Zo’n vijftig fanatieke tegenstanders van het vrijhandelsverdrag TTIP verzamelden zich afgelopen zaterdag in de stromende regen bij de Beurs van Berlage in Amsterdam om hun onvrede over het verdrag te uiten. Ze luisterden onder andere naar politici van de SP, GroenLinks en de Piratenpartij. En naar hoogleraar en TTIP-antagonist Ewald Engelen, die van onder een paraplu het publiek toesprak over de vele gevaren van het verdrag. In een notendop: het verdrag dient de belangen van de grote multinationals, niet de burger, en tast onze democratie aan.
Waar in andere Europese steden als Londen, Frankfurt en Wenen duizenden mensen op de demonstraties afkwamen, bleef het in Amsterdam beperkt tot een handjevol demonstranten. De regen zal er iets mee te maken gehad hebben, net als de Nederlandse weerzin om überhaupt de straat op te gaan voor een ieders idealen. Maar misschien speelt er nog wat anders: TTIP leeft niet in Nederland. En dat heeft te maken met de neoliberale tendens van de Nederlandse politiek en media, schreef Joris Luyendijk op Twitter. Engelen is het daar hartgrondig mee eens. In zijn column in de Groene Amsterdammer van deze week schrijft hij: “Luyendijk heeft gelijk: in Nederland reikt de Tea Party met zijn nadruk op marktwerking en begrotingsconsolidatie van de PVV aan de rechterkant tot de PvdA in het midden.” Engelen gaat verder door de rechtse politiek te verbinden aan de volgzame houding van de journalistiek, die hij kenmerkt als “een slippendragerige vereenzelviging van de kant van wat ooit de ‘vierde macht’ heette met gezagsdragers, hotemetoten, bobo’s en ‘the great and good’ van de financiële wereld.” De journalistiek is volgens Engelen laf en lui.
In Nederland reikt de Tea Party met zijn nadruk op marktwerking en begrotingsconsolidatie van de PVV aan de rechterkant tot de PvdA in het midden
Matthijs Pontier, lijsttrekker van de Piratenpartij in Europa en spreker afgelopen zaterdag (pdf), gaat niet zover, maar constateert wel een gebrek aan berichtgeving over TTIP in de mainstream media. “Ik snap het wel, want het is een nogal ingewikkeld onderwerp, maar het gevolg is dat mensen over een onderwerp dat gigantische implicaties voor ons allemaal heeft, niets weten”, zegt hij. Ook Pontier is, net als Engelen, teleurgesteld in de politieke belangstelling voor het vrijhandelsverdrag. “Met name D66 is te stil. Veel van wat in ACTA stond (een handelsverdrag over intellectueel eigendom dat Nederland niet heeft ondertekend, red.) staat nu ook in TTIP. Toen was D66 fel tegenstander, maar nu zijn ze veel minder kritisch”, zegt Pontier. “En van de PvdA is nog totaal onduidelijk wat ze vinden. Het lijkt wel alsof ze er nog niet helemaal uit zijn.”
Dat stoort Engelen ook. De PvdA is volgens hem de eerste die iets moet doen om het onderwerp in Nederland hoger op de agenda te krijgen, maar is op dit moment in Engelens woorden “one big sell out”. “Ik vind het verbijsterend dat minister Ploumen zo’n voorstander van het verdrag is. Haar Duitse collega van de SPD Sigmar Gabriel is helemaal niet zo happig op deze verdragen”, zegt hij. “Ook in Engeland en Frankrijk zijn de sociaal-democraten er veel kritischer op. Wat is er gebeurd met de internationale sociale beweging?”