Van spotgoedkope kleikoelkasten tot eetbare lepels. Frugal (spaarzame, sobere) innovaties zijn even handig en eff ectief als huis-tuin-en-keukenapparaten, maar zijn goedkoper, simpeler en ontsproten uit het brein van de gebruikers ter plekke. Kern van de fi losofi e: voor elk probleem ligt de oplossing op de plaats zelf. In het kader van het hoogleraarschap van de Prins Claus Leerstoel bevindt Saradindu Bhaduri’s werkplaats zich tussen 2015 en 2017 een aantal weken per jaar in het Institute of Social Studies (ISS) in Den Haag. Daar maakt hij, tussen alle besprekingen door, even tijd vrij voor OneWorld. “Ook dat zit in het takenpakket van de Leerstoel.”
Een frugal innovatie is een beetje een vage term. Kunt u uitleggen wat het precies is? “Er bestaat niet één definitie. Het is meer een concept, een manier van denken. Een ‘normale’ innovatie is gericht op massaproductie geschikt voor miljoenen consumenten wereldwijd. Daar horen de allerarmsten meestal niet bij. Voor hen zijn producten vaak te duur, te geavanceerd voor de aanwezige technieken of ze zijn niet eens verkrijgbaar. Frugal innovaties richten zich juist op deze markt. Simpele oplossingen voor inwoners van ontwikkelingslanden en opkomende economieën, gericht op omstandigheden en problemen in hun eigen regio. Armen zijn vaak rijk aan ideeën, maar hebben de middelen niet om het groot te maken.
Wie is professor BhaduriSaradindu Bhaduri (1973) is als onderzoeker en docent verbonden aan het Centre for Studies in Science Policy aan de Jawaharlal Nehru University in New Delhi, India. Vorig jaar werd hij benoemd tot hoogleraar op de Prins Claus Leerstoel, een wisselleerstoel op het gebied van ontwikkelingsvraagstukken. Naast zijn bezoeken aan Den Haag doet hij veldwerk in India en Afrika en geeft hij onderwijs over frugal innovatie. Daarbij werkt hij samen met onderzoekers van de universiteiten van Leiden, Delft en Rotterdam. Afgelopen maandag (23 mei) hield hij zijn inaugurele rede voor de Leerstoel.
Een goed voorbeeld van een innovatie vind ik de eetbare lepels van graan. Dat idee is een paar jaar geleden bedacht door een Indiër uit Hyderabad. In zijn omgeving zag hij veel plastic afval en groot waterverbruik in de rijstteelt. Hij dacht: als ik zorg dat boeren hier graan gaan verbouwen, dan kan ik dat gebruiken om eetbare lepels van te maken. Zo voorkom je gebruik van plastic en verbruikt de landbouw minder water. Nu is het een groot succes en zijn er al 1,5 miljoen lepels verkocht.”
Mooi, maar het klinkt wel een beetje als oude wijn in nieuwe zakken. “Het is inderdaad niet nieuw. De Schotse econoom Adam Smith gebruikte de term ‘frugal’ al in de achttiende eeuw voor simpele oplossingen die mensen bedachten aan de hand van hun eigen ervaring en kennis. Dat is nu niet anders. Frugal innovaties komen niet van grote bedrijven of organisaties met een marketingafdeling, maar van de gewone man of vrouw. Wel nieuw is het onderzoek ernaar. Ik bestudeer en documenteer innovaties. Ik kijk naar wat ze succesvol maakt. Uiteindelijk gaat het niet zozeer om de totale hoeveelheid innovaties, maar om het op de been krijgen van een kritieke massa van onderzoekers, politici en beleidsmakers die in het concept geloven. Zowel in westerse als niet-westerse landen. Als dat lukt, kun je de innovaties ondersteunen en verheffen tot handleiding voor ontwikkelingsvraagstukken.”
Dus u wilt een wereldwijde frugal-revolutie ontketenen? “We zijn nu zo’n 65 jaar bezig met ontwikkelingshulp, maar de verschillen tussen arm en rijk zijn alleen maar groter geworden. Daarom moeten we het denken over ontwikkeling, kennis en innovaties omgooien. Dat is wat een frugal innovatie doet. Die heeft oog voor de plaatselijke ideeën, kennis en middelen.
Frugal innovaties hebben oog voor plaatselijke ideeën, kennis en middelen
Tot nu toe is het alleen nog niet opgepikt door politici en beleidsmakers, omdat in die kringen het bewijs van de werking van een methode vaak heilig is. Lastig, want zo werkt het juist niet bij individuele oplossingen. Je stuurt ze niet naar een onderzoekslab, waar ze na verschillende tests zeggen: ‘het werkt daar wel, maar daar en daar niet.’ Ik wil met casestudies aantonen hoe succesvol de ideeën en oplossingen per gebied zijn. Vervolgens kunnen die producten en kennis worden geëxporteerd naar andere landen, ook in het Westen. Daaruit ontstaat weer uitwisseling.”
Als gelijkwaardige kennisuitwisseling belangrijk is, zou in dit geval de Prins Claus Leerstoel dan niet in India moeten staan? “Haha, dat is een goede vraag. Ik ben sterk voorstander van het aanhalen van banden tussen onderzoekers hier en die uit ‘frugal’ landen. In India heb je veel onderzoekcentra die met dit onderwerp bezig zijn. Daarom ben ik telkens slechts een paar weken in Nederland. Meestal ben ik op reis, verzamel ik kennis uit verschillende landen en probeer ik ons wereldwijde netwerk uit te breiden. Dat Nederland de thuisbasis is voor de Leerstoel, is dus niet erg.”
Drie voorbeelden van frugal innovations
- Solar Bottle BulbPlastic flessen zijn geen afval. Althans, niet in de Filipijnse sloppenwijken. Daar worden ze gebruikt als goedkope manier om overdag de vaak donkere huisjes te verlichten. De fles gevuld met bleekwater wordt in het dak gemonteerd, waardoor de zonnestralen zich door het huis verspreiden. De weerspiegelende zonnestralen staan gelijk aan het licht van een gloeilamp van 55 Watt.
- MittiCoolValt de stroom uit na een aardbeving? Of lopen er door een dorp geen elektriciteitskabels? Geen zorgen! Met een simpele en goedkope kleikoelkast heb je dat niet nodig. Via een gat bovenop wordt een klein reservoir gevuld met water dat naar de zijkanten druppelt en zorgt voor verkoeling. De gebruikte klei is vermengd met zaagsel en zand.
- KlamboegaasIn de medische wereld zoeken artsen in afgelegen gebieden naar slimme kostenbesparende oplossingen voor operaties. Zo gebruikt een Indiase dokter voor liesbreukoperaties klamboes in plaats van veel duurder gaas van polypropyleen om verontreiniging van de wond te voorkomen. Een besparing van omgerekend 125 euro, alleen al voor het gaas.
Veel frugal innovaties komen, net als u, uit India. Hoe komt dat? “Ik ben opgegroeid in het noorden van India, in een gebied met veel kleine ondernemers. Als er bij ons kermis was, waren de onderdelen van de attracties of de knuffels bij de schiettent afkomstig van bedrijfjes uit de omgeving. Ik vond het fascinerend om te zien wat je met ‘lokale’ ideeën en spullen allemaal kunt realiseren. India heeft een geschiedenis van maatschappelijke bewegingen. Die hadden oog voor kleinere groepen en voor ontwikkelingen die met weinig middelen kunnen worden gerealiseerd. Ghandi was daar in de jaren ’30 en ’40 van de vorige eeuw in India een belangrijke voortrekker van. En nog steeds zijn er door heel India ontelbare grassroot solutions. Daarnaast zorgt verstedelijking voor problemen. Neem het tekort aan schoon drinkwater. Dat vraagt om snelle creatieve oplossingen, zoals zuivering met rijstschillen.”
In hoeverre wordt het concept op mondiale schaal toegepast? “Er zijn uit de hele wereld voorbeelden te noemen, van Peru tot Kenia. Dat aantal landen groeit en er wordt ook steeds meer kennis uitgewisseld. Eén oplossing kan voor meer plekken geschikt zijn. Zo belandde een walnootkraker uit Kashmir via een netwerk van bedrijven en onderzoekers in Kenia, en is een kleikoelkast uit India prima bruikbaar in afgelegen gebieden in Brazilië. Die verbindingen leggen, is een van de dingen waar ik mee bezig ben. Dat gebeurt nu mondjesmaat en daar zitten dus nog veel groeimogelijkheden in.”
Een goed voorbeeld van een frugal innovatie: een kleikoelkast. Onderaan dit artikel vind je meer voorbeelden. Foto: Still YouTube
Kun je zulke producten, gemaakt voor een specifieke regio, wel doorverkopen aan andere landen? “De gebiedsgerichte benadering is zowel de kracht als de zwakte van het concept. Het feit dat het geen blauwdruk is, maakt het minder aantrekkelijk voor bedrijven om te investeren in frugal inno va ties. Die maken liever één product dat ze op tien plekken kunnen verkopen, dan tien verschillende producten voor één plek. Ze willen nu eenmaal winst maken.”
Gaan frugal innovaties uiteindelijk de grote armoedeproblemen oplossen? “Het antwoord op die vraag bevat vele mitsen en maren. De grootste misvatting is dat het een silver bullet is. Het concept heeft enorm veel potentie, maar moet niet worden gezien als een oplossing die van de ene op de andere dag alle problemen de wereld uit helpt. Tien jaar geleden werd microfi nanciering als wondermiddel beschouwd, maar er is nog altijd veel armoede. Zolang frugal innovatie niet in alle haast wordt beoordeeld, maar zich rustig kan ontwikkelen en bewijzen, kan het een weg vinden naar de internationale ontwikkelings agenda. Het vergt een omslag in het denken: van massaproductie naar individuele oplossingen voor specifi eke regio’s. Dat kost tijd, maar die moet je wel nemen.”