Looms, wie kent ze niet? De gekleurde elastiekjes zijn dé zomerhit onder Nederlandse schoolkinderen die er armbanden, schildpadjes en zelfs kledingstukken van knopen. Maar de rage blijkt niet zonder gevaren volgens WasteConnect. Het Britse consultancybureau trok gisteren aan de bel en noemt de looms een "ecologische tijdbom". Moet Nederland zich zorgen maken? OneWorld zocht het uit.
Best verkocht in de VS
De Nederlandse speelgoedzaken zijn er maar wat blij mee. De loom-elastiekjes in regenboogkleuren zijn momenteel niet aan te slepen, en voor enkele euro’s heb je er meteen duizend op zak. De populariteit van de bandjes houdt niet op bij de Nederlandse grens. Vorig jaar waren de elastiekjes het best verkochte speelgoed in de Verenigde Staten en sindsdien heeft de rage zich wereldwijd verspreid. Zo pronkt er een loom-bandje om de polsen van de Britse royals William en Kate.
Op internet kun je leren hoe je zelf de mooiste dingen met loom maakt
Maar volgens WasteConnect is de internationale hype lang niet zo onschuldig als de vrolijke zelf geknoopte sleutelhangers en kettingen doen vermoeden. De loom is een "ecologische tijdbom", waarschuwt het bureau. Zo lijken de bandjes te zijn gemaakt van niet-recyclebaar plastic en siliconen, en slingeren de bandjes rond op straat en in zee. Kortom, "een groeiend probleem", vindt WasteConnect.
Verantwoordelijk mee omgaan
"Alle plastic die in onze zee belandt, is per definitie schadelijk voor het zeeleven", benadrukt Stichting De Noordzee. Of de loombandjes schade hebben toegebracht aan de Noordzee kan de organisatie nog niet met zekerheid zeggen. Wel baart de rage zorgen. "Je ziet de bandjes al op straat rondzwerven. Als ze ook in zee belanden, doordat mensen ze verliezen tijdens het zwemmen, betekent dat niet veel goeds. Nu al bestaan delen van de oceanen uit ‘plastic soep’, gebieden waar plastic door stromingen bijeenkomt. Overal drijft plastic, als vermicelli in de soep."
Bovendien kunnen de bandjes een gevaar zijn voor zeedieren. "Het is waarschijnlijk dat de elastiekjes op het water blijven drijven. Voor zeevogels lijkt dat op voedsel en die eten de bandjes gewoon op. Dat heeft ernstige gevolgen. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat de maaginhoud van iedere Noorse stormvogel voor 95 procent uit plastic bestaat. De vogels krijgen door het plastic een vol gevoel en stoppen met eten, waardoor ze sterven." Maar de bandjes verbieden, zoals de poll van de Engelse krant the Guardian, oppert, is volgens Stichting De Noordzee vooralsnog niet nodig. "Ga verantwoordelijk met de looms om. Zorg dat je ze niet verliest en gooi ze in de prullenbak."
Niet bij het plastic
Het voorlichtingsorgaan Milieu Centraal laat weten dat de bandjes niet in de plasticbak thuishoren. Hoe de kleurrijke elastiekjes precies zijn samengesteld is vooralsnog niet duidelijk en daarom behoren ze gewoon in de vuilnisbak. De gemeenteafvalbakken voor plastic zijn alleen bedoeld voor plastic verpakkingen en dat zijn de looms niet. De scheidingssystemen herkennen het materiaal waarvan de bandjes zijn gemaakt niet, waardoor ze uiteindelijk bij het restafval belanden. Voor zover bekend zijn er nog geen meldingen van een overdaad aan looms in het Nederlandse afval.
Dat veel loomarmbandjes in de nabije toekomst tot afval verworden, ligt voor de hand. Zoals elke rage komt en gaat, zal wellicht ook de populariteit van de loom flink afnemen. Of de weggegooide loom problemen gaat opleveren voor het Nederlandse milieu durft Pierre Terras, Greenpeace campagnecoördinator voor giffen, niet met zekerheid te zeggen. "Ik weet niet waarvan de bandjes zijn gemaakt, dus het is nog onduidelijk of ze recyclebaar zijn of recyclebaar gemaakt kunnen worden. Wel is duidelijk dat de elastiekjes uiteraard weer meer afval opleveren. Bovendien zou het kunnen dat er met de loom een vervuilende productie gemoeid gaat."
Zorgen
Gezien de beperkte informatie over het speelgoed blijft het voorlopig dus gissen. Een verbod op de bandjes wijst Terras voorlopig dan ook af. ‘Maar het baart me wel zorgen dat kinderen nu massaal met die elastiekjes in de weer zijn. Ik zie het niet als iets hoopvols voor de toekomst van ons milieu. Kinderen van nu zijn immers onze toekomst.’