“Populisme is een begrip dat ontzettend veel wordt gebruikt, maar niet altijd duidelijk gedefinieerd wordt. Ook in de wetenschap is er nog steeds verdeeldheid: of populisme nou een ideologie, een strategie of een politieke stijl is. Maar er bestaat inmiddels overeenstemming dat de tegenstelling van ‘het volk’ en ‘de elite’ tot de absolute kern van het populisme behoort.
“Populisme lijkt op een kameleon die de kleur aanneemt van zijn omgeving
“In tegenstelling tot andere ideologieën is populisme een ‘dunne ideologie’ – dat wil zeggen een ideologie die geen volledige antwoorden kan geven op politieke en maatschappelijke vraagstukken. Populisme wordt dan ook meestal gekoppeld aan andere ideologieën, bijvoorbeeld aan nationalisme – dan hebben wij het over rechts-populisme. Bij socialisme is er sprake van links-populisme. Populisme lijkt dus een beetje op een kameleon die de kleur aanneemt van de omgeving waarin hij zich bevindt.
Dat populisme veel verschillende verschijningsvormen heeft, zorgt voor verwarring. Politici die als ‘populistisch’ omschreven worden, hebben vaak op het eerste oog niet veel met elkaar gemeen. We gebruiken de term bijvoorbeeld voor rechtse politici zoals Geert Wilders of Marine Le Pen, die zich voor een streng migratiebeleid inzetten, maar we gebruiken de term ook voor linkse partijen zoals het Spaanse Podemos, dat zich juist voor een migrantenstemrecht inzet. Ondanks deze fundamentele verschillen worden beiden als populistisch omschreven, omdat ze zich inzetten voor het ‘gewone volk’, dat volgens hen wordt genegeerd en uitgebuit door een ‘corrupte elite’.”
“Populisme heeft geen goede reputatie, maar is het altijd slecht voor de democratie?
“Populisme kan ook een verrijking voor de democratie zijn
“Over het algemeen manifesteert populisme zich vaak door een uitgesproken afwijzing van politieke correctheid. Voor populisten is geen enkel onderwerp taboe. Hoewel er in Europa niet-rechtse populistische bewegingen bestaan die populisme met een vorm van socialisme combineren – denk bijvoorbeeld aan SYRIZA in Griekenland of Podemos in Spanje – hebben we in Europa voornamelijk te maken met radicaal rechts-populistische partijen.
Deze partijen zijn in de eerste plaats nationalistisch. Omdat er in theorie ook liberale stromingen van nationalisme bestaan, gebruiken veel politicologen liever de Amerikaanse term ‘nativism‘. ‘Nativism’ is een vorm van nationalisme die stelt dat staten exclusief moeten worden bewoond door mensen die ook deel uitmaken van ‘de natie’, omdat niet-inheemse mensen en ideeën een bedreiging vormen. Daarom manifesteert rechts-populisme zich vaak in xenofobe uitspraken en anti-immigratiepolitiek.
Tegenwoordig bedienen ook vertegenwoordigers van de gevestigde politieke orde zich geregeld van populistische uitspraken. Of politici populistisch zijn, is daarom meestal geen kwestie van ‘wel of niet’, maar eerder van ‘meer of minder’.”
“Mijn onderzoek is gemotiveerd door exact deze puzzel en in mijn proefschrift stel ik deze vraag in het bijzonder over de Benelux. Hoe komt het dat rechts-populistische partijen meer succes lijken te hebben in Nederland en Vlaanderen dan in Luxemburg en Wallonië? Wallonië is een bijzonder fascinerend geval omdat deze regio eigenlijk een perfecte ‘voedingsbodem’ heeft voor rechts-populistische partijen. Maar om het succes van rechts-populistische partijen te verklaren moet je niet alleen naar de vraagzijde kijken (‘Waarom worden kiezers aangetrokken door rechts-populistische partijen?’) maar ook naar de aanbodzijde (‘Is er wel een partij die de vraag ook in stemmen kan vertalen?’).
“Gevestigde partijen kunnen fungeren als een soort buffer tegen populisme
In Wallonië is het partijlandschap minder versplinterd. Vooral de sociaaldemocraten doen het nog steeds goed. In tegenstelling tot de sociaaldemocratische partijen in vele andere Europese landen, is de Waalse Parti Socialiste namelijk niet naar het midden geschoven. De partij heeft daardoor, anders dan veel vergelijkbare partijen in Europa, de kern van haar kiezers niet verloren. Gevestigde partijen die erin slagen om de zorgen van hun kiezerskern aan te pakken, kunnen fungeren als een soort buffer tegen populisme. Over het algemeen denk ik daarom dat gevestigde partijen, en met name sociaaldemocratische partijen, niet als slachtoffer van de opkomst van radicaal-rechts moeten beschouwd worden, maar ook als een van de oorzaken moeten worden gezien.”
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand