Overgangsregeling voor oldtimers tot 40 jaar
Voor 2014 kregen oldtimers vanaf 25 jaar, gerekend vanaf eerste toelating, vrijstelling van de wegenbelasting (motorrijtuigenbelasting) met de oldtimerregeling. In 2014 wijzigde deze grens in de oldtimerregeling naar 40 jaar. Een groot verschil, waardoor veel oldtimers opeens geen vrijstelling meer zouden krijgen. Daarom werd de overgangsregeling in het leven geroepen. Waardoor er voor deze jongere oldtimers die op benzine rijden, niet bedrijfsmatig worden gebruikt en tussen 1 januari 1978 en 1 januari 1988 in gebruik zijn genomen, minder wegenbelasting betaald hoeft te worden. De overgangsregeling bestaat tot 2028. Op dat moment hebben alle oldtimers met de eerste toelating in 1987 de 40 jaar bereikt.
Kwarttarief wegenbelasting
Dankzij de overgangsregeling wordt er voor deze oldtimers slechts een kwart wegenbelasting betaald. Met een maximum van € 125,- aan wegenbelasting op jaarbasis in 2019. De eigenaar moet de wagen zelf aanmelden bij de Belastingdienst om de overgangsregeling te kunnen gebruiken. De regeling gaat na de aanvraag in op 1 januari. Voor die tijd moeten het verzoek en de betaling zijn gedaan. Tijdige betaling is nodig, anders moet alsnog de volledige wegenbelasting worden betaald. Eenmaal aangemeld hoeft de regeling niet jaarlijks aangevraagd te worden. Het volgende jaar volgt in november automatisch een rekening voor het kwarttarief aan wegenbelasting voor het aankomende jaar.
Miljoenen euro’s verschil voor drie maanden niet rijden
De wegenbelasting die betaald wordt, hangt af van de gewichtsklasse van de auto, het soort voertuig, de brandstof waarop de wagen rijdt en de provincie waarin de autobezitter woont. Voor oldtimers met de overgangsregeling wordt een kwarttarief aan wegenbelasting betaald. Met een maximum van € 125,-. Hoe hoger het gewicht van de oldtimer, hoe hoger de besparing. Voor een benzinepersonenauto uit Noord-Holland in de gewichtsklasse 851 t/m 950, de meestvoorkomende klasse volgens cijfers van het CBS, wordt op jaarbasis € 73,- betaald in plaats van de volledige € 292,-; een besparing van € 219,-. In de gewichtsklasse 2451 t/m 2550 is de jaarbesparing € 1.543,-. Wordt de overgangsregeling voor alle 78.636 oldtimers daadwerkelijk ingezet, dan komt de besparing op basis van de verdeling in gewichtsklasse zoals deze is* uit op 38,67 miljoen euro in 2019.
* Verdeling in gewichtsklasse personenauto’s op benzine met bouwjaar 1978 tot en met 1987 die in 2019 in Nederland zijn, is tot stand gekomen op basis van cijfers van het CBS. Hierbij was het totaalaantal in bouwjaren en gewichtsklassen van benzineauto’s alleen beschikbaar in combinatie met brandstoffen diesel, LPG, CNG, elektrisch en overig/onbekend. Waarvan benzineauto’s het overgrote deel vertegenwoordigen met 78.636, van het totaal van 97.810 oldtimers. De verdeling van het totale aantal is doorberekend naar percentages van enkel de oldtimers op benzine. Het aantal oldtimers is gebaseerd op bouwjaar. Door rekenen met bouwjaren i.p.v. moment eerste toelating en omrekenen van verhouding in percentages van het totaal naar enkel benzine, zouden de daadwerkelijke cijfers wat kunnen afwijken.
Nog meer voordelen overgangsregeling met schorsen en opschorten
Als een oldtimer in de maanden december, januari en februari de weg niet op mag, kan ervoor worden gekozen het kenteken te schorsen. Dit is niet verplicht en gebeurt ook niet automatisch. Zonder schorsing staat het kenteken als actief in het systeem van de RDW. Dat betekent dat de oldtimer ook in de periode dat deze de weg niet op mag, over een geldige apk en minimale WA-verzekering moet beschikken. Wordt het kenteken wel geschorst, dan kan de autoverzekering worden opgeschort. Als de autoverzekering is opgeschort, geldt er geen apk-plicht en hoeft er geen autopremie betaald te worden. Bij oldtimerverzekeringen is dit opschorten, door de vaak al lage premies, meestal niet mogelijk. Aan een schorsing zijn kosten verbonden. Voor een oldtimer geldt het laagtarief van € 24,10. Als een schorsing wordt opgezegd, moeten er direct weer een actieve autoverzekering en geldige apk zijn voor de oldtimer. Zonder kan namelijk een boete volgen. Voor het niet hebben van een geldige apk ligt dat bedrag in 2019 op € 140,-. En voor het niet hebben van een verzekeringsbewijs op € 600,-. Iets om goed op te letten, anders verdwijnt het kostenvoordeel dat de overgangsregeling biedt als sneeuw voor de zon.