hij zelfs al in een burn-out”, vertelt Van Dalen. ‘Wat zou je helpen?’ vroeg ze hem in een coachinggesprek. Hij wilde weer sporten, misschien kreeg hij daar energie van.

‘Waarom sport je niet meer?’ vroeg Van Dalen. Omdat hij zijn sportkleding al weken niet had gewassen. ‘Waarom niet?’ Nou, eigenlijk waste hij überhaupt niet meer, hij liep in vuile kleding. ‘Hoe komt dat?’ De wasmachine, die hij deelde met anderen, was ’s avonds altijd bezet. “Uiteindelijk spraken we af dat hij voortaan vlak na de lunch zijn was ging doen. Zo kon hij langzaam opkrabbelen: hij ging weer sporten, voelde zich daardoor beter over zichzelf en kreeg weer meer energie.”

OneWorld portretteert mensen die zich inzetten voor een betere buurt, school, of werkomgeving. De Verenigde Naties en miljoenen betrokken burgers spraken hiervoor de duurzame werelddoelen af (SDG’s), die we in 2030 moeten halen. Denk aan gendergelijkheid, géén armoede, betaalbare en duurzame energie en kwaliteitsonderwijs voor iedereen. De Goal Getters in deze rubriek gaan daar nu al voor. Geïnspireerd? Check hier wat jij kunt doen.

Zimbabwaanse grootmoeders

Zo laagdrempelig als de hulp is, zo moet het ook zijn om die hulp te verlenen

Die coaches zijn ‘gewone’ mensen, vertelt Van Dalen. Dat is een bewuste keuze: “Zo laagdrempelig als de hulp is, zo moet het ook zijn om die hulp te verlenen”, zegt Van Dalen. “Iedereen die een beetje empathisch is ingesteld, kunnen we in zes tot twaalf weken trainen om een ander te helpen.” Dat idee komt van medeoprichter hoogleraar ‘Global Health’ Dixon Chibanda, die nog steeds als onderzoeker en kwaliteitsbewaker verbonden is aan Inuka. Lange tijd was hij één van slechts dertien psychiaters waarmee heel Zimbabwe het moest doen, een onmogelijke taak.

Chibanda begon daarom andere Zimbabwanen, vooral grootmoeders, te trainen in een vorm van probleemoplossende therapie. Voortaan hielpen zij, en niet die ene schaarse psychiater, hun medemens uit de put. Hij concludeerde uit onderzoek dat de getrainde coaches meer dan 80 procent van de mensen konden helpen: de depressie- en angstklachten verminderden significant. Hij publiceerde erover in 2016 in het toonaangevende wetenschappelijke tijdschrift JAMA.

Met deze methode is geestelijk welzijn voor iedereen toegankelijk

Van Dalen leerde Chibanda kennen toen ze voor Philips op werkbezoek was in Canada. Ze had eerder ontwikkelingswerk gedaan in de ‘ngo-wereld’, maar die had haar teleurgesteld. “Je leert straatjongeren slippers maken, maar dan komt er een andere ngo voorbij die ze meer geld geeft om kunst te maken, dus gaan ze dat doen. Zulke projecten zullen de wereld niet veranderen.” Ze besloot dat ze het bedrijfsleven in wilde om te ‘leren hoe de macht werkt’, en koos voor Philips.

Toegankelijk en anoniem

Beeld: Angela Tellier
Tijdens haar traineeship kwam ze vier maanden thuis te zitten met een burn-out, en net toen ze dacht dat haar contract vast niet werd verlengd, stelde haar manager voor dat ze zich voortaan zou richten op innovaties in de geestelijke gezondheidszorg. Toen Chibanda haar vertelde over de trainingen aan Zimbabwaanse grootmoeders, wist ze: met deze methode kan geestelijk welzijn voor iedereen toegankelijk worden.

Samen met Chibanda bouwde Van Dalen diens aanpak vanaf 2019 uit tot het online platform Inuka. Online coaching biedt twee voordelen: “Het is toegankelijk en anoniem, wat de drempel verlaagt.” Via het platform, dat inmiddels losstaat van Philips, coachten ongeveer honderd betaalde Inuka-coaches al meer dan 1800 mensen wereldwijd. Ieder coachingstraject begint met een vragenlijst, ontwikkeld samen met de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), om te meten of iemand risico loopt op mentale problemen, of die misschien al heeft. Ook achteraf vullen mensen een vragenlijst in, om te meten of de coaching effect had.

De resultaten liegen er niet om. Uit de wetenschappelijke analyse van die data blijkt dat ruim 70 procent van de mensen in de risicocategorie na ongeveer vier online sessies veerkrachtiger is en dat de depressie- en angstklachten erdoor verminderden. “Natuurlijk zijn er ook mensen die we niet kunnen helpen: bij bijvoorbeeld suïcidale of psychotische klachten is er specialistische medische hulp nodig. Onze coaches worden erop getraind om dat te herkennen en mensen door te verwijzen.”

