Wiens naam het volgende kabinet draagt, blijft nog even een raadsel, maar met een nieuwe ronde inhoudelijke gesprekken, komt een kabinet met de radicaal-rechtse PVV met de dag dichterbij. Voorbeelden uit de Nederlandse geschiedenis en het buitenland laten zien: als een radicaal-rechtse partij eenmaal aan de macht is, kan dat gevolgen hebben voor de democratie die zich niet eenvoudig laten omkeren.
Hoe uitzonderlijk ook, een PVV-kabinet is geen radicaal-rechtse primeur in Nederland. Ruim twintig jaar geleden kwam voor het eerst een radicaal-rechtse Nederlandse partij in het kabinet: Lijst Pim Fortuyn (LPF) nam deel aan het kabinet Balkenende I (2002-2003). De deelname was weliswaar van korte duur (het kabinet viel al binnen een jaar), het zette volgens veel politicologen wél een ‘politieke aardverschuiving’ in beweging.
Verschil radicaal en exteemrechts
Een politieke partij is ‘uiterst rechts’ wanneer die verschil maakt tussen een ‘inheemse’ bevolking en een ‘buitenstaander’. Daaronder vallen radicaal- en extreemrechts. De eerste handelt binnen de democratie, maar wijst elementen af zoals minderheidsrechten en de rechtstaat. De PVV valt hieronder. De tweede stroming is antidemocratisch en pleit vóór het gebruik van geweld. Steeds vaker classificeren politicologen en media FvD als extreemrechts. Bijvoorbeeld, FvD-kamerlid Gideon van Meijeren wordt vervolgd door het Openbaar Ministerie, wegens oproepen tot geweld tegen de overheid.
Tot begin jaren 2000 was het politieke systeem in Nederland best ‘gematigd’, vertelt Sarah de Lange, hoogleraar politiek pluralisme aan de Universiteit van Amsterdam. “Politiek werd ‘vanuit het midden’ bedreven. Dat betekent dat middenpartijen een sleutelrol spelen”, zegt ze. “Dat zie je terug in het coalitieakkoord, waarin veel compromissen in staan. Daarnaast bewegen partijen ook naar het midden, omdat ze mee willen regeren.”
Met de razendsnelle opkomst en korte coalitiedeelname van de LPF veranderde dat, volgens De Lange: de politiek verschuift sindsdien naar een ‘gepolariseerd systeem’. “Partijen op de flanken begonnen zich tegen het midden af te zetten.” Dat midden noemden ze ‘het systeem’ of, zoals PVV-voorman Geert Wilders zegt: ‘de linkse elite’. Tegenover een zogenaamde elite staan de flankpartijen, zoals FvD aan de rechterzijde en de SP links, die zich presenteren als vertegenwoordiger van ‘de gewone man’.
Aanval op rechters en de media
Door zich af te zetten tegen ‘de elite’ winnen radicaal-rechtse partijen zetels, waarna ze op zoek moeten naar een nieuw verhaal. De Lange: “Zodra radicaal-rechtse partijen gaan regeren, kunnen ze de gevestigde partijen niet meer de schuld geven, daar regeren ze immers mee. Ze richten hun vizier dan op andere ónderdelen van diezelfde elite. Meestal kiezen ze instituties waar ze geen tot weinig controle over hebben. Ze noemen rechtbanken ‘linkse bolwerken met D66-rechters’. En de media zijn te ‘woke’.”
Wat is het gevaar als een regerende partij de aanval op rechters opent? Niels Graaf, universitair docent constitutioneel recht aan de Universiteit van Amsterdam, kijkt daarvoor over de grens, naar Polen. “De vorige radicaal-rechtse regering verlaagde de maximumleeftijd van rechters, waardoor die eerder met pensioen moesten”, vertelt hij, “Vervolgens vulde ze het hooggerechtshof met ‘partijloyalisten’. Daardoor bezit de rechtspraak minder kritisch vermogen, onder andere richting de politiek.”
Ook in Nederland kunnen politici invloed uitoefenen op het benoemingsproces van rechters, laat een rapport van de Europese Commissie zien. “Volgens de Grondwet zou de benoeming van rechters via voordracht in de Tweede Kamer moeten gaan, maar de praktijk is anders”, legt Graaf uit. “De Hoge Raad draagt zelf potentiële rechters aan, die door de Tweede Kamer worden geaccepteerd, een informele afspraak dus.” Voor bemoeienis is geen ingewikkelde grondwetswijziging nodig (zie kader verderop).
De PVV mengde zich al eens in een rechterlijk benoemingsproces, weet Graaf. Hij wijst op de benoeming van een nieuwe Hoge Raadsheer in 2011, toen onder druk van de PVV kandidaat Diederik Aben van de aanbevelingslijst werd gehaald. Tijdens de rechtszaak tegen Wilders over zijn ‘minder Marokkanen’-uitspraak, liet Wilders de dienstdoende rechter verwisselen, hij beschuldigde hem van partijdigheid. Aben bekritiseerde dat besluit en dat kwam hem naderhand duur te staan.
De Grondwet laat zich niet zomaar wijzigen
Voor het wijzigen van de Grondwet moet twee keer, tijdens twee verschillende parlementaire termijnen, worden gestemd. De eerste keer moet een meerderheid van de Eerste als de Tweede Kamer het voorstel aannemen. Pas als beide Kamers opnieuw zijn verkozen, kan er nogmaals worden gestemd, en moet in beide Kamers zelfs een tweederdemeerderheid voor het voorstel stemmen.
Ook ‘de media’ moeten er bij radicaal-rechts aan geloven. In het partijprogramma is de PVV duidelijk over de publieke omroep: compleet wegbezuinigen. Want de NPO zou ‘in plaats van eerlijke informatie en ontspanning’ vooral bezig zijn met propaganda. “Wie minder financiering krijgt, kan ook minder journalisten inhuren”, licht de Lange toe. Daarmee zorg je er volgens haar voor dat de journalistiek minder in staat is de macht te controleren.
Verdragen opzeggen
Naast rechters en de media richt de PVV haar pijlen ook op Europa. De Lange: “Europa maakt het volgens de PVV onmogelijk om zelfstandig beslissingen te nemen.” In haar partijprogramma pleit de PVV voor een uitzonderingsregeling voor EU-regelgeving rondom asiel en migratie, zodat Nederland zich niet aan Europese afspraken hoeft te houden. Dan zou Nederland ‘illegale’ mensen kunnen vastzetten en deporteren, zoals ook in het partijprogramma staat. Of een complete asielstop invoeren en de verblijfsstatus van een statushouder afpakken als die ‘op vakantie’ gaat naar het land van herkomst.
Om de handen nog meer vrij te hebben stemde de PVV voor het terugtrekken van Nederland uit het VN-vluchtelingenverdrag, waarin staat dat landen geen vluchtelingen terug mogen sturen naar gevaarlijke landen. Welke landen dat zijn, bepaalt Nederland zelf, maar wel aan de hand van internationale criteria en verdragen. De Lange wijst erop dat Nederland aan meer dan zesduizend internationale verdragen is gebonden. “Die weerhouden hem ervan om mensenrechten te schenden.”
Dat een radicaal-rechtse partij pleit voor het schenden van mensenrechten, komt volgens De Lange voort uit het idee dat ‘het volk’ een homogene groep zou zijn. “Mensenrechten beschermen minderheden, en radicaal-rechts zet zich daar juist tegen af.” Wie de PVV bedoelt met ‘het volk’, wordt duidelijk uit het partijprogramma, waarin de partij stelt dat autochtone Nederlanders niet worden beschermd. ‘Zij worden achtergesteld en gediscrimineerd.’ De PVV is al jaren bezig de definitie van ‘allochtoon’ op te rekken: in 2011 pleitte de partij er al voor dat ook de kinderen van de tweede generatie mensen met een migratieachtergrond (de derde generatie dus) juridisch het stempel ‘allochtoon’ zouden moeten krijgen.
Een systeemverandering die zich moeilijk laat omkeren, is het centreren van de macht, waar radicaal-rechtse partijen om bekendstaan. In Nederland wordt de Tweede Kamer gecontroleerd door de Eerste Kamer, maar de PVV pleit voor het afschaffen van de Eerste Kamer. Grote veranderingen, zoals het discriminatieverbod uit Grondwet halen, wat Wilders ooit voorstelde, zouden dan eenvoudiger doorgevoerd kunnen worden.
Eerste Kamer afschaffen
Maar volgens De Lange ligt het niet voor de hand dat dat gebeurt. Anders dan voor de benoeming van een rechter, zou voor het afschaffen van de Eerste Kamer namelijk wél een grondwetswijziging nodig zijn (zie kader hierboven), met op verschillende momenten verschillende Kamermeerderheden, en dat ziet De Lange niet snel slagen. “In Nederland zit radicaal-rechts in een coalitie, in tegenstelling tot Hongarije waar radicaal-rechts alleen regeert, waardoor het hier moeilijker is die meerderheden te halen.”
Zo lastig als het afschaffen van de Eerste Kamer is, zo moeilijk zou het óók zijn om die opnieuw te installeren, zegt Graaf. “Dat zou wederom met een grondwetswijzing moeten.” Maar hij onderschrijft De Langes kanttekening, en ziet andere rechtse partijen – zoals de VVD – zo’n voorstel niet snel aan een meerderheid helpen. NSC ziet hij er wél voor aan de Eerste Kamer weg te stemmen, maar alleen in ruil voor een constitutioneel hof, waar geen politici maar rechters in zouden zitten. “En dat is juist positief, want waar de Eerste Kamer extreem gepolitiseerd is, zou een constitutioneel hof voor een onafhankelijke check kunnen zorgen.”
Graaf maakt zich meer zorgen om juridische ‘geitenpaadjes’, zoals de verlaging van de pensioenleeftijd van rechters in Polen en Hongarije. “Onafhankelijke rechters konden zo makkelijk ingeruild worden voor overheidsgezinde rechters.” Een andere truc van de Hongaarse premier Orbán uit 2012: het wijzigen van de kieswet. Hongaren moesten zich van tevoren registreren om te stemmen. Dat komt zittende partijen goed uit, want zwevende kiezers besluiten vaak pas op het allerlaatste moment om op een oppositiepartij te stemmen. En dat gaat niet als zij zich niet hebben geregistreerd. De wet werd niet veel later ‘onconstitutioneel’ verklaard door de rechtbank. Een nog extremer voorbeeld ziet Sarah de Lange in Italië, al gaat het daar vooralsnog alleen om een voorstel van de radicaal-rechtse premier Meloni: zij stelt voor dat de grootste partij automatisch 55 procent van de zetels krijgt, ook al kreeg die partij geen meerderheid van de stemmen.
Dit zijn allemaal gevolgen van regeringsdeelname van een radicaal-rechtse partij, maar ook zonder deelname aan een kabinet kan een radicaal-rechtse partij zijn stempel op de politiek drukken: namelijk bij ándere partijen. ‘Gematigdere’ partijen zien zich namelijk genoodzaakt op te schuiven naar de flanken, om geen kiezers kwijt te raken. En ze wijzen andere gematigdere partijen af. Zoals VVD-leider Dilan Yeşilgöz die op voorhand weigerde met Frans Timmermans om de formatietafel te gaan. Een ander voorbeeld van een onderwerp waarop de VVD naar rechts schoof? “In de verkiezingstijd gaf de VVD de schuld van de huizencrisis aan vluchtelingen”, zegt De Lange. “Dat zou de VVD vijf jaar geleden nooit hebben gedaan.”
Verder lezen?
Rechtvaardige journalistiek verdient een rechtvaardige prijs.
Maak jij OneWorld mogelijk?
Word abonnee
- Digitaal + magazine — € 8,00 / maand
- Alleen digitaal — € 6,00 / maand