Een volwassene en een kind spreken met elkaar middels gebaren. Beeld: Jovanmandic / iStock

Het wrede verhaal achter de Nederlandse Gebarentaal

De Nederlandse Gebarentaal (NGT) is ‘jarig’: precies een jaar geleden steunde de Eerste Kamer het voorstel haar als officiële taal te erkennen. Maar 40 jaar eerder was de taal juist streng verboden. ‘Docenten bonden de handen van dove kinderen samen, zodat zij geen gebaren konden maken.’

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
Als dochter van een dove moeder en een zwaar slechthorende vader ben ik tweetalig opgevoed: met het Nederlands en de Nederlandse Gebarentaal (NGT). Vandaag is een van mijn moedertalen ‘jarig’: op 13 oktober 2020 steunde de Eerste Kamer het voorstel NGT als een officiële taal te erkennen. Het was het resultaat van een jarenlange onvermoeibare strijd van de dovengemeenschap.

Er is zelfs humor die alléén in NGT werkt

Dat NGT net als andere talen in Nederland, zoals het Fries, een rijke cultuur heeft, een identiteit en zelfs humor die alléén in het NGT werkt, is iets wat niet veel mensen weten. Nog minder bekend is de wrede geschiedenis van de taal, die jarenlang zelfs verboden was.
Hoe NGT een officiële taal werd

Een persconferentie over corona zónder gebarentolk kan menig Nederlander zich niet meer voorstellen, en velen zullen ook de Irma-hype als directe katalysator zien van de erkenning van Nederlandse Gebarentaal. Het activisme dat hier jarenlang aan vooraf ging blijft echter vaak onbenoemd. Denk aan Machiel Ouwerkerk, die op 10 maart 2020 te zien was op het achtuurjournaal, nadat hij met een bord achter de verslaggever stond. Op zijn bord stond: ‘Waar is de gebarentolk voor doven tijdens crisissituaties?’

Ook de organisatie Dovenschap zet zich al sinds 1988 in voor een betere maatschappelijke positie van dove en slechthorende Nederlanders. En namen als die van Eva Westerhoff, hoogleraar Nederlandse Gebarentaal Onno Crasborn, activist Johan Wesemann en onderzoeker Corrie Tijsseling zijn onmisbaar als je het hebt over de emancipatie van de dovengemeenschap, inclusief de erkenning van NGT.

Oralisme

De Conferentie van Milaan in 1880, wordt vaak beschreven als het startpunt van de actieve onderdrukking van gebarentalen1. In deze conferentie werd door 164 aanwezigen, van wie één persoon doof was, uit verschillende Europese landen en de Verenigde Staten gezamenlijk besloten dat dove en slechthorende mensen beter in de maatschappij zouden integreren als ze zich beperkten tot orale communicatie. Dat idee werd ‘oralisme’ genoemd.

Docenten bonden de handen van dove kinderen aan elkaar, zodat zij geen gebaren konden maken

Dove mensen werden geacht op dezelfde manier te communiceren als horende mensen: door de lippen van een gesprekspartner te lezen en hardop te praten. De conferentie leidde tot een internationale consensus dat gebarentaal in het onderwijs verboden moest worden. In Nederland werd dit in 1910 in de praktijk officieel doorgevoerd.

Door het verbod werden dove onderwijzers gedwongen ontslag te nemen. Zij werden vervangen door horende onderwijzers, die erop moesten toezien dat leerlingen niet met gebaren zouden communiceren. In 1980, honderd jaar na de conferentie, werd het verbod opgeheven, en in 1996 werd het Henri Daniel Guyot Instituut opgericht: het eerste instituut met tweetalig onderwijs, zowel in het Nederlands als in de Nederlandse Gebarentaal. In 2010 werd de Conferentie van Milaan officieel verworpen tijdens het ICED-congres (het International Congress on the Education of the Deaf) in Vancouver. Ook werd daar erkend dat het verbod grote nadelige gevolgen had gehad voor dove mensen over de hele wereld.

Dialecten

Tussen 1880 en 1980 waren er vijf ‘dovenscholen’, verspreid over Nederland in Groningen, Rotterdam, Voorburg, Amsterdam en Sint-Michielsgestel. Docenten op die scholen gebruikten soms lijflijke straffen om leerlingen ervan te weerhouden met gebaren te communiceren. Naast fysiek geweld was het bij elkaar binden van handen, zodat gebaren niet gebruikt konden worden, een veelgebruikte straf.

Ondanks het verbod spraken leerlingen onderling via gebaren

Doordat al deze scholen internaten waren, brachten de dove leerlingen veel tijd met elkaar door. Ondanks het verbod spraken zij onderling via gebaren. En doordat er weinig contact was tussen de leerlingen van verschillende scholen, ontstonden vijf dialecten in deze periode. Uit die dialecten ontstond uiteindelijk de Nederlandse Gebarentaal zoals we die nu kennen, zo beschrijft dr. Corrie Tijsseling, werkzaam bij de Universiteit Utrecht, in haar promotieonderzoek ‘School, waar?’ (2014).

Hoewel er nu dus één gestandaardiseerde gebarentaal is, blijft het effect van deze vijf scholen en de wrede geschiedenis duidelijk. Tijsseling concludeert namelijk dat de identiteit van dove mensen en de doveninstituten waar zij geplaatst waren onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn geraakt. In plaats van te vragen waar iemand vandaan komt, vragen dove mensen van eerdere generaties aan elkaar: ‘Op welke school heb je gezeten?’

Onderdrukking werkt door

De Nederlandse Gebarentaal is dus van ver gekomen. Dat ze nu 1 jaar oud is, is een belangrijke erkenning van de onderdrukking, maar laat ook zien dat die nog niet voorbij is. Zo schreef Lisa Hinderks, onderzoeker bij Kentalis2, vlak voor de erkenning in 2020 dat NGT als inferieur wordt gezien ten opzichte van het gesproken Nederlands. Nog te vaak wordt NGT als een alternatief of hulpmiddel gezien in plaats van een volwaardige taal. Erkenning van NGT erkent volgens Hinderks dat doven en gebarentaligen bij de Nederlandse maatschappij horen.

Door hun taal te spreken, dragen gebarentaligen een pijnlijke geschiedenis met zich mee

Omdat ik opgroeide met NGT als moedertaal, sta ik van jongs af dicht bij de hechte dovengemeenschap. Ik heb van binnenuit mogen zien hoe enorm rijk de dovencultuur is. Nederlandse Gebarentaal is de mooiste taal die ik ken, gesproken door dove mensen en gebarentaligen die met het spreken een pijnlijke geschiedenis met zich meedragen. Vandaag sta ik hierbij stil, en hoop ik dat meer mensen leren over deze geschiedenis en zo een voorstelling kunnen maken van de emotionele euforie die dove mensen en gebarentaligen hadden op 13 oktober, een jaar geleden.

'Gaan we nu wel naar dove en slechthorende Nederlanders luisteren?'

'Door de Nederlandse Gebarentaal is de wereld ook voor mij toegankelijk'

  1. Gebarentaal is niet universeel: er is niet één gebarentaal. Wel bestaat er een gestandaardiseerde Internationale Gebarentaal (Gestuno of International Sign). Naar schatting zijn er zo’n 140 verschillende gebarentalen. ↩︎
  2. Kentalis ondersteunt mensen die slechthorend, doof of doofblind zijn of een taalontwikkelingsstoornis of communicatief meervoudige beperking hebben ↩︎

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons