Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld.
Word abonnee
In
het interview met OneWorld stelde hoogleraar Jeroen van der Sluijs (Universiteit Utrecht) dat bij de toelating van pesticiden in de EU, alleen het laboratoriumonderzoek afkomstig van de fabrikanten zelf wordt meegewogen. Het zou verklaren waarom de milieurisico’s van sommige bestrijdingsmiddelen, zoals van het ‘bijengif’
imidacloprid, pas laat aan het licht komen.
“
Onafhankelijk laboratoriumonderzoek zou niet worden meegewogen
Het gaat om het keurmerk ‘Good Laboratory Practice’ (GLP) waar studies bij de EU-toelating aan moeten voldoen. Onafhankelijke laboratoria zouden volgens Van der Sluijs in de praktijk niet aan die standaard kunnen voldoen: “Het kost namelijk heel veel geld om zo’n certificaat te verkrijgen…”,
stelde Van der Sluijs tegenover OneWorld. “Dit keurmerk is totale onzin en bevoordeelt de chemische industrie. Toen de richtlijnen in de EU werden vastgesteld, hebben zij blijkbaar die slag gewonnen.”
Op 24 mei stelde GroenLinks Kamervragen naar aanleiding van het interview.
'Strikte kwaliteitseisen'
In
de antwoorden aan de Tweede Kamer valt op dat minister Carola Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) niet concreet ingaat op het terzijde schuiven van de onafhankelijke laboratoriumstudies. Schouten verdedigt de werkwijze waarbij exclusief op GLP-studies wordt vertrouwd, omdat dit garant zou staan voor ‘strikte kwaliteitseisen’ die worden gesteld aan het onderzoek.
Naast het laboratoriumonderzoek, kijkt de Europese toelatingsautoriteit EFSA ook naar alle ‘relevante’ gepubliceerde wetenschappelijke studies, zo schrijft ze de Tweede Kamer, waaronder in het verleden ook publicaties van hoogleraar Van der Sluijs.