Moeders van vermiste vluchtelingen willen kunnen rouwen

De moeders van de vermiste Tunesische vluchtelingen Ramzi en Mehdi willen hulp bij het vinden van hun zoons. Zelfs hun stoffelijk overschot zou beter zijn dan de onwetendheid. “Dan kunnen wij gaan rouwen en vrede vinden met hun bestemming.”

Dit artikel krijg je cadeau van OneWorld. Word abonnee
De boot waarop Mehdi Foudaili en Ramzi El Ouelhazi uit Tunesië vertrokken telde in totaal 22 mensen – inclusief de schipper. Geen van hen is teruggevonden.

Mehdi’s moeder, Wahida Hacheni, en Ramzi’s moeder, Fatma Kasraoui, zochten tevergeefs naar hun zoons. Toen de Tunesische en Italiaanse overheden weigerden mee te werken werd hun rouw een politieke strijd om stemmen mee te winnen. “Vooral regeringspartij Nidaa Tounes heeft ons misbruikt tijdens de verkiezingscampagnes”, vertelt Ramzi’s moeder Fatma Kasraoui. “En na de verkiezingen waren de politici nergens meer te bekennen.”

In 2011 was er een enorme piek1 in het aantal asielaanvragen uit de Arabische regio.

Die toename was te verklaren door de langdurig slechte economische situatie en hoge werkloosheid die overal in de regio leidde tot regeringsopstanden en burgerrevoluties. De Tunesische kusten werden daardoor bovendien minder streng gecontroleerd en er waren meer schippers die zich beschikbaar stelden voor het maken van de oversteek.

Het FTDES, een Tunesische mensenrechtenorganisatie, schat dat tussen de 1500 en 2000 Tunesiërs in 2011 vermist zijn geraakt. Nog steeds heeft het grootste percentage van de door Italië geregistreerde irreguliere migranten de Tunesische nationaliteit.

In 2015 stelde de Tunesische regering een speciale onderzoekscommissie in ‘naar het lot van vermiste migranten’ want de families hebben recht op antwoorden. Het is helaas een stille dood gestorven, volgens een medewerker van FTDES.

‘Alles is anders sinds Ramzi weg is’

Kasraoui kan niet geloven dat haar vermiste zoon overleden is. Op haar telefoon staan schimmige foto’s en filmopnamen gemaakt in een van de Italiaanse detentiecentra. Vaag is een donkere man in rode trui is te herkennen. “Zie je de gelijkenis?”, vraagt ze.

Op de avond van zijn verdwijning, 1 maart 2011, informeert Ramzi het thuisfront via zijn oudste zus. De boot is inmiddels onderweg naar het Italiaanse Lampedusa. “Mijn oudste dochter liep die avond ineens naar buiten om te bellen”, beschrijft moeder Kasraoui. “Pas een paar dagen later vertelde mijn dochter dat het Ramzi was die ze die avond had gesproken. Hij had gebeld om te laten weten dat alles goed was, en als zij hem niet meer konden bereiken, betekende dit dat hij geen bereik meer had omdat ze de Italiaanse wateren waren binnengevaren.”

Moeder Fatma Kasraoui met portret van Ramzi El OuelhaziBeeld: Lotfi El Ghariani
“Ramzi vertrok om mij te helpen in het gezinsonderhoud te voorzien. Hij kon geen werk vinden en vond het moeilijk te zien hoe ik als kostwinner alle mogelijke baantjes moest aangrijpen.” Kasraoui vertelt dat Ramzi altijd hoopte dat zijn oudere broer Houssem naar Europa zou emigreren en dan, eenmaal op orde, zijn jongere broertje zou uitnodigen. Eenmaal in Europa wilde Ramzi ervoor zorgen dat zijn vader een prothese zou krijgen voor het been dat hij dertig jaar geleden bij een bedrijfsongeval verloor.

“Alles is anders sinds Ramzi weg is”, vertelt zijn moeder. “Elke keer als er aan de deur wordt geklopt, zeg ik tegen mijzelf: dat is hem! Ik huil elke dag, ben ook ziek geworden.” Maar, vervolgt ze, plots strijdbaar: “Ik heb van mijn pijn mijn kracht gemaakt en geleerd niet op te geven. De vermissing van Ramzi is een zware beproeving, maar hij is mijn zoon en ik moet doen wat ik kan om hem te vinden.”

‘Ik ben alles kwijt: mijn zoon, mijn reden van bestaan, mijn gezondheid’

Ook de moeder van Mehdi zegt te voelen dat haar zoon nog leeft. “Hij was mijn zoon, vriend en vertrouwenspersoon.” Vlak na zijn vermissing kwamen zijn vrienden haar vertellen dat zij hem op tv in een bus in Italië hadden zien zitten. Hacheni ziet ook een aanwijzing in de ‘zwijgtelefoontjes’ van een onbekend nummer die zij sinds 2011 regelmatig zegt te ontvangen. “Als ik opneem, hoor ik alleen maar ademhalen.” Volgens Hacheni zou een advocaat hebben gezegd dat de boot toentertijd wel degelijk is aangemeerd, aan het Italiaanse eiland Pantelleria.
Wahida Hacheni Beeld: Lotfi El Ghariani
Ze herinnert zich het moment dat hij vertrok alsof het de dag van gisteren was, die avond op de 1e maart van 2011. “Ik was aan het koken”, vertelt Wahida Hacheni – gescheiden moeder van twee zoons. “En ik belde mijn oudste zoon Mehdi zoals altijd, om te zeggen dat het eten klaar was.” Maar Mehdi Foudaili zat niet in zijn stamcafé. ‘Ma’, zei hij: ‘maak je geen zorgen, maar ik ben in Harouaria [een kustplaats in het noorden van Tunesië, 120 kilometer van hoofdstad Tunis en 80 kilometer van Sicilië, red.], en stap zo op een boot die naar Lampedusa vertrekt. Alles komt goed’. “Op dat moment was er niets meer wat ik kon doen”, zegt Hacheni.
Mehdi Foudhaili, zoon van Wahida HacheniBeeld: Lotfi El Ghariani
“Ik ben alles kwijt: mijn zoon, mijn reden van bestaan, mijn gezondheid.” Wahida Hacheni wijst naar de brandwonden en verminkingen in haar gezicht en op haar bovenlichaam. Het zijn de zichtbare gevolgen van een poging zichzelf in brand te steken tijdens een ernstige depressie in 2013. “Ik kom alleen nog buiten voor boodschappen”, gaat ze verder. “Toen mijn jongste zoon Seif zei ook te willen vertrekken, kon ik alleen maar antwoorden: ‘ik zal het je nooit vergeven, maar doe het maar. Ik ben al één zoon kwijt, een tweede verliezen zal geen groot verschil zijn’.”

“Hij vertrok omdat hij zag wat ik als gescheiden moeder moest opofferen om een inkomen te genereren en voelde zich mede verantwoordelijk. En hij wist en voelde dat wij met de nek werden aangekeken. Mehdi is geboren uit een relatie van voor mijn huwelijk en dat werd door mijn conservatieve ouders niet geaccepteerd. Ik snap dat hij de situatie moeilijk kon verdragen.”

Een onmogelijke rouw

De Tunesische migratiesocioloog en oud-politicus Mehdi Mabrouk zegt niets te kunnen zeggen over de lotsbestemming van mensen die emigreren zonder door Europa gelegaliseerde papieren – ook wel ‘irreguliere migranten’ genoemd. “Een deel redt het en weet Europa binnen te komen, zij worden bijvoorbeeld door vrienden of familieleden bij de boot opgewacht. Anderen worden opgepakt door de Italiaanse kustwachten, tijdelijk vastgezet en teruggestuurd. Een derde groep irreguliere migranten verdrinkt, en een vierde categorie, ten slotte, raakt vermist”, aldus Mabrouk.

Niet weten of een persoon in leven is of niet, houdt de hoop in stand om op een dag met een dierbare herenigd te worden. “Die hoop neemt na verloop van tijd af, maar aan de rouw komen zij nooit toe”, vervolgt Mabrouk. ‘Een onmogelijke rouw’ noemt hij het. “Sommige families blijven de dood van hun naasten ontkennen zolang ze geen stoffelijk overschot hebben gezien. Ontkenning hoort bij het rouwproces, maar die kan nu onmogelijk worden afgesloten.”

De strijd is nog niet gestreden

“Het zijn schrijnende verhalen”, zegt Mabrouk. “Er zijn gezinnen die meerdere zonen missen, maar er is geen enkele politieke aandacht voor, gezinnen moeten het verlies in stilte verwerken. De Tunesische overheid zou verantwoordelijkheid moeten nemen en een dialoog tot stand moeten brengen tussen de moeders en de Italiaanse autoriteiten. Sta die ouders bij in het rouwproces.”

Als ze dood zijn, geef ons dan hun lichamen

Om medewerking af te dwingen van nationale en Europese autoriteiten richtten de moeders de organisatie ‘moeders van vermisten’ op (Mères des Disparus). Fatma Kasraoui en de andere mères des disparus leggen zich niet bij de situatie neer. De vrouwen gaan door met hun acties om de Italiaanse en Tunesische autoriteiten zo ver te krijgen hen te helpen bij het terugvinden van hun zoons. “Als ze dood zijn, geef ons dan hun lichamen”, besluit Kasraoui. “Dan kunnen wij gaan rouwen en vrede vinden met hun bestemming”.

Marwa_Touihr

Jonge Tunesiërs zijn het wachten zat

Vluchtelingen helpen is niet crimineel, het is verplicht

  1. Eurostat, het statistisch bureau van de Europese Unie, signaleerde een stijging van 92,5 procent in het aantal aanvragen uit Tunesië, van 76 procent uit Libië en van 50 procent uit Syrië. ↩︎

Ik wil dat OneWorld blijft bestaan

AbonneerDoneer

Verder lezen?

Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?

Word abonnee

  • Digitaal + magazine  —   8,00 / maand
  • Alleen digitaal  —   6,00 / maand
Heb je een waardebon? Klik hier om je code in te vullen

Factuurgegevens

Je bestelling

Product
Aantal
Totaal
Subtotaal in winkelwagen  0,00
Besteltotaal  0,00
  •  0,00 iDit is het bedrag dat automatisch van je rekening wordt afgeschreven.

Lees je bewust met OneWorld en draag bij aan een rechtvaardige wereld.

Dat kan al vanaf 6 euro per maand

Ontvang onze beste verhalen in je mailbox

Volg ons