Actieplan

‘Gewone’ mensen anderen laten coachen. Het klinkt allemaal haast te simpel, maar dat is ook de bedoeling, legt Van Dalen uit. “Onze werkwijze is praktisch en laagdrempelig. We koppelen iemand aan een coach, en beginnen dan met een online sessie van 60 tot 90 minuten – via video of chat – waarin we samen de problemen in kaart brengen. De coaches gaan niet zelf analyseren of adviseren, maar vragen om één probleem te kiezen om mee te beginnen. Vaak weten mensen heel goed wat hen kan helpen, maar blijft het een abstract idee dat ze niet uitvoeren. Daarom kiezen we één oplossing waarvoor we een actieplan maken. De coaches zien erop toe dat mensen zich aan hun eigen actieplan houden.”

In een depressie kosten juist de kleine dingen – tandenpoetsen, opstaan, de was doen – enorme moeite

Natuurlijk is daarmee niet meteen alles opgelost, geeft Van Dalen toe. “Maar door de kleine obstakels weg te nemen, ontstaat er ruimte en energie om over de grotere zaken na te denken. Het begint met de was, maar eindigt wellicht met de beslissing om van baan te wisselen. In een depressie kosten juist de kleine dingen – tandenpoetsen, opstaan, de was doen – enorme moeite. Als je die niet aanpakt, wordt de chaos in je leven alleen maar groter.” Gemiddeld duurt een coachingtraject zes weken. Tussendoor werken de hulpvragers aan hun actieplan, dat ze in ongeveer vier sessies met hun coaches bespreken.

Meespelen met het kapitalisme

Voor veel doelgroepen moet de coaching gratis.

Inuka verkoopt haar coachingactiviteiten hoofdzakelijk aan grote bedrijven als Tommy Hilfiger, Philips en PwC, waar de medewerkers hulp krijgen om beter om te gaan met stress en zo burn-outs te voorkomen. Is dat wel de juiste omgeving voor Inuka’s missie? “Idealiter niet”, geeft Van Dalen toe. “Toen we in 2019 begonnen, hebben we de methode in Kenia gelanceerd, maar dat werkte niet. Mensen zijn daar onbekend met coaching, en er ligt een groot stigma op psychische problemen. We moesten er veel marketinggeld tegenaan gooien om mensen ervan te overtuigen dat ze gebaat zijn bij coaching – en dat ze ervoor moeten betalen.” Ze besloten: voor veel doelgroepen moet het gratis.

Zo kwam ze terecht bij de grote bedrijven. “Dáár zit het geld. Door geld te verdienen aan degenen die het kunnen betalen, kunnen we kwetsbaardere groepen gratis helpen.” Ze zette daarom naast het bedrijf Stichting Inuka op die via dezelfde methode coaching biedt in onder andere Kenia, Zimbabwe, Libanon en Oeganda, maar ook in Nederland bij bijvoorbeeld vluchtelingen. “De stichting moet het nu nog vooral hebben van subsidies en vrijwilligerswerk, maar het doel is om het werk te bekostigen met de winst van het bedrijf. In 2023 hopen we winstgevend te zijn.”

Onlangs kondigde Inuka aan wereldwijd jeugdactivisten van Amnesty International via coaching te ondersteunen om stress en burn-outs te voorkomen. “Het helpt Amnesty, en is tegelijkertijd voor ons goede marketing”, zegt Van Dalen. Het is kenmerkend voor de manier waarop ze te werk wil gaan: goed-doen zonder de businesskant uit het oog te verliezen. “Ik liep eens stage bij Tata Steel in India. Tata zette daar als marketing de beste ziekenhuizen van het land op. De helft van de bedden was voor de allerrijksten, die daar veel voor betaalden, de andere helft was gratis voor mensen die de zorg niet konden betalen. Het kostte Tata niks, want die ziekenhuizen draaiden gewoon break even, maar ze werden wel megabekend omdat ze ‘de armen’ hielpen en ook heel goeie zorg leverden aan de rijken. Ik vond het briljant.”

Het is haar droom om zo groot te worden dat straks in iedere gemeenschap – of het nu werklozen, chronisch zieken, vluchtelingen of kantoorwerkers zijn – coaches rondlopen die anderen kunnen helpen. “Mijn tweede doel is te bewijzen dat winst maken heel goed samengaat met de wereld verbeteren. Het kapitalistische systeem is er nu eenmaal – en natuurlijk moeten we proberen het te veranderen – maar ondertussen kun je het ook gebruiken om je impact zo groot mogelijk te maken.”

'Ik wil jongeren laten ervaren hoe mentale gezondheid werkt'

Zwarte mannen leren elkaar kwetsbaar zijn: 'Mijn vader huilde nooit'

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons