In een ver verleden was Prudence Mbewu, verhalenverstelster en kleuterjuf te Johannesburg, Zuid-Afrika, mijn kinderoppas. En zoals elk Nederlands gezin, van Ontario, Melbourne en Nairobi tot Schin op Geul, vierden wij Sinterklaas. “Dat is een oude rijke blanke man die ons cadeautjes komt brengen”, had ik Prudence uitgelegd. Ik had erbij verteld dat die oude rijkaard ook zwarte bedienden had, Zwarte Pieten geheten. Dat vond Prudence helemaal niet gek. Een rijke blanke met zwarte knechten paste volledig in haar wereldbeeld. Als-ie ze maar niet onderbetaalde, of tegen ze schreeuwde, vond ze. Dat deed-ie niet, zei ik. En voegde daar direct aan toe dat we natuurlijk aan de goede kant zouden staan als het ooit tot een arbeidsconflict zou komen.
Uitspraak Raad van State
De rechtbank van Amsterdam oordeelde eerder dit jaar dat de gemeente Amsterdam de vergunning-verlening van de Sinterklaastocht over moet doen, omdat de figuur van Zwarte Piet discriminerend zou zijn. De Raad van State vernietigde vandaag de uitspraak van de rechtbank en gaf tevens geen inhoudelijk oordeel over het mogelijk discriminerende karakter van Zwarte Piet.
Als iemand een oordeel wil krijgen over Zwarte Piet, moet hij of zij naar de burgerlijke rechter of de strafrechter, aldus de Raad van State.
Ik zag haar toen even twijfelen. Mee demonstreren met de onderdrukten was natuurlijk een goede zaak, maar hoe zou dat dan aflopen met die cadeautjes?
Dat van die cadeautjes vond ze vooral interessant omdat, had ik haar verteld, zij en haar kinderen die vast ook wel zouden krijgen. Sinterklaas was nu eenmaal erg vrijgevig als het om Nederlandse gezinnen ging. Dat vond ze jofel van de oude baas en ze zong ‘s avonds bij de verzamelde schoenen van harte met ons mee. Dat je voor ‘m moest zingen kwam haar overigens ook als tamelijk normaal voor. Van blanken moest je immers altijd zoveel. Ze vond het best, als er dan vervolgens maar een aardig en vooral niet al te bescheiden kadootje tegenover stond.
Logisch dat zwarte ondergeschikten meehelpen
Pas toen ze op vijf december ‘s avonds vroeg of we de deur maar niet open zouden laten, want we dachten toch niet echt dat die Pieten erin zouden slagen om de cadeaus vanaf het dak naar binnen te gooien, drong het tot me door dat Prudence in Sinterklaas geloofde. Zo logisch was het voor haar dat blanken hun mede-blanken met cadeaus overstelpten, en dat zij daarbij voor wat het harde werk betreft natuurlijk bijgestaan werden door zwarte ondergeschikten, dat ze mijn mededelingen hierover letterlijk had genomen.
De bisschop van Myra was, net als Jezus, vast van zichzelf ook al bruin
Prudence weet inmiddels beter en doet naar hartelust mee met het Sinterklaasfeest. Ze heeft het zelfs in haar geboortedorp Cala in de Oostkaap geintroduceerd. Vooral het elkaar op het nummer zetten door middel van plagerige gedichtjes heeft in Cala al, zo hoor ik, op menig Sinterklaasavondje tot grote hilariteit geleid. Met die Pieten zitten ze verder niet zo in het dorp, maar ik geef eenieder op een briefje dat, als Sinterklaas eenmaal zonder knechten zou komen te zitten, er wel bezorgdheid zou ontstaan over de coherentie van het Sint-verhaal. Hoe kan zo’n oude baas nu zonder helpers?
‘Geen mens is oranje’
Kleurenpieten vond Prudence, toen ik haar de Nederlandse discussie voorlegde, een stom idee. “Geen mens is toch oranje?” vroeg ze. En daar had ze een punt. Ook het kind in Gouda dat op YouTube in huilen uitbarstte vanwege de gele Kaaspiet, had men niet kunnen wijsmaken dat dit nu een leuke kleur was voor een Piet. En die roetvegen vond Prudence maar een vieze indruk maken. “Egaal bruin is iets anders dan met vieze vlekken”, vond ze. Om vervolgens DE vraag te stellen. “Waarom kan een zwarte eigenlijk geen Sinterklaas zijn?”
Daar had ze dus alweer een punt, en niet zo’n klein punt ook. Ja, waarom maken we Sinterklaas niet zwart? Dan kan zo’n onderdrukte Piet ook eens in aanmerking komen voor die baan. De bisschop van Myra was, net als Jezus, vast van zichzelf ook al bruin. “Sint Nicolaas komt toch oorspronkelijk uit Turkije”, vroeg ik aan mijn moeder, de historica Mirjam Hommes, die een speciale studie heeft gemaakt van Sinterklaas. “Ja”, zei zij, “maar dat was wel in de vijfde eeuw, nog voordat Turkije bestond. Dat gebied was toen het door de Romeinen beheerste Byzantijnse rijk. Myra lag in het zuiden daarvan en daar was Nicolaas inderdaad de bisschop. De Pieten zijn overigens ook Byzantijns. Die pofbroeken en baretten van ze waren het uniform van de Byzantijnse pages die het escorte vormden van alle belangrijke mannen daar.”
Een korte scan van ethniciteiten in het vijfde-eeuwse Byzantijnse rijk laat zien dat men daar erg divers was. De pages waren meestal van Moorse afkomst, dus nogal bruin, maar vele belangrijke mannen waren dat ook.
Black empowerment
En misschien is dat dus wel de oplossing. Waarom niet iedereen, inclusief bruine en zwarte gegadigden, uitnodigen voor de rollen van zowel Klaas als Piet? (Je zou op den duur zelfs kunnen denken aan dames-Pieten en dames-Klazen, analoog aan wat reeds in de jaren zeventig van de vorige eeuw als heel gewoon werd voorgesteld in de stripboeken van de Familie Doorzon.) Het was de oplossing die we vijftien jaar geleden al bedachten in Johannesburg: zwarte klassenstrijd en black empowerment, met zowel de bisschops- als de helpers-vacature in een goed gereguleerde arbeidsomgeving, open en bereikbaar voor iedereen die van kinderen houdt.
Noorse mythologieMijn moeder de historica vult daarbij nog aan dat het beeld van de machtige man op het dak oorspronkelijk uit de Noorse mythologie komt. “Het Noorse geloof wilde dat de Oppergod Wodan zijn donder liet rollen over de daken. Zij verbeeldden dat als een god in mensenvorm die op een paard, Sleipnir geheten, over het dak reed. Wodan had ook zwarte raven, die demonen personifieerden, op zijn schouder. Het was dit beeld dat door Noormannen die in het Byzantijnse rijk handel dreven geprojecteerd werd op hun grote weldoener en beschermheer daar ter plekke: Nicolaas, Bisschop van Myra. Zo werd Wodan-op Sleipnir-op-het-dak-in-de-winter tot een bisschop die op zijn schimmel over de daken rijdt. Deze versie werd bij de kerstening van Scandinavië vervolgens ingevoerd ter vervanging van de Wodan-aanbidding. Pas in de 19e eeuw kwamen de Pieten – de originele raven – erbij, nu verbeeld als Byzantijnse pages. Het knechtenverhaal kwam daar toen ook bij.”