Beeld: Geisje van der Linden
Achtergrond

‘Iedereen onderschat mbo’ers, we moeten van dat imago af’

Zes leerlingen van docent Burgerschap Suna Floret delen hun visie op politiek, racisme en seksuele diversiteit. Conclusie: ouderen weten het niet altijd beter. En door voor elkaar op te komen, kunnen ze zelf iets veranderen aan het onrecht dat ze meemaken.

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
In klaslokaal 219 zitten zes leerlingen in een kring: Almyrando Chantre (18), Björn Damen (16), Avinsha Breeveld (18), Elida Šabanović (18), Ronan Şahin (19) en Zainab Chikoeri (18). Ze volgen een juridische opleiding op mbo-4-niveau en dromen van een loopbaan als advocaat, of als juridisch adviseur bij een gemeente. We zitten bij elkaar om te praten over wat ze belangrijk vinden, in hun leven en in de maatschappij.

Avinsha neemt het voortouw en zegt dat ze zich echt kan ergeren aan het negatieve imago van het mbo. “Iedereen onderschat mbo-studenten. Alsof wij niks kunnen. Dat maakt me zo boos.” In vacatures voor stageplekken wordt bijvoorbeeld heel vaak gevraagd naar een hbo’er. Avinsha: “Ik weet niet of het door de media komt, maar we moeten echt van dat imago af, het is zo zonde.”

Eigenlijk zou iedereen naar het mbo moeten gaan: je komt in situaties waar je als mens veel van leert

Almyrando is het met haar eens: “De directeur van mijn middelbare school kwam van basis kader, moet je nagaan. Als je je best doet, kom je er uiteindelijk gewoon en als je dat niet doet, dan niet. Maakt niet uit op welk niveau je zit.” Elida vult aan: “Wij hebben straks een voorsprong op het hbo, juist omdat we er drie jaar langer over doen dan havoscholieren. Wij hebben dan ook al twee keer twintig weken stage gelopen. Maar het lijkt alsof dat allemaal niet wordt gezien.”

Volgens Avinsha heeft het mbo alleen maar voordelen: “Ik leer hier enorm veel en voel me thuis. Eigenlijk zou iedereen naar het mbo moeten gaan, want je komt in situaties terecht waar je als mens veel van leert. Omgaan met verschillende soorten mensen, bijvoorbeeld. Onze klas was verdeeld in groepjes die niet met elkaar praatten, dat hebben we toen zelf opgelost.”

Avinsha, Björn en ElidaBeeld: Geisje van der Linden
Heb je je weleens buitengesloten gevoeld? “Iedereen is gelijk hier op het Albeda”, zegt Avinsha. “Het is hier zó divers, ik voel me nooit buitengesloten of iets dergelijks. Op de basisschool was dat bij mij anders. Als klein kind voelde ik nooit racisme ofzo, maar op iets latere leeftijd merkte ik wel dat vriendinnen anders tegen me gingen doen. Ik zat op een hele witte school.”

Bij Ronan was het precies andersom: “Ik was het enige witte jongetje in de klas. Daar werd je weer buitengesloten als je niet met de allochtonen omging. Dus ik denk ook dat het heel erg omgevingsgevoelig is, of je ergens wordt buitengesloten of niet en hier op het Albeda is het gewoon heel divers. Als Avinsha bij mij op de basisschool had gezeten, dan was ze een godin geweest.” Avinsha lacht: “Maar eigenlijk zou mijn omgeving niet mogen uitmaken en moet ik overal een godin zijn, toch?”

Er zijn leerlingen die moeite hebben een stageplek te vinden vanwege hun achternaam

RonanBeeld: Geisje van der Linden
Ronan: “Misschien sluit ik ook mensen buiten, maar dan gaat het niet om afkomst. Dan denk ik meer: die vertrouw ik niet of hij houdt mij tegen in iets. Dan sluit ik hem buiten in mezelf en niet in een groep.”

“Maar weet je”, zegt Elida, “racisme en uitsluiten zullen altijd bestaan. Denk aan leerlingen die moeite hebben met het vinden van een stageplek omdat ze een moeilijke achternaam hebben. Als je op sollicitatie gaat en degene met wie je in gesprek bent, is racistisch, dan kun je dat niet veranderen. Ik heb nog nooit iemand ontmoet die eerst racistisch was en dat nu niet meer is. Zodra iemand een slechte ervaring heeft, is het heel moeilijk om daar iets positiefs van te maken. Ik heb zelf meegemaakt dat ik werd afgewezen bij een stageplek en het idee had dat dat kwam door mijn achternaam. Dit gaat denk ik nooit veranderen, mensen maken onderscheid.”

Jongeren moeten ongeacht ras, afkomst of religie aangenomen worden, als zij aan de voorwaarden voldoen

Zainab gelooft juist wel in verandering: “Mensen gaan de diversiteit echt wel moeten accepteren. Al hebben ze er nog steeds moeite mee, op een gegeven moment kun je er niet meer omheen.”

Avinsha denkt hardop na: “Er zou een protocol moeten komen dat als jongeren aan bepaalde voorwaarden voldoen, ze aangenomen moeten worden, ongeacht naam, ras, afkomst en dergelijke. Het moet gaan om je kwaliteiten, we doen toch niet voor niets zo ons best?”

Wat zou je zelf kunnen doen? “Er gaat pas echt iets veranderen als we het wat meer voor elkaar opnemen als er iets fouts wordt gezegd of gedaan”, vindt Zainab. “Wij doen dat onderling soms ook, uitsluiten enzo.” Ronan is het daar niet helemaal mee eens.

“Ik zou het echt niet voor iedereen opnemen. Voor jullie misschien, maar ik heb al genoeg aan mijn eigen hoofd. Laatst hadden Almyrando en ik een akkefietje hier voor de deur, met mensen die we niet eens kennen. Almy werd opeens uitgescholden met het n-woord. Almy ging er zelf niet op in, maar op dat moment had ik wel willen vechten voor hem. Ik heb mijn principes, maar die gelden niet voor iedereen. Ik ben geen Batman.”

Verontrustend dat jij gewend bent geraakt aan opmerkingen over je seksualiteit

“Zo bedoel ik het ook, dat je het opneemt voor de mensen die in je buurt staan”, reageert Zainab. “We hebben het toch ook gelijk voor Björn opgenomen toen hij door een klasgenoot werd aangevallen op zijn seksualiteit?” Björn reageert nonchalant: “Daar ben ik wel aan gewend geraakt, hoor. Als kind speelde ik al veel vaker met meisjes en toen kreeg ik ook dat soort dingen te horen. Ik kan er wel goed mee omgaan, denk ik.” Almyrando: “Het is juist heel verontrustend dat je eraan gewend bent geraakt, Björn.”

“We moeten gewoon vaker onze mond opentrek­ken”, vindt Avincha. “Ik kan bijvoorbeeld echt boos worden als mensen heel makkelijk doen over tiener­ zwangerschappen. ‘Dan laat je de baby toch gewoon weghalen’, wordt er dan geroepen. Alsof het iets heel normaals is. Ik heb het zelf meegemaakt in mijn omgeving en onze samenleving neemt het echt met een korreltje zout.

Zainab en ElidaBeeld: Geisje van der Linden
Je kunt er als jongedame depressief van worden en de rest van je leven de consequenties van dragen. Ik heb voor mezelf besloten om er elke keer iets over te zeggen als er weer heel makkelijk over wordt gesproken.” Sommige onderwerpen zijn net iets lastiger om aan te kaarten, vindt Björn. “Bijvoorbeeld eetstoornissen. Ik ken een aantal mensen die ermee kampen en dat is een probleem dat bijna niet wordt gezien. Het is niet echt bespreekbaar.”

Voor Elida staat armoede het hoogst op de agenda. “Daar wordt momenteel te weinig aan gedaan, ik zou dat echt willen veranderen. Aan de ene kant van de wereld lopen de jongeren op schoenen van 700 euro en aan de andere kant hebben ze niet eens slippers.” Ronan sluit zich daarbij aan: “Of wat denk je van die brand in de Notre Dame? Weten jullie hoeveel geld er nu is gestort door bekende mensen om het gebouw te redden? En Afrika of Syrië laten ze doodvallen.”

Ronan en AlmyrandoBeeld: Geisje van der Linden
Avinsha: “Ik heb eigenlijk al zo lang niets meer gedaan voor armoede. Als kind mochten we op school een schoenendoos vullen met spullen en dat werd dan naar Ghana gestuurd; dat vond ik zó gaaf. Eigenlijk moeten we dat soort projecten weer oppakken.”

Almyrando: “Wij staan veel te weinig stil bij onze luxepositie. Wij kunnen met water spelen, terwijl aan de andere kant van de wereld kinderen geen drinkwater hebben. In wat voor maatschappij leven we dan, dat we voor een gebouw als de Notre Dame binnen 48 uur wel een miljard euro ophalen?”

Sommige ouders laten hun kinderen mentaal in de steek

Wat wil je anders doen dan de ouderen om je heen? Ronan is de stille denker in de groep. “Weet je, ik maak me niet alleen maar druk om wat wij kunnen doen, maar vooral om wat de volwassenen nu verkeerd doen. Misschien omdat ik zelf in zo’n positie zit. Ik vind bijvoorbeeld dat ouders veel te makkelijk denken over scheiden. Prima dat ouders uit elkaar gaan; we leven in een land waarbij het juridisch en financieel dan allemaal goed geregeld is. Maar sommige ouders laten hun kinderen mentaal in de steek. Je moet het als ouder in je hoofd goed hebben zitten en niet alleen op papier. Anders worden de kinderen verwaarloosd en dat maak ik nu zelf mee. Ik ga denk ik pas trouwen als ik een teken van God heb gekregen ofzo, want anders ga ik echt geen kinderen maken.”
Suna Floret en ZainabBeeld: Geisje van der Linden
De groep is er een paar seconden stil van. Almyrando denkt mee. “Soms weten ouderen het ook gewoon niet beter, man. Ik woon bij mijn grootouders en zij zijn echt nog oldskool. Ik ben achttien, maar zij zijn zó streng wat betreft uitgaan en buiten zijn enzo. Zelfs als ik gewoon in het weekend overdag buiten ben, vinden ze het fout gedrag. ‘Wat doe je zo lang buiten?’, vragen ze dan. Ze zien buiten als slecht. Sommige ouderen denken niet na, sommige ouderen willen het goed doen maar het lukt niet en sommigen zien alles wat anders is als slecht.”

Hij concludeert: “Uiteindelijk moeten wij het anders doen. Wij hebben kritiek en feedback gekregen van de ouderen, maar we nemen ook nieuwe dingen mee uit onze eigen omgeving. Misschien gaan onze kinderen ook over ons zeuren, man. Je weet maar nooit.”

'Als Marokkaan word je hier gewoon gediscrimineerd'

Solliciteren

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons