“Ik zal nog eens president worden van Zuidelijk Zuid-Sudan.” Aan het woord is een vrolijke Peter Julius Moi, tijdens een slopende autorit van Zuid-Sudan naar Oeganda. Het is november 2013 en omdat de normale route naar Uganda wegens overstromingen onbegaanbaar is, maken we een omweg van 12 uur over onverharde weg. Een maand later zou de oorlog uitbreken die tot op de dag van vandaag voortwoekert en alle hoop over het jongste land ter wereld allang heeft doen vervliegen.
Peter Moi, destijds rond de 25, was iemand die je hoop gaf. Als jongetje was hij zoals bijna al zijn landgenoten uit de grensstreek naar Uganda gevlucht, waar hij in een vluchtelingenkamp zijn onderwijs genoot. Toen de oorlog, die tussen zuidelijke opstandelingen en de regering in Khartoum van het toen nog ongedeelde Sudan, in 2005 ten einde kwam keerde Peter terug. Hij ging aan de slag als journalist bij The Citizen en kwam later in dienst bij The New Nation, een krant die in 2010 werd opgericht door de Vlaamse journaliste Els de Temmerman, en gefinancierd werd door de Belgische regering.
Hij had een rijk sociaal leven en crosste op zijn brommer heel Juba door. Ondanks mijn waarschuwingen consequent zonder helm
Moi was de motor van de New Nation toen ik daar begin 2013 als trainer/eindredacteur kwam werken. Hij leverde verreweg de meeste artikelen en was de enige die de gebeurtenissen op de levensgevaarlijke grens tussen Sudan en Zuid-Sudan durfde te verslaan. Bovendien was Peter bijzonder prettig gezelschap, iemand die altijd lachte en vrolijk bleef. Hij had een rijk sociaal leven en crosste op zijn brommer heel Juba door. Ondanks mijn herhaaldelijke waarschuwingen consequent zonder helm.
Dat werd hem bijna fataal. Ik zal nooit vergeten hoe hij eruit zag toen we hem in een privé-kliniek in Juba bezochten. Hij was niet in staat om te praten, zijn ogen zaten dicht. Na het ongeluk waren zijn artikelen wat warriger dan er voor, en ik heb een vermoeden van hersenletsel. Later, toen hij lichamelijk weer hersteld was, bezochten we samen een ziekenhuis in Uganda. Maar iets aan de hersenen herstellen bleek er niet mogelijk.
Zuidelijk Zuid-Sudan, het was een interessante gedachte van Peter. Ook al konden we toen nog niet weten dat een maand later het land de afgrond ingetrokken zou worden door een stammenstrijd tussen de noordelijke Dinka en Nuer-volkeren, ook toen al leefde de brede gedachte dat de ‘trouble makers’ toch vooral uit het noorden kwamen. De drie zuidelijke staten van Zuid-Sudan, historisch aangeduid als Equatoria, worden bevolkt door etnische groepen die meer gemeen hebben met Ugandezen dan met de Dinka en Nuer uit het noorden. Veel zuiderlingen zouden zich het liefst afscheiden en ook nu, tijdens de oorlog, gaat het leven in Equatoria relatief normaal door terwijl de gevechten plaats vinden rondom de olievelden die helemaal in het noorden liggen, nabij de grens met Sudan en Ethiopië.
Over de moord op Peter Moi is nog veel onduidelijk. De New Nation is op 3 juli dit jaar voor het laatst uit gekomen, omdat het ‘project’ na vijf jaar was afgelopen. Het plan was dat de krant verkocht zou worden, maar het bleek een mission impossible om een koper te vinden voor een krant in een land in oorlog. Peter werkte sinds het einde van de New Nation voor The Corporate, een zakelijk blad.
Afgelopen zondag, voordat Zuid-Sudan’s president Salva Kiir naar Addis Abeba vloog voor vredesoverleg, waarschuwde hij journalisten. “Persvrijheid betekent niet dat je tegen de belangen van je land kan werken”, zei hij. “Als iemand van jullie niet weet dat dit land mensen heeft vermoord, dan zullen we jullie dat wel eens laten zien,” sprak hij op het vliegveld van Juba.
Een ‘gewone’ overval is het in ieder geval niet geweest – zijn bezittingen zijn niet gestolen
Of Peter het eerste slachtoffer van deze uitspraak is valt nog niet onomstotelijk te bewijzen. Beschonken soldaten of andere veiligheidsdiensten die bij checkpoints of patrouilles snel naar het wapen grijpen kunnen ook dodelijke schietpartijen veroorzaken, terwijl ook onder burgers bijzonder veel wapens in omloop zijn. Een ‘gewone’ overval is het in ieder geval niet geweest – zijn bezittingen zijn niet gestolen. In een land waar de president zomaar journalisten vogelvrij kan verklaren is het niet ondenkbaar dat we de hele waarheid nooit te weten zullen komen.
Na zijn uitspraken vloog Kiir naar Addis en krabbelde zijn initialen op een concept-vredesakkoord, waardoor velen in de zaal dachten en berichtten dat er een vredesakkoord was. Later zij hij nadrukkelijk geen handtekening gezet te hebben onder dit ‘akkoord’ met rebellenleider Riek Macher, en nog dezelfde avond verhevigden de gevechten. De oorlog gaat, ook na 20 maanden, nog altijd verder.
Peter Julius Moi kan er niet meer over berichten en president van Zuidelijk Zuid-Sudan zal hij nooit worden. Rust in vrede, Peter.